De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
DL. 2003/3452
datum
04-11-2003
onderwerp
Kamervraag van het lid Koopmans over de Middellandse-Zeevlieg
TRC 2003/8413
bijlagen
Geachte Voorzitter,
Hierbij doe ik u toekomen het antwoord op een vraag over de
Middellandse-Zeevlieg die gesteld is tijdens het AO inzake de
Landbouw- en Visserijraad d.d. 9 oktober 2003.
De CDA-fractie heeft gevraagd naar de mogelijkheden van het ministerie
van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit om actie te ondernemen tegen
de Middellandse-Zeevlieg. Ik heb toegezegd dat de Kamer wordt
geïnformeerd over actie tegen de Middellandse-Zeevlieg. Hierbij treft
u de gevraagd informatie.
datum
04-11-2003
kenmerk
DL. 2003/3452
bijlage
De Middellandse-Zeevlieg vormt op zichzelf geen bedreiging voor de
teelt van gewassen in Nederland en het organisme heeft geen
quarantaine-status in de EU. Het organisme is niet gevestigd in
Nederland, maar wel in andere lidstaten van de EU en wordt daardoor
incidenteel aangetroffen in Nederland. De Middellandse-Zeevlieg heeft
in diverse exportbestemmingen voor Nederlandse vruchtgroenten,
waaronder Japan en Taiwan, wèl de quarantaine-status. Om de export
naar deze landen mogelijk te maken, is op verzoek van het
bedrijfsleven 10 jaar geleden een protocol overeengekomen met de
Plantenziektenkundige Diensten van Japan en Taiwan, op grond waarvan
de Nederlandse Plantenziektenkundige Dienst (PD) kan garanderen dat
vruchtgroenten, die geproduceerd zijn in gecontroleerde
productiegebieden, niet besmet zijn met Middellandse-Zeevlieg. De
kosten voor alle activiteiten binnen het protocol worden geheel door
het bedrijfsleven gedragen.
Aangezien de Middellandse-Zeevlieg geen quarantaine-status heeft,
treedt het ministerie van LNV faciliterend op binnen het programma,
waarvoor het bedrijfsleven bepalend is. Het is daarom aan de sector om
gecoördineerd actie te ondernemen, teneinde de gevolgen van de recente
vondsten in het Westland te beperken en de uitvoer weer op gang te
krijgen. LNV is uiteraard bereid in dit proces mee te denken, indien
het bedrijfsleven daar om verzoekt.
Eén van de aspecten van het bestaande protocol betreft de monitoring
van de afwezigheid van het organisme in productiegebieden, zoals het
Westland.
Dit najaar heeft de Plantenziektenkundige Dienst in het Westland
enkele exemplaren aangetroffen van dit organisme, in vallen buiten de
kas. Hierdoor is de uitvoer naar Japan en Taiwan uit het Westland stil
komen te liggen. Vanaf week 40 zijn geen exemplaren meer aangetroffen
in de vallen.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
---
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit