Op 9 oktober 2003 heb ik een Algemeen Overleg gevoerd met de Vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het rapport `Onderzoek huisvestingskosten UWV' (zie voor het verslag Kamerstukken II 26448, 2003/04, nr. 90 en voor het rapport nr. 83).
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 2509 LV Den Haag der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33
Uw brief Ons kenmerk W&I/SIU/2003/84139
Onderwerp Datum Nader onderzoek huisvestingskosten UWV 31 oktober 2003
Tijdens het Algemeen Overleg heb ik de volgende toezeggingen gedaan:
1. De Kamer zal voor 1 november nadere gegevens ontvangen over de huisvestingskosten, inrichtingskosten en kosten van meubilair en ICT van de Raad van Bestuur van UWV. Deze gegevens zullen door mij worden voorzien van een oordeel over de redelijkheid en billijkheid van de kosten.
2. De Kamer ontvangt een specificatie van de huisvestingskosten en inrichtingskosten van gebouw B van het hoofdkantoor UWV. Daarbij wordt bekeken of binnen de aangegeven termijn kan worden voldaan aan het verzoek van de Kamer om ook de kosten voor meubilair en ICT op de andere verdiepingen (dan die van de RvB) te benoemen.
3. De Kamer wordt apart schriftelijk geïnformeerd over het antwoord op de vraag van dhr. De Ruiter of de door UWV afgedragen BTW aftrekbaar is van de belasting.
4. De Kamer wordt apart schriftelijk geïnformeerd over mijn oordeel over de declaraties van de Raad van Bestuur UWV in het jaar 2002.
De afgelopen weken heb ik nader onderzoek laten verrichten naar de huisvestingskosten en de niet-gebouwgebonden inrichtingskosten van UWV. Ik heb UWV hiertoe om nadere informatie gevraagd. De Rijksgebouwendienst heb ik nogmaals geconsulteerd over de huisvestingskosten. Aan bureau Twynstra Gudde heb ik gevraagd om een oordeel te geven over de niet- gebouwgebonden inrichtingskosten. Een kort rapport van bevindingen, de rapportage met de UWV-informatie alsmede de bevindingen van de Rgd en TG doe ik u als bijlagen hierbij toekomen. Dit bevestigt mijn beeld zoals weergegeven in mijn brief van 25 september.
Alvorens mijn eigen oordeel te vormen over deze bevindingen vraag ik een deskundigenoordeel over de volledigheid en juistheid van de huisvestingskosten en de niet-gebouwgebonden inrichtingskosten als onderdeel van de totale uitvoeringskosten van UWV.
---
Ik zal u uiterlijk 1 februari 2004 informeren over de uitkomsten van het nader onderzoek naar de
huisvestingskosten van UWV vergezeld van mijn oordeel hierover.
Over de vraag inzake de BTW heb ik u heden per separate brief geïnformeerd. Over de
declaraties van de Raad van Bestuur zal ik u uiterlijk 15 november 2003 separaat informeren.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)
Bijlagen
1. Bevindingen Naderonderzoek huisvestingskosten UWV
2. Rapportage UWV met bijlagen
2A. Specificatie inrichtingskosten gebouw B
2B. Specificatie meubilair en audiovisuele hulpmiddelen Gebouw B
2C. Specificatie aanpassingen gebouw B
3. Accountantsverklaring Accountantsdienst UWV
4. Brief Rijksgebouwendienst dd. 23 oktober 2003
5. Rapportage Twynstra Gudde
Zie het origineel
http://docs.szw.nl/pdf/34/2003/34_2003_3_4422.pdf