31 oktober 2003
Meeste snelheidscontroles op onderliggend wegennet
Veruit de meeste snelheidscontroles (80%) vinden plaats op wegen met
een maximum toegestane snelheid van 50 km/u of 80 km/u. De suggestie
van de Vereniging van Nederlandse Gemeente (VNG) en het
Interprovinciaal Overleg (IPO) in het dagblad De Telegraaf dat vooral
op snelwegen op snelheid wordt gecontroleerd en nauwelijks binnen de
bebouwde kom, is dan ook onjuist. Dat heeft het Bureau
Verkeershandhaving Openbaar Ministerie (BVOM) vandaag bekendgemaakt.
Vergeleken met het jaar 2000 is het aantal handhavingsuren op wegen
met een limiet van 50 km/u zelfs verdrievoudigd. Slechts 20% van het
aantal uren waarop op snelheid wordt gecontroleerd vindt plaats op
wegen waar 100 km/u of 120 km/u is toegestaan.
De meeste ongevallen vinden plaats op het onderliggend wegennet. Om
die reden wordt met name op wegen binnen de bebouwde kom en op
provinciale wegen op snelheid gecontroleerd. Op basis van
verkeersongevallenanalyses wordt onderzocht op welke wegen een hoog
ongevalsrisico bestaat. Op deze wegen wordt door de
verkeershandhavingsteams intensief op snelheid gecontroleerd.
Op basis van de eerste resultaten van de handhavingstrajecten uit zes
regios waar als eerste met een verkeershandhavingsteam is gestart, kan
worden gesproken van een gunstige ontwikkeling van de
verkeersveiligheid. Zowel relatief als in absolute aantallen is de
naleving van de norm sterk verbeterd. Daarnaast lijkt de toename van
de verkeersonveiligheid tenminste tot staan gebracht vergeleken met
een controlegroep. Op basis van de ontwikkelingen van jaar tot jaar is
op de handhavingtrajecten tenslotte sprake van een duidelijke afname
van het gemiddeld aantal slachtofferongevallen.
Openbaar Ministerie