Lijst Pim Fortuyn


PERSBERICHT

Den Haag, 30 oktober 2003

LPF breekt lans voor thuisonderwijs

De fractie Lijst Pim Fortuyn vindt dat ouders die hun kinderen thuis onderwijs willen geven, het recht daartoe moeten krijgen. LPF-kamerlid Margot Kraneveldt roept minister Van der Hoeven van Onderwijs vandaag tijdens het commissie-overleg in de Tweede Kamer op om thuisonderwijs te legaliseren.

Er zijn altijd kinderen die op een of andere manier buiten de boot vallen. Ouders kunnen goede redenen hebben om hun kind thuis les te geven, bijvoorbeeld omdat ze een leerachterstand of handicap hebben, of omdat de vereiste specifieke manier van lesstof tot zich nemen door een reguliere school niet herkend of erkend wordt, aldus onderwijswoordvoerder Margot Kraneveldt.

De LPF pleit er voor om de Leerplichtwet van 1969 zodanig aan te passen, dat thuisonderwijs weer een recht wordt. In de huidige situatie wordt het thuisonderwijs slechts in uitzonderlijke gevallen gedoogd, maar niet erkend. Ouders die toestemming krijgen om hun kind thuisonderwijs te geven, krijgen die niet omdat het thuisonderwijs op dit moment als recht wordt gezien, maar omdat hen op bepaalde gronden een vrijstelling van de Leerplicht verleend wordt.

De aanpassing zou volgens Margot Kraneveldt meer recht doen aan een aantal internationale verdragen die Nederland heeft ondertekend en waarin het recht op thuisonderwijs wel erkend wordt. Daarbij is het van belang dat er toezicht wordt gehouden op het thuisonderwijs, zodat de kwaliteit daarvan gewaarborgd is. Zorg ervoor dat er een wettelijk eenduidige situatie ontstaat, waarin alle betrokkenen weten waar ze aan toe zijn en waarin er geen plaats is voor willekeur of vaag gedoogbeleid.

Door gesprekken met thuisonderwijzende ouders is het LPF-kamerlid Kraneveldt onder de indruk geraakt van de oprechte motivatie van velen van hen. Thuisonderwijs geven is nogal wat, het legt een enorm beslag op de tijd en energie van ouders, en die beginnen er alleen maar aan als ze daarvoor een gegronde reden hebben, zegt het LPF-Kamerlid. Onderzoek uit landen waar thuisonderwijs een geaccepteerd fenomeen is, wijst zonder meer uit dat kinderen die thuisonderwijs krijgen zich zowel in hun cognitieve als sociaal-emotionele ontwikkeling absoluut kunnen meten met hun leeftijdsgenoten. Sterker zelfs, zij hebben vaak juist een voorsprong. Dat thuisonderwijs dus per definitie slecht voor het kind is, is een onhoudbare stelling en niet gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek, aldus Kraneveldt.

In Nederland gaat het om ongeveer 1600 kinderen die in hun functioneren belemmerd worden door een ernstige handicap of cognitieve stoornis en ruim 100 kinderen die om andere redenen thuis onderwijs krijgen. Die laatste 100 vormen een relatief kleine groep, zeker als je dat vergelijkt met landen als Engeland, de Verenigde Staten en Canada, waar Thuisonderwijs een geaccepteerd fenomeen en dus heel gewoon is. Het thuisonderwijs richt zich in beginsel op het basisonderwijs en in een aantal gevallen op het voortgezet onderwijs.