Provincie Utrecht

Persbericht

Utrechtse vissen in kaart gebracht

30-10-2003
De eerste Utrechtse visatlas is een feit. Hij is samengesteld door de provincie Utrecht en Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden. Beide partijen hechten belang aan een gevarieerde en gezonde visstand in de provincie. Nu alle voorkomende soorten in kaart gebracht zijn, kan het waterbeheer en -beleid beter op de vispopulaties worden afgestemd. In het gebied van de atlas, de provincie Utrecht en een klein stukje Zuid-Holland, komen 46 vissoorten voor: 37 inheemse zoetwatervissen, 5 soorten exotische zoetwatervissen en 4 soorten brakwatervissen.
Van iedere vissoort wordt de levenswijze, het verspreidingsgebied en eventuele bijzonderheden beschreven.

Beschermde en bedreigde soorten
In het onderzoeksgebied komen voor:

- Vijf volgens de Habitatrichtlijn strikt beschermde soorten: Bittervoorn, kleine modderkruiper, grote modderkruiper, zeeprik en rivierprik;

- Zes volgens de Flora- en faunawet beschermde soorten: Bittervoorn, kleine modderkruiper, grote modderkruiper, bermpje, rivierdonderpad en rivierprik;

- Vier volgens de Rode Lijst bedreigde soorten: barbeel, kwabaal, sneep en zeeprik en twee verdwenen soorten: fint en zalm;
- Drie volgens de provinciale Oranje Lijst sterk bedreigde soorten: kwabaal, serpeling en winde en zes bedreigde soorten: alver, bermpje, grote modderkruiper, kroeskarper, rivierdonderpad en riviergrondel.

Puiloog
Van veel vissoorten zijn ook de streeknamen opgenomen, uit zowel heel Nederland als uit midden Nederland. Veel van die namen zijn in onbruik geraakt. In de meeste gevallen verwijst de naam naar het uiterlijk van de vis. Zo wordt de kolblei, als verwijzingen naar het grote oog en het hoge platte lichaam, ook wel puiloog, kalfsoog, platje of platter genoemd. Opvallend is dat veel van de oude, in onbruik geraakte namen verwijzen naar het inwendige van de vis. Dat betekent dat het inwendige goed bekend was, dat de dieren dus veel gegeten werden. Zo werd de sneep ook wel tabaksroker, schoorsteenveger of tabakspruimer genoemd, als verwijzing naar de zwarte kleur van de buikholte van de vis.

Doel
De actuele visgegevens zullen worden gebruikt bij verschillende activiteiten van de provincie en het waterschap. Bijvoorbeeld bij ruimtelijke ordeningsvraagstukken en invulling van de Ecologische Hoofdstructuur. Naast de feitelijke bescherming (via de Flora- en Faunawet) kan ook de inrichting en het beheer van wateren bijdragen aan het duurzaam voortbestaan van vissoorten. Zo is bijvoorbeeld het beleid van De Stichtse Rijnlanden er op gericht onderhoud aan watergangen zoveel mogelijk visvriendelijk te laten uitvoeren. Het nemen van besluiten over inrichting en beheer van watergangen of het ingrijpen in waterhuishouding of watersamenstelling, behoort deels tot bevoegdheden van de provincie en deels tot die van de waterschappen.

Meer informatie: Franca Olthof, telefoon 030-2583325 of Franca.Olthof@provincie-utrecht.nl