Toespraak van de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, Melanie
Schultz van Haegen, op het minisymposium Veiligheid tegen overstromen:
heden, verleden en toekomst ter gelegenheid van het afsche
Dames en heren,
In de tien jaar dat Walter van der Kleij voorzitter is geweest van de
TAW, is er heel veel veranderd in het waterbeleid.
Het begon met het Deltaplan grote rivieren na de hoge waterstanden en
overstromingen in Limburg in 1993 en 1995.
Met het Deltaplan is een enorme inspanning geleverd om Nederland beter
te beschermen tegen hoog water.
Het leek zo simpel: de dijken gewoon wat breder en hoger.
Maar nog tijdens de uitvoering zijn we al tot het inzicht gekomen dat
dijkverzwaring alleen niet genoeg is.
Het bleek ook nodig om rivieren meer de ruimte te geven.
Zoals het een onafhankelijk adviesorgaan betaamt, heeft de TAW deze
ontwikkelingen in het waterbeleid met een kritisch oog gevolgd.
En ook met een steeds deskundiger oog.
Onder voorzitterschap van de heer Van der Kleij heeft de Technische
Adviescommissie Waterkeringen namelijk een enorme slag gemaakt in de
kennis over waterstanden,
de kracht van golven en de betrouwbaarheid van de waterkeringen zelf.
Vroeger werden risicos van dijkdoorbraken vooral berekend op basis van
het waterpeil in tijden van absoluut noodweer.
Sinds de jaren 90 worden ook andere factoren in de berekeningen
meegenomen, zoals menselijk falen bij het bedienen van sluizen en de
sterkte van dijkbekledingen. Eeuwenlang werden dijken bekleed met
fingerspitzengefühl.
Pas de afgelopen tien jaar zijn er door de TAW methoden ontwikkeld om
de betrouwbaarheid van die bekledingen wetenschappelijk te analyseren.
Voortschrijdend inzicht en berekeningen met deze verfijnde modellen
hebben nieuwe, zwakke schakels aan het licht gebracht.
Dat vraagt om maatregelen.
Net als ik, maakte de voorzitter van de TAW zich wel eens zorgen over
het draagvlak voor het noodzakelijke waterbeleid in ons land.
Ik heb gehoord dat hij dat nogal eens vertaalde in de gevleugelde
uitdrukking: Geef ons heden ons dagelijks brood, en af en toe een
watersnood.
De TAW dankt immers zelf ook haar bestaan aan een watersnood bij
Tuindorp Oostzaan.
In 1960 liep daar een woonwijk onder, nadat een boezemkade was
bezweken. Naar aanleiding daarvan is toen de TAW opgericht.
Maar gelukkig is er geen ramp voor nodig, voordat er iets met de
inzichten van de TAW gebeurt.
Het rapport dat de TAW vorig jaar uitbracht over de zwakke schakels in
onze kust, is een goed voorbeeld.
Ook voor de steenbekledingen in Zeeland en het opspuiten van zand op
de Hollandse stranden en duinen is geld uitgetrokken na rapporten van
de TAW.
Ik heb alles bij elkaar 225 miljoen euro extra vrijgemaakt, zodat we
aan de wettelijke veiligheidsnormen kunnen blijven voldoen.
Hier zie je dus dat adviezen direct leiden tot een aanpassing van het
beleid.
Want Nederland is een premie voor een goede, betrouwbare
inboedelverzekering natuurlijk meer dan waard.
En toch lijkt een gevoel van urgentie nog vaak te ontbreken.
Ook de heer Van der Kleij heeft er altijd op gehamerd dat Nederlanders
zich meer bewust moeten zijn van de risicos van het leven met water.
De storm van 1953 was volgens hem een kleintje in vergelijking met de
superstorm die zich ooit voor zou kunnen doen.
De realiteit is dat 8 miljoen Nederlanders onder de zeespiegel wonen
en dat bij een nieuwe ramp een groot deel van Zuid-Holland onder water
kan komen te staan. De kans op een doorbraak is weliswaar tot een
minimum beperkt Nederland is nog nooit zo veilig geweest als nu maar
het geeft wel aan hoe groot de belangen zijn die op het spel staan.
De Technische Adviescommissie Waterkeringen, waarin de crème de la
crème van de Nederlandse waterbouw is verenigd, levert al ruim vier
decennia een belangrijke bijdrage aan het beschermen van die belangen.
[NB: deze alinea is toegevoegd naar aanleiding van het bericht dat ik
via DGW kreeg dat er toch een korte verwijzing naar de adviestructuur
water moet worden opgenomen. Dit stukje tekst kan zonder problemen
worden weggelaten.]
Dat moet de TAW ook vooral blijven doen. Samen met de adviezen van de
CIW, het OWN en de CAW helpen de rapporten van de TAW mij bij het
bepalen van het toekomstige waterbeleid.
Als ik heel eerlijk ben, zouden die adviezen volgens mij nog
bruikbaarder worden als de verschillende adviesorganen zich meer tot
hun eigen deskundigheid zouden beperken.
Nu zie je toch vaak dat er een overlap in zit, waardoor de adviezen
vaak dezelfde kant op gaan.
En als bestuurder heb je juist behoefte aan scherpe adviezen waarmee
je duidelijke keuzes kunt maken voor oplossing A of B. Ik ga nog eens
goed nadenken hoe we dat het best kunnen organiseren.
Dames en heren,
U bent hier natuurlijk in de eerste plaats gekomen om afscheid te
nemen van Walter van der Kleij.
Ik ook.
Mijnheer van der Kleij, u hebt als voorzitter van de TAW op uw eigen
charmante en bescheiden wijze een grote bijdrage geleverd aan de
veiligheid van Nederland tegen overstromingen.
Leden van de TAW roemen uw wetenschappelijke diepgang en
communicatieve vermogens.
Uit eigen ervaring weet ik dat dat terecht is.
Ik weet zeker dat we uw gedrevenheid en expertise in de toekomst
zullen missen.
Bedankt voor alles, en ongetwijfeld tot ziens.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat