Bekendmaking vuurwerkbeleid
Als gevolg van de vuurwerkramp in Enschede heeft het ministerie van
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer de
regelgeving voor zowel consumentenvuurwerk als professioneel
vuurwerk aangescherpt. Het op 22 januari 2002 gepubliceerde
Vuurwerkbesluit vervangt het Vuurwerkbesluit wet milieugevaarlijke
stoffen en het Besluit opslag vuurwerk milieubeheer. Met de
inwerkingtreding van het nieuwe vuurwerkbesluit zijn tevens een
aantal taken en bevoegdheden verschoven van de gemeente naar de
Provincie. De DCMR Milieudienst Rijnmond voert de taken uit namens
de Provincie Zuid-Holland.
Onder andere op grond van het Vuurwerkbesluit, heeft het college
van burgemeester en wethouders beleidsregels vastgesteld voor
vuurwerkverkooppunten en heeft de burgemeester beleidsregels
vastgesteld voor evenementenvuurwerk.
Beleid voor verkooppunten van vuurwerk
Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb),
artikel 2.2.3 lid 3 van het Vuurwerkbesluit, de artikelen 1.2 en
2.5.2 van de Algemene Plaatselijke Verordening 2001 heeft het
college van burgemeester en wethouders beleid vastgesteld ten
aanzien van het spreiden van de verkooppunten voor
consumentenvuurwerk (vuurwerkverkooppuntenbeleid).
toelichting:
Omdat een aantal, vaak jeugdige, kopers niet met het afsteken van
vuurwerk kan wachten tot de oudejaarsnacht, wordt in de directe
omgeving van de verkooppunten vaak vuurwerk afgestoken. Bij een
concentratie van vuurwerkverkooppunten kan dit leiden tot overlast
voor de omgeving. Om dit te voorkomen was al eerder in de Algemene
Plaatselijke Verordening 2001 (artikel 2.5.2.) een vergunningplicht
opgenomen, om onder andere de verkoop van vuurwerk aan
particulieren en het gebruik ervan (artikel 2.5.3) te reguleren.
Om mogelijke overlast verder te beperken heeft het college
besloten, dat binnen een straal van 500 meter ten opzichte van een
vuurwerkverkooppunt geen ander vuurwerkverkooppunt aanwezig mag
zijn.
Beleid voor Evenementenvuurwerk
Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb),
artikel 3.3.4 lid 5 van het Vuurwerkbesluit heeft de burgemeester
beleid vastgesteld ten aanzien van het afgeven van een verklaring
van geen bezwaar voor het afsteken van professioneel vuurwerk
(evenementenvuurwerkbeleid).
toelichting:
Een bedrijf dat professioneel vuurwerk wil afsteken dient in het
bezit te zijn van een zogenaamde toepassingsvergunning, afgegeven
door het college van Gedeputeerde Staten van de Provincie
Zuid-Holland. Daarnaast moet sinds 1 januari 2003 door de
vergunninghouder voor elk vuurwerkevenement een zogeheten
ontbrandingstoestemming worden gevraagd bij de Provincie.
Het college van Gedeputeerde Staten van de Provincie Zuid-Holland
verleent alleen ontbrandingstoestemming indien ook een verklaring
van geen bezwaar is ontvangen van de burgemeester binnen wiens
gemeente het vuurwerk tot ontbranding zal worden gebracht.
De burgemeester heeft besloten dat slechts een verklaring van geen
bezwaar wordt afgegeven als voldaan wordt aan het Vuurwerkbesluit
en er sprake is van een evenement in de zin van de Algemene
Plaatselijke Verordening 2001. Het evenement moet tevens een
bovenwijks karakter dragen.
Een verklaring van geen bezwaar zal eveneens worden afgegeven voor
andere gelegenheden dan evenementen met een bovenwijks karakter,
zoals kleinschalige evenementen, bruiloften, bedrijfsfeesten en
dergelijke, voorzover het tijdstip van tot ontbranding brengen
gelegen is tussen 10.00 en 19.00 uur.
Inzage van de stukken
Deze bekendmaking geeft de zakelijke inhoud weer van de besluiten.
De volledige beleidsnotas vuurwerkverkooppuntenbeleid en
evenementenvuurwerkbeleid en de overige van belang zijnde stukken
liggen voor iedereen vanaf donderdag 30 oktober 2003 op werkdagen
van 8.00 tot 19.00 uur ter inzage in het gemeentehuis van Capelle
aan den IJssel, Rivierweg 111.
Gemeente Capelle a/d IJssel