Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van

uw kenmerk

ons kenmerk
TRCFEZ/2003/1773
datum
24-10-2003

onderwerp
Toegezegde informatie in het begrotingsonderzoek

bijlagen

---

Geachte Voorzitter,

Tijdens het wetgevingsoverleg inzake het begrotingsonderzoek van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van uw Kamer van donderdag 23 oktober jl. heb ik over een aantal onderwerpen aanvullende informatie toegezegd. Deze treft u hierbij aan.

datum
24-10-2003

kenmerk
TRCFEZ/2003/1773

bijlage

EHS/Reconstructie
* In het begrotingsonderzoek is een vraag gesteld over de zogenoemde Koopmansgelden. De Koopmansgelden zijn gedeeltelijk op de LNV-begroting en gedeeltelijk op de VROM-begroting beschikbaar. Oorspronkelijk betrof dit in totaal een bedrag van EUR 204 mln., waarvan EUR 125 mln. op de LNV begroting in de jaren 2004 t/m 2009. Daarnaast hebben de taakstellingen Balkenende I en II tot resultaat gehad dat er op Koopmansmiddelen omgebogen is. Resultaat hiervan is dat er op de LNV-begroting nog EUR 85 mln. beschikbaar is. Ik heb u hierover per brief van 10 oktober jl. (kamerstukken II, 2003-2004, 29 200 XIV, nr. 12) reeds geïnformeerd in mijn beantwoording van de schriftelijke vragen van de commissie voor LNV naar aanleiding van de begroting LNV voor het jaar 2004 (vraag en antwoord 99). Een deel van de middelen dient nog naar 4.12 overgeheveld te worden, alwaar de verantwoording zal plaatsvinden. Er bestaat op deze beleidsartikelen oude problematiek met betrekking tot de uitvoering van het mestbeleid; toename van de uitvoeringslast als gevolg van verdere verfijningen die de afgelopen jaren zijn aangebracht in het beleid. Daarbij speelde de lange onzekerheid ten aanzien van de derogatie en MINAS, waarover de Hofuitspraak onlangs helderheid heeft gegeven. Deze discussies hebben consequenties voor het nieuwe mestbeleid, dat als gevolg van de Hofuitspraak vorm krijgt evenals de ingezette beleidslijn met als doelstelling de reductie van de administratieve lasten. Vooralsnog ben ik voornemens om de consequenties hiervan op de uitvoering binnen mijn meerjarenbegroting mee te nemen. Ik sluit niet uit dat indien er geen alternatieven voorhanden zijn, ik alsnog een deel van de EUR 85 mln. moet aanspreken. Zoals dat zich nu laat aanzien, zal dat bij ongewijzigd beleid, EUR 10 à 12 mln. bedragen.
* Er bestond in het begrotingsonderzoek onduidelijkheid over de taakstellingen die gelden voor de diverse beleidscategorieën en instrumenten, over het realiseren van de daarmee verband houdende prestaties in deze kabinetsperiode en over de restanttaakstellingen vanaf 2008. De commissie voor LNV heeft specifiek verzocht aan te geven wat vanaf 2008 de taakstelling is voor agrarisch natuurbeheer.
In bijlage 1 is te zien hoe de taakstellingen zich in de loop der tijd hebben ontwikkeld. Bijlage 2 geeft inzicht in de restanttaakstellingen per instrument per 1 januari 2004, de te behalen prestaties in deze kabinetsperiode en de restanttaakstellingen vanaf 2008. Daaruit blijkt dat de restanttaakstelling voor agrarisch natuurbeheer vanaf 2008, uitgaande van een realisatie van ca. 11.500 ha. in deze kabinetsperiode, ca. 33.000 ha. bedraagt.
* De heer Van den Brand vroeg zich af hoe het kan dat volgens tabel 3 in de stafnotitie van de commissie voor de Rijksuitgaven van uw Kamer, de uitgaven voor beheer zowel absoluut als procentueel dalen, terwijl het areaal natuur dat in beheer is de komende jaren stijgt. Hij wilde daarbij weten of het budget voor beheer wel toereikend is voor de areaalgroei.
Ten eerste geeft de tabel een beeld van de verdeling van alleen de intensiveringsgelden. Het reguliere budget is dus buiten beschouwing gelaten. In het reguliere budget wordt wel degelijk rekening gehouden met de extra beheerskosten als gevolg van areaalgroei. Jaarlijks wordt in het kader van de begrotingsvoorbereiding het budget voor beheer in het laatste jaar van de meerjarenraming opgehoogd al naar gelang de verwachte areaalgroei.
De middelen die terechtkomen op operationele doelstelling 03.11, Beheer van de EHS, worden niet alleen aan beheer besteed, maar in 2004 en 2005 ook voor een belangrijk deel aan tijdelijke kwaliteitsmaatregelen voor de EHS, zoals een impuls voor effectgerichte maatregelen. De daling na 2004 van het bedrag op 03.11 is daaruit te verklaren. De intensiveringsgelden die aan beheer worden besteed, lopen jaarlijks met ca. EUR 3 mln. op. De scherpe daling die in de tabel uit de stafnotitie te zien is in het percentage van de intensiveringsgelden dat op 03.11 terechtkomt, is te verklaren uit het ritme waarmee de intensiveringsgelden beschikbaar komen. De middelen op 03.11 blijven tussen 2004 en 2007 nagenoeg gelijk, terwijl het totaal aan intensiveringsgelden in 2006 en 2007 een enorme stijging laat zien, die vooral ten goede komt aan het verwervingsbudget. De beschikbare middelen voor beheer (reguliere middelen en intensiveringsgelden) zijn niettemin voldoende voor de geplande areaalgroei.

Vervlechting EU-gelden in de LNV-begroting
* In bijlage 3 is het gevraagde overzicht gegeven van de LNV-uitgaven en de EU-ontvangsten in het kader van het plattelandsontwikkelingsplan voor 2004.
* Op de vraag over de innovatiegelden agrarisch onderwijs is het antwoord dat deze innovatiegelden (VIA-regeling) niet zijn geschrapt. Wel wordt de VIA-regeling ingaande 2004 omgebouwd naar een nieuwe regeling. De uitfinanciering van de VIA-regeling loopt door tot 2007. De nieuwe regeling betreft een stimuleringsprogramma voor het gehele groene onderwijs en is gericht op vraaggestuurde en inhoudelijke vernieuwing van opleidingen. Bij de voorbereiding van het POP 2007 zullen ook de mogelijkheden voor EU cofinanciering voor het kennisterrein worden meegenomen.

Diergezondheidsfonds
Bij de beantwoording van de vragen van de commissie voor LNV ter voorbereiding van de begrotingsbehandeling is een overzicht met de uitgaven dierziektebestrijding van de afgelopen jaren meegezonden. Dit overzicht was niet goed leesbaar en ter vervanging hiervan is in bijlage 4 een leesbaar overzicht gegeven.

De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,

dr. C.P. Veerman

Bijlagen:
Bijlage 1 t/m 4 (PDF-formaat, 166 Kb)

Voor downloaden van PDF-bestanden: Zie het origineel http://www.minlnv.nl/infomart...2003/par03319.htm



---