Gemeente Ede


Persbericht
nummer 223 / Ede, 21 oktober 2003

Gewijzigde vrijstellingsmogelijkheden voor bodemonderzoek

Door een wijziging van de Woningwet is het sinds begin van dit jaar is het niet meer verplicht om voor bepaalde bouwwerken een bodemonderzoek te laten doen. Alleen voor bouwwerken waarvoor een reguliere bouwvergunning verplicht is, kan een bodemonderzoek worden geëist. Vandaag besloot het college dat de gemeentelijke bodemkwaliteitkaart én het bijbehorende bodembeheersplan gebruikt kunnen worden bij de aanvraag van een bouwvergunning of een bestemmingsplanwijziging. Dit maakt nieuw bodemonderzoek dan overbodig. Voorwaarde blijft altijd dat als de gemeente aanwijzingen heeft die duiden op bodemverontreiniging, bodemonderzoek noodzakelijk blijft.

De wijziging van de Woningwet heeft betrekking op bouwvergunningsvrije en zogeheten licht-bouwvergunningsplichtige bouwwerken. Bij de aanvraag van een bouwvergunning of een bestemmingsplanwijziging is een bodemonderzoek vaak verplicht. In het bodemonderzoek wordt vastgesteld of de bodemkwaliteit het beoogde gebruik toestaat. Met een bodemonderzoek wordt ook voorkomen dat er op verontreinigde grond gebouwd wordt en dat een eventueel noodzakelijke bodemsanering duurder uitvalt.

De bodemkwaliteitskaart van Ede is in juli 2002 door het college vastgesteld. Elke vijf jaar wordt de bodemkwaliteitskaart geactualiseerd. De kaart geeft de te verwachten bodemkwaliteit aan. Alle resultaten van bodemonderzoeken in Ede zijn in de kaart verwerkt. Uit deze onderzoeken blijkt overigens dat de bodem in Ede over het algemeen van een goede kwaliteit is.

In de gewijzigde Woningwet staat dat het college van burgemeester en wethouders vrijstelling kan verlenen van de bodemonderzoeksplicht als er al voldoende gegevens zijn over de bodemkwaliteit. Het college heeft nu besloten om de bodemkwaliteitskaart te accepteren voor vrijstelling van bodemonderzoek voor zowel bouwvergunningen als bestemmingswijzigingen. Dit besluit levert de aanvrager van een bouwvergunning een kosten- en tijdsbesparing op. Voorwaarde hierbij is wel dat uit historisch onderzoek blijkt dat het terrein niet verdacht is van bodemverontreiniging. Dit houdt in dat er gekeken wordt of er bodembedreigende activiteiten of calamiteiten hebben plaatsgevonden. Uit de bodemkwaliteitskaart van gebieden die voor 1945 bewoond waren, blijkt bijvoorbeeld dat er relatief meer verontreiniging aanwezig is. Voor deze gebieden is daarom altijd bodemonderzoek vereist.

De stukken liggen vanaf 23 oktober 2003 4 weken ter inzage bij het Infocentrum Bouwen, Wonen en Milieu, gebouw De Doelen I, Raadhuisplein 2 te Ede.