21 okt 2003
Commissie Economie dringt aan op een goede besteding van LRM-middelen voor
de reconversie van Limburg
De Limburgse Reconversiemaatschappij (LRM) heeft voldoende middelen om
een actieve rol te spelen in de economische ontwikkeling van de
oostelijke provincie. Gewezen Ford-topman Peter Heller kan haar
daarbij helpen. Dat antwoordde Vlaams minister van Financiën en
Begroting, Ruimtelijke Ordening, Wetenschappen en Technologische
Innovatie Dirk van Mechelen vandaag, dinsdag 21 oktober, op vragen om
uitleg over de Limburgse crisismanager en over de besteding van de
Limburgse reconversiemiddelen, van de Vlaams parlementsleden Eddy
Schuermans en Johan Sauwens (beiden CD&V) in de commissie voor
Economie, Landbouw, Werkgelegenheid en Toerisme. Dossiers die sedert
de aangekondigde ontslagen bij Ford Genk opnieuw volop in de
actualiteit staan.
Na de versnelde sluiting van de steenkoolmijnen kreeg Limburg heel wat
reconversiemiddelen. Die worden beheerd door het investeringsfonds
Limburgse Reconversiemaatschappij (LRM), waarvan het Vlaams Gewest de
enige aandeelhouder is. Recent was door de media gemeld dat daarvan
nog maar 42 miljoen euro vrij besteed kan worden, omdat de besteding
van belangrijke bedragen al is vastgelegd, in een enveloppesysteem. De
heer Schuermans .wilde weten of er nog nieuwe bestemmingen voor de
LRM-middelen mogelijk zijn. De heren Jos Stassen (Agalev) en Guy Sols
(VLD) drongen er op aan dat de Vlaamse regering de besteding van de
LRM-middelen goed opvolgt. De heer Johan Sauwens wees op de kwetsbare
positie van Limburg, omdat de industriële tewerkstelling in deze
provincie zeer hoog ligt. Hij vroeg naar de precieze rol van Peter
Heller, de voormalige grote baas van Ford Genk, die afgelopen voorjaar
door de Vlaamse regering aangetrokken is om een strategie voor de
verdere economische ontwikkeling van Limburg te ontwikkelen.
In zijn antwoord benadrukte minister Van Mechelen dat de LRM een
stuwende kracht moet blijven bij strategische investeringen in
Limburg, onder meer door het verschaffen van risicokapitaal. Door een
investering van 55 miljoen euro in bedrijven zijn al 3635
werkgelegenheidsplaatsen gecreëerd, aldus minister Van Mechelen. De
LRM heeft verbintenissen aangegaan voor de ontwikkeling van duurzame
projecten, voor een bedrag van 191,256 miljoen euro. Die
verbintenissen kunnen op vraag van de raad van bestuur altijd
herschikt worden maar de minister heeft tot nu toe nog geen vraag in
die zin ontvangen. Daarnaast beslist de LRM over een aantal
rendementsgebonden opdrachten en over toeristische hefboomprojecten.
Volgens de minister is de groei van de tewerkstelling in deze sector
al meetbaar. Belangrijk is ook nog de rol van de Transnationale
Universiteit Limburg (TUL). Het investeringsfonds beschikt tot slot
ook over een rijk patrimonium, hoofdzakelijk bedrijventerreinen, dat
altijd te gelde kan worden gemaakt. Minister Van Mechelen concludeerde
dat de middelen waarover de LRM beschikt ruim de vraag overstijgen.
Omdat de Vlaamse regering een meer actief optreden van de LRM
verwacht, heeft ze Peter Heller met een consulting-opdracht belast.
Eerst zal hij informatie verzamelen, om daarna de haalbaarheid van de
verschillende mogelijke projecten te evalueren. Daarna volgt de
uitvoering van een aantal projecten. De opdracht van Peter Heller, die
rechtsreeks aan minister Van Mechelen rapporteert, moet in maart 2004
zijn afgerond. Op 23 oktober zal hij een eerste tussentijds verslag
aan de raad van bestuur van de LRM voorleggen.
Vlaams Parlement