Toespraak ter gelegenheid van een NCDO-symposium over MATRA/KPA in de Koninklijke Schouwburg, Den Haag, 15 oktober 2003.
Toespraak door Mr. Jaap de Hoop Scheffer,
Minister van Buitenlandse Zaken van het Koninkrijk der Nederlanden
De bijdrage van maatschappelijke initiatieven aan de hereniging van Europa
Den Haag, 15 oktober 2003
Dames en heren, geachte aanwezigen,
(Introductie)
Deze dag staat in het teken van de bijdrage die door Nederlandse burgers en maatschappelijke organisaties is en wordt geleverd aan de hereniging van Europa. Volgend jaar, op 1 mei om precies te zijn, treden tien nieuwe landen en volken, met hun eigen historische ervaringen en cultuur, maar met precies dezelfde Europese ambities als wijzelf, toe tot de Europese Unie. Bij alle officiële plichtplegingen, plechtigheden en ceremonies mag dan niet worden vergeten hoezeer juist de onderlinge
solidariteit van Europese burgers deze historische gebeurtenis mogelijk heeft gemaakt en zal maken. (En aan Nederland de eer om de nieuwe Europese Unie van 25 lidstaten van juli tot en met december 2004 voor te zitten.)
(Het Europese Marshallplan)
Dat de kandidaat-lidstaten binnenkort volwaardige lidstaten zullen zijn, heeft primair te maken met hun geweldige eigen inzet om de toetreding te realiseren. Daarnaast was de ondersteuning die zij vanuit de bestaande Unie hebben ontvangen van grote betekenis.
Letterlijk miljarden euro's bedroeg de financiële steun van de Europese Commissie, nationale overheden en, niet te vergeten, vanuit het maatschappelijk middenveld. Ook de ondersteuning op het gebied van institutionele opbouw en mensenrechten door de OVSE en de Raad van Europa was belangrijk. U kunt deze gezamenlijke inspanning qua motivering gerust vergelijken met het Marshall plan van vlak na de Tweede Wereldoorlog: een indrukwekkend saamhorigheidsgevoel tussen Amerikanen en Europeanen.
En iets dergelijks geldt ook voor de EU-uitbreiding: zonder Europese solidariteit en zonder Amerikaans verantwoordelijkheidsgevoel t.a.v. de veiligheid en welvaart in Europa, was het proces van hereniging nooit zo snel verlopen.
(Nederlandse bijdrage via Matra)
Wat heeft Nederland via Matra nu eigenlijk bijgedragen aan die maatschappelijke transformatie in Midden- en Oost-Europa? Eerst enkele cijfers en feiten. Het Matra-programma werd gelanceerd in 1994. In totaal is Matra actief in 16 landen, inclusief Turkije, dat natuurlijk eveneens een kandidaat-lidstaat is.
In de periode 1994-1998 richtte Matra zich vooral op de verbetering van het bestuur en de versterking van de "civil society". Voor deze doeleinden is door Nederland zo'n 115 miljoen euro uitgegeven.
Vanaf 1998 werd een duidelijker onderscheid gemaakt tussen kandidaat-lidstaten en andere landen. De kandidaat-lidstaten werden toen ook ontvangers van wat wij in ons jargon "pre-accessiesteun" noemen. Het gaat hier om de terreinen die direct te maken hebben met het naderende lidmaatschap van de Europese Unie.
(Europese solidariteit)
Dit zijn de koele cijfers. Maar achter die cijfers gaat een ongelooflijke inzet van mensen schuil. Wat ons allen vandaag bindt is de betrokkenheid, zowel emotioneel als in de praktijk, bij de hereniging van Europa. Soms wordt een beeld opgeroepen, als zouden Nederlanders de uitbreiding vooral zien als een bedreiging voor hun portemonnee, niet altijd een onjuiste bewering. Maar over het algemeen weten de Nederlandse burgers en het Nederlandse bedrijfsleven wel beter.
Het Nederlandse bedrijfsleven rook zijn kansen al erg vroeg. Vrijwel overal in Midden en Oost-Europa behoort Nederland tot de top-drie van directe investeerders. Je kan concluderen dat de Nederlandse pioniersgeest nog bestaat. Het is ook niet waar, zoals een bekend Nederlands auteur eens zei, dat Nederlanders uitsluitend dagdromend in westelijke richting over het water turen. De steppes en steden van Midden- en Oost-Europa prikkelen wel degelijk ook de Nederlandse fantasie. En de hoteleigenaren
in Tsjechië en Polen profiteren daarvan. Een niet aflatende stroom van geel gekleurde nummerborden sierde de afgelopen zomer de snelwegen tussen de Noordzee en de bossen van Bohemen. Toegegeven: het is daar natuurlijk ook relatief goedkoop.
Maar er is meer. Het begrip "Solidariteit" kreeg ook in Nederland een diepere betekenis toen we in de jaren tachtig de havenarbeiders van de Poolse stad Gdansk met de vlag van "Solidarnosc" in de hand hun gevecht voor vrijheid zagen leveren. Een gevecht dat zij uiteindelijk wonnen. En u weet uit ervaring heel goed dat "solidariteit" vervolgens steeds meer een Europees begrip werd. Een solidariteit die groeide uit de samenwerking tussen Europese burgers en vervolgens die samenwerking weer
versterkte. U behoort tot de voorhoede van dit partnerschap.
(Succes van Matra)
Als voorhoede weet u ook dat onze partners de Nederlandse inspanningen waarderen. Ik kreeg onlangs een artikel onder ogen van een Roemeense journalist van Business Week. Hij meldde dat Nederland en Roemenië samenwerken om de Roemeense Presidentiële staf te versterken. Men wil beter kunnen inspelen op vraagstukken die verband houden met de Europese integratie, maar ook beter kunnen communiceren met de eigen bevolking. Dat kan nu. Was het een aantal jaren geleden nog ondenkbaar dat een Roemeense
president rechtstreeks petities van burgers zou ontvangen en beantwoorden, nu gebeurt dit, en wel per e-mail.
In Slowakije is een bijdrage geleverd aan de totstandkoming van een wet op de openbaarheid van bestuur, die gebaseerd is op het Nederlandse equivalent daarvan. "Openbaarheid van bestuur", een gortdroge term, zo op het eerste gezicht. Maar erachter schuilt de behoefte aan openheid over de besluiten van regeringen die de burgers raken. Net als Nederlanders willen ook Slowaken actief mee kunnen doen aan het democratisch proces.
Ook in Rusland heeft Matra zijn sporen verdiend. Denk aan het feit dat het nieuwe Russische burgerlijk wetboek voor een belangrijk deel is geïnspireerd door het Nederlands burgerlijk wetboek.
Een Poolse diplomaat omschreef het Matra-programma eens als "een typisch Nederlandse combinatie van visie en pragmatisme." Ik vind dat een waardevol compliment. Waardevol omdat uit deze woorden waardering spreekt voor onze inspanningen. Maar ook waardevol, omdat het iets zegt over de manier waarop Nederlanders succesvol internationaal kunnen opereren.
(Samenwerking met derden)
Het Matra-programma is geen Nederlandse solotour. Wij werken samen met andere organisaties en landen. Wat te denken van het project waarbij de Vereniging Nederlandse Gemeenten samen met Poolse deskundigen werkt aan de versterking van lokaal bestuur in Oekraïne?
Nog een voorbeeld: met de Raad van Europa werken wij met Kroatië, Slowakije en Bulgarije samen bij de hervorming van hun nationale cultuurbeleid. U herinnert zich uit de media misschien ook nog dat Nederland en de Raad van Europa gezamenlijk met Rusland en Letland samenwerkten aan de verbetering van hun geschiedenisonderwijs. Daarmee probeerden we natuurlijk niet de geschiedenis te herschrijven.
Maar wij wilden wel bereiken dat Russische en Letse schoolkinderen niet vanaf hun prille jeugd zouden worden gevoed met op etniciteit gebaseerde vooroordelen. En als je de Baltische staten bezoekt, en ik ben daar veel geweest, dan weet je precies waarvoor je het doet, namelijk om jongeren te helpen meesters van hun eigen geschiedenis te kunnen worden.
Dit soort voorbeelden geeft aan hoezeer de Europese organisaties en programma's elkaar kunnen versterken. Dat is belangrijk. Want Nederland heeft dit jaar en volgend jaar in de belangrijkste Europese organisaties een leidende rol. Dit jaar zijn we al vanaf 1 januari voorzitter van de OVSE, vanaf 1 november nemen wij van Moldavië het voorzitterschap van de Raad van Europa over. En gedurende de tweede helft van 2004 zijn we dan voorzitter van de nieuwe Europese Unie. Nederland kan dus stimuleren
dat deze organisaties niet langs elkaar heen werken, maar elkaar aanvullen en versterken.
(Mensenhandel)
Als Chairman-in-Office van de OVSE heb ik de afgelopen tijd goed kunnen zien hoe belangrijk juist kleinschalige, resultaatgerichte maatschappelijke initiatieven zijn. Zonder dat soort activiteiten blijft het vaak bij goede bedoelingen. Een onderwerp waar Nederland zowel als OVSE-voorzitter als via Matra prioriteit aan geeft is de strijd tegen mensenhandel. Met het zogeheten "La Strada"-project helpt Matra bij het opbouwen van onafhankelijke non-profitorganisaties die zich inzetten voor de
strijd tegen vrouwenhandel. Het is mensonterend, en dat vind ik nog mild uitgedrukt, dat vrouwen, zelfs kinderen, onder dwang in de prostitutie terecht komen, vaak buiten hun eigen land. Het is een moderne variant op de meest afzichtelijke vorm van slavernij. Daar moeten wij gezamenlijk tegen vechten. De Vereniging Tilburg-Polen met het STOP project kan hierover meepraten. Hetzelfde geldt voor Hart voor Oost-Europa, dat onder meer een blijf-van-mijn lijf huis voor jonge moeders in Oekraïne
ondersteunt.
(Waarden en normen)
Rondom het tijdstip van de toetreding zal ook de Conventie voor een Europese grondwet hopelijk zijn afgerond. In die Europese grondwet worden de gemeenschappelijke Europese waarden en normen vastgelegd. En toch: democratie, goed bestuur en mensenrechten worden nergens ter wereld, ook niet hier bij ons in Europa, gratis van overheidswege verstrekt. Het zijn zaken waar altijd weer opnieuw voor moet worden geknokt vanuit de samenleving zelf. De jongere generaties in de nieuwe lidstaten zullen zich
dit geen twee keer laten zeggen. En waar een wil is, is een weg, zeker als deze wil lange tijd onderdrukt is geweest door een autoritair systeem! Maar de strijd voor de Europese waarden en normen is en blijft ook een gevecht dat wij zelf moeten leveren.
(Uitfasering Matra)
Maatschappelijke transformatie is een proces van lange adem. Mede daarom is het besluit genomen om het Matra-programma in de nieuwe lidstaten na hun toetreding geleidelijk uit te laten faseren en niet meteen stop te zetten. Dit geldt ook voor de "Kleine Plaatselijke Activiteiten". U mag tot aan de datum van toetreding aanvragen indienen. Hiermee heeft u de kans uw partners nog enkele jaren een steun in de rug te geven. Daarna moeten zij definitief zelfstandig verder gaan. En zo hoort het ook in
landen die lid zijn van de Europese Unie. Vanzelfsprekend kunnen in de Matra-landen die komend jaar geen lid worden van de Europese Unie uw projecten wel op onze financiële steun blijven rekenen.
(Conclusie)
Dames en heren,
In tegenstelling tot grotere organisaties ontvangt u geen financiële compensatie voor uw werk. In tegenstelling tot bedrijven genereert u geen geldelijk gewin. Dat uw projecten door zoveel andere Nederlandse particulieren worden ondersteund zegt iets over de betrokkenheid van onze samenleving bij de hereniging van Europa. Nederlanders zijn geïnteresseerd in de cultuur van andere Europeanen en begaan met hun lot. Van "Solidarnosc" in Gdansk tot een bredere Europese solidariteit: we hebben samen
veel bereikt.
Ik wil dan ook eindigen waar ik begon en u bedanken voor uw inspanningen. De vrijheid die wij nu normaal vinden was lange tijd abnormaal in grote delen van Europa. Wij zijn trots op u, op de bijdrage die u levert aan vrijheid en solidariteit in Europa. Ik wil u veel succes wensen en u stimuleren om met uw werk door te gaan.
---
Ministerie van Buitenlandse Zaken