European Commission

IP/03/1391

Brussel, 15 oktober 2003

De Commissie roept de Raad op nieuwe stappen te zetten om de betrekkingen met de mediterrane partners te intensiveren

De Europese Commissie heeft vandaag de oprichting voorgesteld van een Euro-mediterrane stichting voor de dialoog tussen culturen, een Euro-mediterrane parlementaire vergadering, en een volledig ontwikkelde dochter van de Europese Investeringsbank (EIB), die voortbouwt op de bestaande FEMIP1. In de mededeling ter voorbereiding op de volgende ontmoeting van de ministers van Buitenlandse Zaken van Europa en het Middellandse-Zeegebied op 2 en 3 december in Napels, stelde de Commissie tevens een aantal stappen voor om de vrijhandelszone te voltooien en samen te werken aan de eerbiediging van de mensenrechten en democratisering.

De Commissie bevestigt haar gehechtheid aan het opzetten van de Euro-mediterrane stichting voor de dialoog tussen culturen. Deze stichting zou moeten werken aan een beter wederzijds begrip, vooral door het betrekken van de civiele maatschappij bij alle aspecten van de interculturele dialoog. Een deel van de middelen zou uit het Meda-programma komen, maar de Commissie benadrukt het belang van bijdragen van alle Euro-mediterrane partners als een teken van hun inzet op dit gebied. Bijzondere nadruk wordt gelegd op de rol van onderwijs en jongerenuitwisselingen ter bestrijding van discriminatie naar ras en cultuur. Wat migratie betreft, streeft de Commissie naar een alomvattende aanpak waarin veiligheidsbelangen en het beheer van migratiestromen enerzijds worden afgewogen tegen de sociale integratie van migranten anderzijds.

Samenwerking bij het verbeteren van de eerbiediging van de mensenrechten en het democratiseringsproces is van cruciaal belang voor het welslagen van het partnerschap. De Commissie bevestigt haar gehechtheid aan samenwerking met alle partners, die moet leiden tot de tenuitvoerlegging van gemeenschappelijke actieplannen op dit terrein, financieel ondersteund door de EU, om zo de internationale verbintenissen die alle mediterrane partners zijn aangegaan praktische vorm te geven. In deze context dringt de Commissie er bij de Euro-mediterrane parlementen op aan overeenstemming te bereiken, zodat een Euro-mediterrane parlementaire vergadering kan worden ingesteld die de democratische dimensie van het partnerschap moet versterken.

De mededeling omschrijft ook een aantal stappen ter voltooiing van de Euro-mediterrane vrijhandelszone.

Tot de belangrijkste stappen, die moeten worden gezet vóór de nieuwe lidstaten op 1 mei 2004 toetreden, behoren de ratificering van de Associatie-overeenkomsten met Egypte, Algerije en Libanon door alle EU-lidstaten; de afronding van de onderhandelingen over de Associatie-overeenkomst met Syrië; en het aanmoedigen van de landen die betrokken zijn bij het Agadir-proces - Marokko, Tunesië, Egypte en Jordanië - om onderling vrijhandelsregelingen te sluiten met het oog op een betere integratie onder de Maghreb-landen.

De mededeling roept tevens op tot grotere onderlinge infrastructuurverbindingen op het gebied van energie, vervoer en telecommunicatie, vooral op subregionale basis.

De Commissie merkt op dat haar Euro-mediterrane benadering strookt met het ruimere beleid op het gebied van uitbreiding en het nieuwe nabuurschap, en blikt vooruit naar de opstelling van nationale actieplannen voor een uitgebreid Europa die moeten leiden tot nauwere integratie tussen Europa en de landen van de regio.

Verdere informatie over het Euro-mediterrane partnerschap vindt u

http://europa.eu.int/comm/external_relations/euromed/index.htm
1 IP/03/1384: De Commissie is voorstander van de oprichting van een dochteronderneming waarin de EIB een meerderheidsbelang bezit voor het Middellandse-Zeegebied