Arriva



Arriva door rechter in gelijk gesteld

Gistermiddag, op woensdag 8 oktober, heeft de rechter uitspraak gedaan in het kort geding dat Connexxion tegen Groningen Stad en de provincies Groningen en Drenthe (GGD)en Arriva had aangespannen. Arriva is blij met de uitspraak van de rechter, omdat ze op het belangrijkste punt in het gelijk is gesteld. De werkgelegenheid van het personeel is hierdoor gewaarborgd.

De wet schrijft voor dat bij overgang van een openbaar vervoersconcessie naar een andere vervoerder al het aan die concessie gebonden personeel mee over gaat naar de nieuwe vervoerder.

Het ging in dit kort geding om de hoeveelheid indirecte werknemers (werknemers anders dan chauffeurs) die tot de openbaar vervoersconcessies van GGD behoren. Connexxion eiste dat alleen indirect personeel dat bij de formele concessiehouder (Arriva Personenvervoer Nederland BV) in dienst was, bij overgang van de concessie overgenomen diende te worden.

De rechter oordeelde dat Arriva terecht ook werknemers die werkzaam zijn voor deze concessies, maar formeel in dienst zijn van dochter-bv's, had meegenomen in haar personeelsopgave.

De rechter heeft Arriva slechts een fractionele bijstelling van de reeds ingediende opgave opgelegd. Arriva zal nu een nieuwe inschatting maken van de omzet op de ingangsdatum van de concessie waarin de omzet uit tussentijds verworven concessies is meegenomen.