Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 2509 LV Den Haag der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33

Uw brief Ons kenmerk SOZA-03-554 W&I/IBA/03/71672

Onderwerp Datum Fraudepoging bij UWV 8 oktober 2003

Bij brief van 8 september jl. heeft de vaste commissie voor SZW mij verzocht de Kamer te informeren over berichten in de media waarin melding wordt gemaakt van een fraudepoging bij UWV. Navraag bij UWV leerde mij het volgende.

Op vrijdag 28 februari jl. en vervolgens op maandag 3 maart jl. is gebleken dat er telefonische betalingsopdrachten naar de ING-bank zijn gegaan, waarvoor bij UWV geen onderliggende stukken aanwezig waren. Een tweetal opdrachten was bestemd voor bankrekeningen ten name van derden. Het ging om bedragen van respectievelijk 3,9 mln. en 4,85 mln.

Deze transacties zijn bij op de dag uit te voeren interne controles aan het licht gekomen. De bevindingen bij de daarop volgende uitgevoerde interne controles hebben geleid tot een aantal acties door UWV. Deze acties zijn:


1. er zijn onmiddellijk schadebeperkende maatregelen getroffen door de overboekingsopdrachten te blokkeren. In één geval had inmiddels doorstorting naar een andere bank plaatsgehad; bij deze bank is de rekening geblokkeerd. Met deze blokkade is vrijwel het volledige bedrag van de doorstorting (op ruim 41.000 na) veilig gesteld en retour gestort. Er zijn onmiddellijk voorbereidingen getroffen om ­ indien nodig ­ conservatoir beslag te (laten) leggen op rekeningen waarop geld gestort zou zijn of worden. Een conservatoir beslag is niet nodig gebleken. Het van de rekening opgenomen bedrag van ruim 41.000 is door de ING-bank aan UWV vergoed;
2. direct na de interne controle is de mogelijkheid tot telefonische overboeking (tijdelijk) afgesloten. De betaalopdrachten zijn vervolgens persoonlijk langs gebracht bij de ING- bank. Deze maatregel was er op gericht om alle mogelijke risico's uit te sluiten. Na onderzoek door de Accountantsdienst van UWV is op basis van de daaruit volgende bevindingen toestemming verleend om de tijdelijke extra maatregelen in te trekken;




---


3. er is onmiddellijk een onderzoek gestart door de directie Bijzonder Onderzoek en de Accountantsdienst van UWV naar de constateringen uit de interne controle. Uit het onderzoek is gebleken dat de interne controles van UWV adequaat zijn. Tevens is gebleken dat er geen interne betrokkenheid van (personeel van) UWV is geweest bij de ondernomen poging tot fraude;

4. binnen 24 uur is (op 4 maart 2003) door de Voorzitter van de Raad van Bestuur schriftelijk aangifte gedaan bij de Officier van Justitie van vermoedelijk gepleegde strafbare feiten waardoor UWV is benadeeld. Met de Officier van Justitie is nog op dezelfde dag mondeling contact gezocht en verkregen om alle relevante informatie over te dragen. Het strafrechtelijk onderzoek van de Officier van Justitie loopt nog. Inmiddels zijn een aantal aanhoudingen verricht in deze zaak; in alle gevallen betrof het personen van buiten de kring van UWV.

De feiten in ogenschouw nemende ben ik van mening dat door adequaat handelen van UWV voorkomen is dat het publieke domein schade is berokkend.

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(mr. A.J. de Geus)