European Commission

IP/03/1345

Brussel, 6 oktober 2003

Commissie bereikt doorbraak met Gazprom en ENI over territoriale beperkingsclausules

De voor concurrentie bevoegde diensten van de Europese Commissie hebben met de Italiaanse olie- en gasonderneming ENI en de Russische gasproducent Gazprom overeenstemming bereikt over een aantal beperkingsclausules in hun bestaande contracten. Volgens deze overeenkomst is het ENI niet langer verboden het gas dat zij van Gazprom koopt aan afnemers buiten Italië door te verkopen. Verder mag Gazprom zijn product aan andere afnemers in Italië verkopen zonder toestemming van ENI. ENI heeft zich er tevens toe verplicht aanzienlijke gasvolumes aan afnemers buiten Italië aan te bieden, hetgeen gunstig is voor de mededinging op de Europese gasmarkt. Tenslotte heeft ENI ingestemd met een verhoging van de capaciteit van de pijpleiding die Russisch gas via Oostenrijk naar Italië transporteert. De onderneming zal eveneens de invoering van een overeenkomst ondersteunen die de toegang van derden tot deze pijpleiding vergemakkelijkt. De overeenkomst vormt een belangrijke mijlpaal wat de toepassing van de mededingingsregels in deze sector betreft en voor de totstandbrenging van een Europese gasmarkt. Verwacht wordt dat soortgelijke clausules in een aantal andere Gazprom-contracten evenals in contracten tussen de Algerijnse onderneming Sonatrach en haar Europese afnemers binnenkort eveneens zullen worden geschrapt ten gunste van de mededinging en de gasgebruikers in de EU.

De met concurrentie belaste commissaris Mario Monti juichte de overeenkomst toe waarbij hij opmerkte: "Ik ben verheugd dat we uiteindelijk deze kwestie tot een goed einde hebben kunnen brengen. Wij hopen dat Gazprom zijn contracten met enkele andere Europese importeurs in overeenstemming zal brengen met de EU-wetgeving. Wij moedigen Sonatrach aan dezelfde stappen te nemen. De Commissie beoogt met haar actie de mededinging tussen de Europese gasleveranciers te bevorderen ten gunste van de Europese afnemers, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan het vermogen van de producenten om hun gas in de Unie te verkopen op basis van langetermijncontracten. Integendeel, de overeenkomst vergroot de rechtszekerheid van deze contacten".

Het Directoraat-generaal Concurrentie van de Commissie onderzoekt reeds enige tijd de territoriale verkoopbeperkingen in leveringscontracten tussen gasproducenten en Europese groothandelsondernemingen. De clausules verbieden groothandelsondernemingen om het gas buiten de landen waar zij gevestigd zijn te verkopen, hetgeen een schending van de Europese mededingingswetgeving vormt en de totstandbrenging van een Europese gasmarkt ondermijnt.

Het onderzoek betreft de Russische onderneming Gazprom, het Algerijnse Sonatrach en een groot aantal Europese afnemers van deze bedrijven. In december 2002 bereikte de Commissie overeenstemming in een soortgelijke zaak met betrekking tot de Nigeriaanse gasproducent Nigeria LNG Ltd (zie IP/02/1869).

Het bereiken van overeenstemming in de Gazprom/ENI-zaak is van groot belang gezien de enorme gasvolumes die hiermee gemoeid zijn. ENI is een van de grootste Europese afnemers van Gazprom; de onderneming koopt circa 20 miljard kubieke meter gas per jaar in en is de eerste Europese importeur die overeenstemming heeft bereikt met Gazprom, de grootste externe gasleverancier van Europa. Hetzij rechtstreeks tussen de ondernemingen onderling, hetzij tussen de ondernemingen en de diensten van de Commissie werden de volgende afspraken gemaakt:
* De territoriale verkoopbeperkingen worden uit alle bestaande gasleveringscontracten geschrapt. De gewijzigde contracten voorzien in twee leveringspunten voor Russisch gas in plaats van een in het verleden. ENI mag het gas vanaf deze twee leveringspunten naar alle bestemmingen van haar keuze transporteren.

* In nieuwe gasleveringscontracten worden de omstreden clausules niet meer opgenomen. In verband hiermee heeft ENI zich verplicht dergelijke clausules of bepalingen van soortgelijke strekking (zoals gebruiksbeperkingen en winstdelingsmechanismen) niet meer in haar toekomstige aankoopovereenkomsten op te nemen, ongeacht of deze betrekking hebben op via pijpleidingen getransporteerd gas of gas in vloeibare vorm (LNG). Gazprom had er vorig jaar reeds mee ingestemd de clausules niet meer in toekomstige contracten met Europese importeurs op te nemen.

* Een bepaling die Gazprom verplicht toestemming van ENI te vragen alvorens gas aan andere afnemers in Italië te verkopen wordt geschrapt, ook al beweert ENI dat zij deze bepaling nooit heeft toegepast. De ondernemingen hebben deze wijziging reeds toegepast, zodat Gazprom zijn product aan de concurrenten van ENI in Italië kan verkopen.

Naast deze contractuele vraagstukken heeft ENI er ook mee ingestemd gedurende een periode van vijf jaar aanzienlijke gasvolumes aan buiten Italië gevestigde afnemers te verkopen. De voornaamste begunstigden zullen waarschijnlijk afnemers in Oostenrijk en Duitsland zijn, waar ENI onlangs samen met Energie Baden Württemberg (EnBW) - een beheersend belang heeft verworven in de Zuid-Duitse onderneming GVS (zie IP/02/1905); ENI zou deze onderneming kunnen gebruiken voor haar expansiestrategie in Duitsland. Indien ENI gedurende de eerste helft van de periode waarvoor de verplichtingen zijn aangegaan en die op 1 oktober 2003 is ingegaan, onvoldoende volume heeft verkocht, zal zij een veiling organiseren waarbij in Baumgarten, aan de grens tussen Oostenrijk en Slowakije waar Russisch gas aan een aantal Europese afnemers wordt geleverd, een bepaalde hoeveelheid gas wordt aangeboden. Al deze maatregelen moeten de liquiditeit in de Europese gasmarkt verbeteren.

ENI heeft eveneens toegezegd de transportcapaciteit van de Trans Austria Gasleitung (TAG), waarin zij een meerderheidsbelang heeft, te zullen verhogen; deze pijpleiding loopt door Oostenrijk en transporteert al het Russische gas dat voor de Italiaanse markt bestemd is. De capaciteitsuitbreiding moet tussen 2008 en 2011 voltooid zijn, afhankelijk van bepaalde ontwikkelingen op de Italiaanse markt.

Tenslotte heeft ENI aangeboden de toegang van derden tot de TAG-pijpleiding te verbeteren (TPA-overeenkomst). Deze toezegging omvat ondermeer de invoering van éénmaandelijkse transportcontracten, een effectief congestiebeheerssysteem, de invoering van een secundaire markt en de regelmatige bekendmaking van de beschikbare capaciteit op internet. De nieuwe TPA-overeenkomst zal berusten op de gedragscodes die ontwikkeld zijn door de Europese Commissie, de Europese regelgevende instanties en de Europese gasindustrie ("Forum van Madrid").

Gezien deze voordelen voor de Europese gasverbruikers is het onderzoek naar territoriale verkoopbeperkingen, welke in de gasleveringscontracten tussen Gazprom en ENI waren vervat, beëindigd.

Andere zaken

Daarnaast besloten de diensten van de Commissie hun onderzoek inzake de betrekkingen op het gebied van gaslevering tussen Gazprom en Gasunie uit Nederland af te sluiten, nadat zij hadden vastgesteld dat de contracten geen territoriale verkoopbeperkingen bevatten en Gasunie expliciet bevestigd had dat zij het door Gazprom geleverde gas kon doorverkopen waarheen zij maar wenste. In dit verband zij opgemerkt dat het gas aan de Duits-Nederlandse grens aan Gasunie wordt geleverd.

De voor concurrentie bevoegde diensten van de Commissie zetten evenwel hun onderzoek voort met betrekking tot andere contracten waarbij Gazprom betrokken is. Maar zij vertrouwen erop dat Gazprom en de betrokken importeurs, met name twee ondernemingen in Duitsland en Oostenrijk, binnenkort een overeenkomst zullen sluiten waarbij de omstreden clausules zullen worden geschrapt.

Het Algerijnse Ministerie voor Energie en Sonatrach hebben de diensten van de Commissie onlangs meegedeeld dat Sonatrach in haar toekomstige gasleveringscontracten met Europese importeurs geen bepalingen meer zou opnemen die de grensoverschrijdende verkoop beperken. De diensten van de Commissie juichten deze constructieve stap toe, en gingen ervan uit dat deze verbintenis zowel betrekking heeft op territoriale verkoopbeperkingen als op de zogeheten winstdelingsmechanismen, die de afnemer verplichten een deel van de winst met Sonatrach te delen wanneer zij het gas buiten het traditionele toeleveringsgebied verkopen.

Sonatrach heeft zich tevens bereid verklaard de wijziging van de bestaande contracten met haar Europese afnemers te bespreken, maar de vorderingen zijn tot dusverre traag geweest. De diensten van de Commissie hebben er daarom bij de partijen op aangedrongen hun onderhandelingen te goeder trouw te intensiveren en een ambitieus tijdschema op te stellen om binnenkort een overeenkomst te bereiken.