Centrale Raad van Beroep Utrecht



In verband met het verwerven van arbeid geen sprake van genieten van een reële vorm van vakantie

Bron: Centrale Raad van Beroep Utrecht

Datum actualiteit: 6-10-2003

Partijen worden verdeeld gehouden over de vraag of betrokkene in de periode van 20 december tot 31 december 1999 vakantie heeft genoten in de zin van artikel 19, eerste lid onder k van de WW, zoals nader omschreven in het Vakantiebesluit. De Raad ziet er hier niet aan voorbij dat de omschrijving die in het Vakantiebesluit is gegeven van het begrip vakantie genieten uiterst ruim is. Evenwel leidt de Raad uit de feitelijke omstandigheden af dat betrokkene in deze periode met zodanige regelmaat en intensiviteit bezig is geweest om zich arbeid te verwerven dat er geen sprake kan zijn geweest van een reële vorm van vakantie genieten.

Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AJ9999

Zie het origineel http://www.rechtspraak.nl/act...d=13270&i=52&ti=5