Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 2509 LV Den Haag der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 Telefax (070) 333 40 33 2513 AA `s-GRAVENHAGE

Uw brief Ons kenmerk AI/CB/03 70533

Onderwerp Datum Aanbieding rapportage inspectieproject `Cy- 2 oktober 2003 tostatica en narcosegassen' en onderzoeks-
rapport `Blootstelling aan inhalatieanestheti-
ca buiten ziekenhuizen'

Inleiding
In antwoord op Kamervragen1 over risico's van beroepsmatige blootstelling aan stoffen waarbij effecten op voortplantingssystemen en nageslacht kunnen optreden, heeft de toen- malige staatssecretaris Linschoten toegezegd onderzoek te doen uitvoeren, gericht op het voorkomen van dergelijke effecten bij (een selectie van) beroepspopulaties waar een relatief hoog risico op deze effecten wordt verondersteld. Naar aanleiding hiervan werd onderzoek uitgevoerd in ziekenhuizen2, gericht op de risico's van blootstelling aan cytostatica (kanker- remmende geneesmiddelen) en inhalatieanesthetica (narcosegassen). Uit dit onderzoek bleek dat er bij betrokken werknemers inderdaad sprake was van effecten op voortplanting en nageslacht. Hierna werden beleidsregels opgesteld waarin de stand der techniek met be- trekking tot beheersing van de blootstelling was vastgelegd. De implementatie van deze be- leidsregels is vervolgens opgenomen in de Arbo-convenanten met de academische en de al- gemene ziekenhuizen. Ook werd een inspectieproject gestart hetwelk inmiddels is afge- rond.3
Een onderzoek naar de blootstelling aan dezelfde stoffen buiten ziekenhuizen werd in gang gezet. De rapportage met betrekking tot inhalatieanesthetica4 is onlangs gereedgekomen. Hierbij wordt u zowel de rapportage van het inspectieproject als het onderzoeksrapport aan- geboden.

A. Het inspectieproject
Inhoud en resultaten
In het inspectieproject zijn 30 ziekenhuizen geïnspecteerd. Aan de hand van 16 inspectie- punten werd onderzocht of doeltreffende maatregelen waren getroffen conform de beleids- regels, dan wel dat men kon aantonen dat andere gelijkwaardige maatregelen waren getrof- fen.
Er zijn 31 waarschuwingsbrieven verstuurd met in totaal 228 tekortkomingen. Voor de Arbeidsinspectie leiden de resultaten tot de volgende conclusies:


1 Handelingen II 1995-1996, Aanhangsel nummers 79 en 81. Vreeman en Poppe
2 Reproductietoxische effecten bij ziekenhuispersoneel, S. Peelen et al, Elsevier, 1999, Blootstelling aan cytostatica in ziekenhuizen, Hilhorst et al, Elsevier Arbo-convenantenreeks 2001, Inhalatienanesthetica, van Raalte et al, Elsevier Arbo-convenantenreeks 2001.
3 Inspectieproject Cytostatica en Narcosegassen, Projectverslag A549, augustus 2003
4 Blootstelling aan inahalatieanesthetica buiten ziekenhuizen, van Raalte et al, Elsevier 2003.




---

· Met betrekking tot de helft van de inspectieonderwerpen werd geconstateerd dat niet in overeenstemming werd gewerkt met de in de beleidsregels vastgelegde maatregelen (of dat maatregelen op aantoonbaar gelijkwaardig niveau waren getroffen); · Ondanks het gegeven dat de beleidsregels al gedurende 1 jaar van kracht waren, zijn de ziekenhuizen pas laat begonnen met de toepassing van de maatregelen uit de beleidsre- gels;
· Gebleken is dat er onvoldoende aandacht is voor de bescherming van medewerkers die niet direct met het behandelproces van patiënten te maken hebben, maar die wel in con- tact kunnen komen met voorwerpen die besmet zijn met cytostatica. Het gaat dan onder andere om schoonmaakpersoneel;
· Gebleken is dat de branche nu inmiddels goed op de hoogte is met het bestaan en de in- houd van de beleidsregels;
· De inspectieresultaten tonen aan dat bij de geïnspecteerde ziekenhuizen nog een verbete- ringsslag te maken is bij het verder terugdringen van de blootstelling aan cytostatica en narcosegassen.
Uit de resultaten van het inspectieproject en de observaties van inspecteurs blijkt dat er een versterkte aandacht bestaat voor het veilig omgaan met cytostatica en narcosegassen in de ziekenhuizen. Er kan van uit gegaan worden dat de ziekenhuizen in de toekomst verder ac- tief aandacht zullen blijven geven aan het veilig werken met cytostatica en narcosegassen. De voortgang van het Arbo-convenant in deze sector is daarbij bemoedigend ter noemen. Vervolg
De Arbeidsinspectie zal de juiste toepassing van de maatregelen nauwlettend blijven volgen en zodanig handhaven.
B. Het onderzoek
Inhoud en resultaten
Het onderzoek `Blootstelling aan inhalatieanesthetica buiten ziekenhuizen' is uitgevoerd door UvA/IVAM Chemische risico's en gericht op het krijgen van inzicht in de gezond- heidsrisico's welke mensen lopen die beroepsmatig in aanraking komen met inhalatieanes- thetica. Hiertoe werden werkplekken met mogelijke blootstelling geïdentificeerd te weten tandartspraktijken, particuliere klinieken, ambulances, abortusklinieken, veterinaire praktij- ken en dierproeflaboratoria. Vervolgens werd de blootgestelde populatie bepaald en voorzo- ver mogelijk de blootstelling. Op sommige plekken is gemeten. Indien beheersmaatregelen werden aangetroffen werd dit opgenomen in het rapport. De blootstelling is gerelateerd aan de vigerende maximale aanvaarde concentraties (MAC- waarden) voor de gebruikte inhalatieanesthetica. Er zijn indicaties dat deze waarden in de genoemde arbeidssituaties, behalve bij de abortusklinieken, worden overschreden. Beleidsmatig vervolg
Met de onderzochte branches (met uitzondering van de abortusklinieken) zullen gesprekken gevoerd worden. Hierin zal getracht worden meer duidelijkheid te krijgen over de hoogte van de blootstelling en de daartegen te nemen beheersmaatregelen. Waar nodig zal worden ingezet op aanscherping van beheersmaatregelen. Hierover zullen afspraken worden ge- maakt. Indien er aanleiding is zullen de te nemen beheersmaatregelen in een beleidsregel worden opgenomen, waarbij zoveel mogelijk zal worden aangesloten bij de bestaande be- leidsregel voor de ziekenhuizen.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,




---

(M. Rutte)