Gemeente Amsterdam

Aanleg metro Noord/Zuidlijn gaat gewoon door

2 oktober 2003 - Lisa Neves Gonçalves

De Rechtbank heeft de bouwvergunning van de inrichting van het metrostation Rokin van de Noord/Zuidlijn vernietigd in de beroepsprocedure. De Rechtbank vond de notitie waarin de gelijkwaardigheid van de vluchtweg vanuit het metrostation, anders dan vaste trappen, werd goedgekeurd door de Brandweer, onvoldoende.

De Rechtbank achtte de paraaf van de Brandweer onder deze notitie niet genoeg. Daarnaast vond de Rechtbank dat de breedte van de roltrappen verkeerd was gemeten. Er moest niet vanuit heuphoogte worden gemeten, maar op treehoogte. De zogenaamde prestatie-eisen die in de bouwvergunning waren opgenomen om te garanderen dat er aan het Bouwbesluit zou worden voldaan achtte de Rechtbank in strijd met de Woningwet. Tenslotte oordeelde de Rechtbank dat de motivering om voorbij te gaan aan de eisen van welstand niet toereikend is.

De wethouder voor de Noord/Zuidlijn, Mark van der Horst, heeft onthutst gereageerd op de uitspraak. Volgens hem is er alles aan gedaan om de bouwvergunning zo goed mogelijk in elkaar te zetten. Natuurlijk was bekend, dat er geen vergelijkbare gevallen in Nederland zijn om vanuit een diepte van dertig meter onder de grond een veilige vluchtweg naar boven te maken. Ondanks het feit dat er in Nederland geen regels bestaan voor ondergrondse veiligheid, kijken we naar de allernieuwste mogelijkheden dit gebied en passen we dat, waar mogelijk, ook toe. De roltrappen die bij een calamiteit mensen van 30 meter naar boven vervoeren is volgens ons de beste methode om een station zo snel mogelijk te ontruimen. Maar de rechter heeft anders beslist.

In Nederland bestaat er op dit moment geen landelijke beleid voor ondergrondse veiligheid. Aangezien dit de eerste keer is in Nederland, dat er een rechterlijke toets plaatsvindt van een gelijkwaardigheidsnotitie (dat is een gelijkwaardige oplossing voor een veiligheidsniveau, die niet is geregeld in het Bouwbesluit) en er dus geen jurisprudentie aanwezig is, heeft de gemeente destijds al op geanticipeerd door twee bouwvergunningen aan te vragen: een voor de bouw van het casco en een voor de inrichting. De vergunning van het casco is onherroepelijk zodat de werkzaamheden niet zullen worden vertraagd.

Door het splitsen van de vergunningen kunnen we doorgaan met de aanleg van de metrolijn. We gaan de uitspraak onderzoeken en we bekijken welke aanpassingen kunnen worden gedaan om aan de uitspraak van de Rechtbank tegemoet te komen, aldus Mark van der Horst.

De gemeente gaat de komende dagen de uitspraak verder bestuderen en bekijken of ze in hoger beroep gaat.

Pb-165

© Gemeente Amsterdam