KNMG


Het Kwaliteitsmanifest toegelicht, deel 2

Het Kwaliteitsmanifest van de KNMG maakt duidelijk wat de samenleving op het gebied van kwaliteit van artsen en de medische beroepsgroep mag verwachten. Ook komt aan de orde wat de KNMG van andere partijen verwacht. Het manifest besteedt aandacht aan de volgende 10 onderwerpen: de kwaliteit van de arts, de arts-patiënt relatie, kwaliteitssystemen, loopbaanbeleid, prestatiegegevens, klachten en fouten, aansprakelijkheid, de Inspectie, zorgverzekeraars en de overheid . In een serie van vijf opeenvolgende bijdragen worden telkens twee van deze onderwerpen belicht.

In dit deel:

* De betekenis van kwaliteitssystemen

* De relatie kwaliteit en loopbaanbeleid

Andere delen:

* De kwaliteit van de arts

* De relatie arts-patiënt

De betekenis van kwaliteitssystemen
De focus van de kwaliteitssystemen van zorgverleners en zorginstellingen ligt uit de aard der zaak verschillend: medisch-inhoudelijk versus bedrijfsmatig. In instellingen - ziekenhuizen, verpleeghuizen, arbodiensten et cetera - bestaat het risico dat de gehanteerde kwaliteitssystemen niet de informatie opleveren waaraan behoefte bestaat en ook dat de kwaliteitssystemen van beroepsbeoefenaren en management onvoldoende op elkaar aansluiten. Dat laatste leidt in het gunstigste geval tot het uitblijven van synergie-effecten en in het ongunstigste geval tot het mislukken van kwaliteitsverbeteringen aan beide kanten. Het is belangrijk in instellingen formele kruisverbanden tussen de kwaliteitssystemen van zorgverleners en management aan te brengen. Het is van belang dat is geborgd dat de arts verantwoordelijk is voor de zorginhoudelijke aspecten. Alleen dan kunnen artsen worden geprikkeld om de kwaliteit van zorg steeds verder te verbeteren.

Het functioneren van kwaliteitssystemen is in de praktijk niet zonder problemen. In sommige gevallen ontbreekt nog een adequaat systeem, in andere gevallen wordt een bestaand systeem niet of onjuist toegepast. Een probleem is ook dat vooral de kwaliteitssystemen van instellingen te zeer zijn gericht op procedurele en organisatorische aspecten en te weinig op de outcome van de zorg. De kwaliteit van de behandeling moet centraal staan. Dit betekent dat de nadruk moet liggen op uitkomstindicatoren. Niet alleen de verleende zorg zelf, maar ook beoordelingssystemen daarvan moeten efficiënt en doelmatig zijn. Dit pleit ervoor om ook ten aanzien van kwaliteitssystemen een zekere mate van kleinschaligheid toe te passen, bijvoorbeeld door middel van thematische beoordelingen (van bepaalde afdelingen, ziekteprocessen, behandeltrajecten en dergelijke). Belangrijk is ook om kwaliteitssystemen te ontwikkelen die zijn geëigend voor het borgen van de kwaliteit van transmurale zorgketens en transmurale zorgfuncties.

Kwaliteit en loopbaanbeleid
Het is van belang dat er voor artsen een goed arbeidsklimaat bestaat. Toereikende arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden zijn voorwaarden voor het adequaat functioneren van de arts. Door vergrijzing, verruiming van medische mogelijkheden en toename van wensen van patiënten wordt de vraag naar gezondheidszorg steeds groter.
In de gezondheidszorg zijn de mogelijkheden voor het ontwikkelen van arbeidsbesparende technologieën gering. Mede hierdoor zal het personeelstekort één van de belangrijkste knelpunten voor effectieve en kwalitatief goede gezondheidszorg blijven. De standaardlevensloop van de arts is sterk verankerd in regelgeving en dagelijkse praktijk en laat weinig ruimte voor een meer individuele invulling. Zowel een overstap naar een andere tak binnen de zorgsector als het tijdelijk verlaten van de arbeidsmarkt roept veel problemen op. De capaciteit van de zorgverlening wordt niet alleen door de instroom bepaald, maar ook in substantiële mate door uitstroom. Er moeten maatregelen worden getroffen om vervroegde uitstroom te beperken.
Cruciaal is ook aandacht voor herintreders. Dit impliceert meer opleidingsfaciliteiten waarmee artsen volop aan het medische beroepsleven kunnen blijven deelnemen. Flexibilisering is daarbij het sleutelwoord. Bovendien kan dit een bijdrage leveren aan de preventie van demotivatie en een eventuele carrièrewijziging gemakkelijker maken.