Kleine en middelgrote fondsen meest gestegen op Damrak
De koersen van de kleine en middelgrote fondsen op de Amsterdamse effectenbeurs zijn in het derde kwartaal van 2003 ruim twee keer zoveel gestegen als die van de grotere ondernemingen. Ook in het eerste en tweede kwartaal deden de kleine en middelgrote fondsen het al beter. Het gemiddelde rendement op alle Nederlandse aandelen bedraagt in het derde kwartaal
4,3 procent. Over de eerste negen maanden van dit jaar is het beleggings-resultaat echter negatief (-1,2 procent), zo blijkt uit cijfers van het CBS.
Kleine en middelgrote fondsen in trek
De koersen van de kleine en middelgrote fondsen op het Damrak zijn in het derde kwartaal van 2003 met 12,8 procent gestegen. Dit is ruim twee keer zoveel als de stijging van de AEX-index in dezelfde periode (5,2 procent). In de AEX-index zijn alleen de 25 meest verhandelde fondsen opgenomen.
Over de eerste negen maanden van dit jaar is het verschil in koersontwikkeling nog veel groter. De graadmeter voor de kleine en middelgrote fondsen, de CBS-index voor niet-AEX fondsen, is in de eerste negen maanden met 22,4 procent opgelopen. De AEX-index is in dezelfde periode met 4,9 procent gedaald.
Positief rendement derde kwartaal ondanks koerscorrectie
Beleggers in Nederlandse aandelen hebben het derde kwartaal met een positief resultaat afgesloten. De CBS-herbeleggingsindex voor aandelen is in het derde kwartaal per saldo met 4,3 procent gestegen. De koersen van de Nederlandse aandelen bereikten op 3 september het hoogste punt van het jaar. Hierna volgde een koerscorrectie. Eind september lag het gemiddelde koersniveau 9,6 procent lager dan begin september.
Over de eerste negen maanden van dit jaar is het beleggingsresultaat negatief. Het totale rendement op Nederlandse aandelen bedraagt over deze periode -1,2 procent.
Amsterdam in derde kwartaal iets beter dan wereldindex
Het totale rendement op Nederlandse aandelen bedraagt in het derde kwartaal van dit jaar 4,3 procent. De Amsterdamse effectenbeurs heeft het hiermee iets beter gedaan dan het wereldgemiddelde. De MSCI-wereldherbeleggingsindex is, in euro's gemeten, in dezelfde periode met
3,4 procent gestegen. Over de eerste negen maanden van 2003 blijft Amsterdam met een totaal rendement van -1,2 procent nog achter bij het wereldgemiddelde (+5,4 procent).
Technologiefondsen presteren het best
De technologiefondsen hebben in het derde kwartaal het best gepresteerd. De graadmeter van de technologiefondsen, de CBS MIT Small-herbeleggingsindex, is in het derde kwartaal met 25,0 procent opgelopen. Dit is bijna zes keer zoveel als het gemiddelde rendement van alle Nederlandse aandelen tezamen (4,3 procent). De CBS MIT Small-index omvat alle fondsen op het gebied van micro-elektronica, informatietechnologie en telecommunicatie, exclusief de zwaargewichten Philips en KPN. De minst presterende sectoren op het Damrak waren in het derde kwartaal de financiële instellingen (+3,3 procent) en de sector bouwnijverheid (+3,7 procent).
Beleggingsfondsen Verre Oosten hoogste rendement
Van de beleggingsfondsen die in aandelen beleggen, hebben de fondsen die zich toeleggen op beleggingen in Azië in het derde kwartaal van 2003 het hoogste rendement behaald (+17,8 procent). Dit is een gevolg van zowel de gestegen aandelenkoersen aldaar als van valutamutaties. Zo is in Japan de Nikkei-225 index in het derde kwartaal met 12,5 procent gestegen en werd de yen ten opzichte van de euro 6,2 procent meer waard. Beleggingsfondsen die zich richten op Nederlandse aandelen presteerden met een rendement van 5,6 procent in het derde kwartaal iets beter dan het gemiddelde rendement van alle Nederlandse aandelen.
Rendement staatsobligaties in derde kwartaal licht positief
Beleggers in staatsobligaties hebben een licht positief kwartaal achter de rug. Het totale rendement op staatsobligaties bedroeg in de afgelopen drie maanden 0,2 procent. De koersen van de staatsobligaties zijn in het derde kwartaal per saldo gedaald. De daling werd echter gecompenseerd door de ontvangen couponrente. Over de eerste negen maanden van 2003 bedraagt het totale rendement op staatsleningen 4,1 procent.
Technische toelichting
De herbeleggingsindex geeft de waarde-ontwikkeling van effecten weer, vermeerderd met rente- en dividenduitkeringen. Het totale rendement van een belegging wordt berekend uit de herbeleggingsindex en is de som van het koersrendement en het coupon- c.q. dividendrendement. De beleggingsindices houden geen rekening met transactiekosten, zoals aan- en verkoopkosten en bewaarloon. Ook met fiscale consequenties is geen rekening gehouden.
PB03-179
2 oktober 2003
9.30 uur
Centraal Bureau voor de Statistiek
Persbericht
CBS