verschenen op: 30-09-2003
Visitatiecommissie onderzoekt kwaliteit van de pabo's
Opleidingen zoeken hun weg in hectische omgeving
De pabo-opleidingen van de Nederlandse hogescholen slagen er in
beginnende leraren basisonderwijs af te leveren, die voldoende zijn
gekwalificeerd om aan de slag te kunnen in het complexe werkveld.
Hoewel overwegend het hbo-niveau wordt bereikt, moet dit beter door de
opleidingen worden gegarandeerd. Dit is belangrijk, omdat het niveau
van de instromende studenten zeer heterogeen is. Dit concludeert de
onafhankelijke visitatiecommissie die, onder voorzitterschap van de
heer prof. dr. L.M. Stevens, in 2002/2003 zevenendertig
hbo-opleidingen leraar basisonderwijs op hun kwaliteit heeft
beoordeeld. De bevindingen zijn vastgelegd in het vandaag
gepubliceerde visitatierapport Moed tot Meesterschap.
De commissie heeft in bijna alle opleidingen een positieve cultuur
aangetroffen, gekenmerkt door professionaliteit en betrokkenheid. Dit
terwijl de opleidingen in de afgelopen jaren veel te maken hebben
gehad met reorganisaties, fusieprocessen, wisselingen in het
management en inkrimping. Alle opleidingen zijn bezig met de
implementatie van de Startbekwaamheden. Dit zijn de landelijke eisen
waaraan afgestudeerden moeten voldoen om in de praktijk aan de slag te
kunnen als leraar basisonderwijs. In de praktijk blijkt spanning te
ontstaan tussen de grote hoeveelheid eisen waaraan afgestudeerden
moeten voldoen en de invulling (diepte) daarvan. De
opleidingsprogrammas zijn met name door de diverse stages zeer
beroepsgericht, maar nog te veel vanuit de vakken opgezet. Het
kritisch denken over het eigen beroep dient te worden versterkt,
waardoor de intellectuele uitdaging van studenten kan toenemen. De
docenten van de opleidingen zijn op zoek naar het vinden van het
evenwicht tussen hun rol als de deskundig vakdocent en de rol als
begeleidende opleidingsdocent.
Doordat bij vele opleidingen de kijk op leren in het hoger
beroepsonderwijs recent is veranderd, worden over het algemeen de
studieopdrachten van studenten en de daarbij passende toetsen
vernieuwd. De meeste opleidingen zijn zich er van bewust dat
werkvormen, toetsen en onderwijsvisie een samenhangend geheel moeten
vormen. De commissie is bezorgd over het feit dat dit nog geen
gemeengoed is.
Een (naderend) probleem bij een aantal opleidingen is een tekort aan
stageplaatsen. Dit wordt veroorzaakt door het groeiend aantal
studenten en door een, door de hoge werkdruk in het basisonderwijs,
groeiend tekort aan directe begeleiders. Het is positief dat
opleidingen oplossingen zoeken voor dit probleem.
In het kader van de verdere verbetering van de opleidingen doet de
commissie onder andere de volgende aanbevelingen:
· Maak landelijke afspraken waarin wordt vastgelegd tot op welk
niveau de diverse startbekwaamheden minimaal moeten worden
gerealiseerd bij alle opleidingen;
· Zoek gezamenlijk naar een nieuwe/juiste verhouding binnen het
opleidingsprogramma tussen vakgerichtheid en beroepsgerichtheid; Door
de vakken meer in dienst te stellen van de vereiste competenties/het
beroep zullen samenhang en integratie van het programma verbeteren;
· Start op landelijk niveau met de discussie wat het hbo-niveau
betekent voor het beroep leraar basisschool. Indien dit helder is,
kunnen de opleidingen het hbo-niveau op opleidingsniveau daadwerkelijk
gaan garanderen;
· Versterk de kwaliteitszorg. Door het stellen van prioriteiten
en het maken van keuzes op basis van de doelstellingen binnen het
eigen kwaliteitszorgsysteem kunnen de opleidingen de ingezette
vernieuwingstrajecten een duidelijke sturende impuls geven.
De visitatiecommissie was samengesteld uit vertegenwoordigers uit de
beroepspraktijk en vier studenten.
Voorzitter, tevens lid van de commissie
Tot 1 augustus 2002
De heer drs. J.J.M. Kok MCM; voorheen coördinerend procesmanager
Procesmanagement Primair Onderwijs, Den Haag. Tijdens het
visitatieproces Lector Sector Hoger Pedagogisch Onderwijs Fontys
Hogescholen.
Vanaf 1 augustus 2002 en tot die tijd vice-voorzitter:
De heer prof. dr. L.M. Stevens, Emeritus Hoogleraar Orthopedagogiek
Universiteit Utrecht, Utrecht
Leden van de commissie:
· De heer H.W.M. van Blijswijk, voorzitter College van Bestuur
Stichting Confessioneel Onderwijs Lucas, Voorburg;
· Mejuffrouw L. de Bont, studentlid; tijdens het
visitatietraject afgestudeerd aan de Fontys Pabo Tilburg;
· Mevrouw A. Buursink-Niesink, Openbare Jenaplan basisschool De
Mussenacker, Udenhout;
· De heer drs. P.R.L. van Dam, voorheen unitmanager Primair
onderwijs Citogroep, Millingen a/d Rijn;
· Mevrouw C.H.M.M. Dautzenberg, directeur openbare basisschool
De Krullevaar, Nieuwegein;
· De heer drs. J.M. Demandt, algemeen directeur Stichting
Katholiek Onderwijs Focus, Sittard;
· Mevrouw J. Emmerik-Wals, directeur Galvanischool, Den Haag;
· Mevrouw H.D. Joosten, bovenschools directeur Vereniging voor
Christelijk Nationaal Schoolonderwijs Deventer e.o., Deventer ;
· De heer drs. A.J. Kallenberg, directeur Onderwijskundig
Expertisecentrum Rotterdam (OECR) Erasmus Universiteit, Rotterdam.
Tijdens het visitatietraject (na de bezoeken) Lector Sector Hoger
Pedagogisch Onderwijs, Hogeschool Leiden;
· Mevrouw L. van der Kooij, studentlid; tijdens het
visitatietraject afgestudeerd aan Hogeschool Utrecht, Utrecht; thans
werkzaam als leraar basisonderwijs Basisschool De Neijepoort te
Groenekan;
· De heer prof. dr. N.A.J. Lagerweij, Emeritus Hoogleraar
onderwijskunde Universiteit Utrecht, Ede;
· De heer drs. C.A.M. de Mey, directeur Stichting Confessioneel
Primair Onderwijs Waterland, Purmerend;
· Mevrouw J.M. Nagtegaal, studentlid; tijdens het
visitatietraject afgestudeerd aan de Fontys Pabo
s-Hertogenbosch;
· Mevrouw drs. W.M. Schoorl-Bouwman, voorheen lid college van
bestuur Hogeschool van Amsterdam, Amsterdam;
· Mevrouw drs. A. Swennen, Onderwijscentrum van de Vrije
Universiteit van Amsterdam, Amsterdam;
· De heer prof. dr. M.J.M. Vermeulen, director of Studies
Strategisch management voor onderwijs en educatie Tias Businesschool
KUB Tilburg en Hoogleraar leerstoel scholing en arbeidsmarkt, Open
Universiteit Nederland, Heerlen;
· De heer R.G. Wilbers, studentlid; tijdens het traject
afgestudeerd aan de Hanzehogeschool Groningen, Leeuwarden. Thans
student Onderwijskunde aan Rijksuniversiteit Groningen.
Terug terug
HBO-Raad