Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

Den Haag


- Directie Sub-Sahara Afrika

Afdeling Midden- en Oost-Afrika

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum


- 29 september 2003

Behandeld


- Wouter Vidlund


Kenmerk


- DAF/MA ­ 644/03

Telefoon


- 0703485777


Blad


- 1/3

Fax


- 0703486607


Bijlage(n)


---


- woj.vidlund@minbuza.nl


Betreft


- Evaluatie Memorandum of Understanding Rwanda -


---

Graag bied ik u, mede namens de heer De Hoop Scheffer, minister van Buitenlandse Zaken, het rapport aan inzake de evaluatie van het Memorandum of Understanding (MoU) tussen Rwanda en Nederland, dat is opgesteld door onafhankelijke consultants. Dit rapport is u toegezegd in de antwoorden op de schriftelijke vragen van de leden Ferrier c.s. over het Human Rights Watch rapport inzake Rwanda (TK, vergaderjaar 2002-2003, 1652).

De evaluatie van het MoU is uitgevoerd in samenwerking met het Verenigd Koninkrijk en Zweden. Deze landen hebben, net als Nederland, de eigen ontwikkelingsrelatie met Rwanda in een MoU vastgelegd. November 2002 heeft de Nederlandse regering besloten -samen met Zweden- gebruik te maken van hetzelfde evaluatie-mechanisme als het Verenigd Koninkrijk, waarbij onafhankelijke consultants de evaluatie uitvoeren. De evaluatie is uitgevoerd door de Canadees-Nederlandse econoom David Steedman en de Noorse mensenrechtendeskundige Mads Andenass. De heer Steedman voerde de evaluatie voor het derde achtereenvolgende jaar uit.

Het rapport bestaat uit het hoofddocument, een zogenaamde 'government matrix' waarin de committeringen van de zijde van de Rwandese overheid worden getoetst en een 'donor matrix' waarin hetzelfde wordt gedaan voor committeringen aan donorzijde.

De evaluatie van het MoU heeft november en december 2002 plaatsgevonden. Het concept rapport is vervolgens voorgelegd aan de vier betrokken overheden (Rwanda, het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Nederland) alsmede aan een aantal NGO's. De reactie vanuit de Rwandese overheid heeft lang op zich laten wachten, hetgeen heeft gezorgd voor de late beschikbaarheid van de definitieve versie van het rapport. Voor de volledigheid heb ik ook de Terms of Reference voor het werk van de consultants en de tekst van het Nederlands-Rwandese MoU zelf bijgevoegd.

De algehele conclusie van het rapport is dat de Rwandese overheid vooruitgang heeft bereikt op de zes punten die in het MoU zijn opgenomen, te weten: nationale eenheid en verzoening, conflictbeheersing, goed bestuur, macro-economische stabiliteit en Human Resource Development. Bij sommige punten, zoals bijvoorbeeld de situatie op het gebied van mensenrechten en deelgebieden vangoed bestuur, worden kritische kanttekeningen geplaatst en wegen voor verbetering geschetst. Voor een uitvoerige analyse verwijs ik naar het rapport. De Nederlandse regering zal een kritische dialoog blijven voeren met de Rwandese overheid over de mensenrechtensituatie, met name de persvrijheid en vrijheid van opereren van politieke partijen, en over goed bestuur, waaronder de opbouw van de justitiële sector.

In grote lijnen kan ik de conclusies van het rapport overnemen. De belangrijkste bevindingen van het rapport zijn besproken met de Rwandese overheid tijdens het jaarlijkse bilaterale overleg over de relatie Rwanda ­ Nederland, 23 mei jl. Hierbij is ook aandacht besteed aan meer recente ontwikkelingen op het gebied van goed bestuur en mensenrechten in de aanloop naar de verkiezingen, met name verdwijningen van personen. Ik ben voornemens ook dit jaar een onafhankelijke evaluatie van het MoU te laten uitvoeren, zo mogelijk met het Verenigd Koninkrijk en Zweden.

Het MoU met Rwanda is een nuttig instrument. Het legt de lange-termijn ontwikkelingsrelatie vast en biedt de politieke inkadering van wederzijdse inspanningsverplichtingen en intenties. In de afgelopen periode is het mede gebruikt om op transparante wijze de prioriteiten van de deelnemende landen in kaart te brengen en als agenda te fungeren voor het onderhouden van een permanente dialoog. Een dialoog waarin moeilijke thema's niet worden geschuwd. Het MoU geeft ook aan derden, zoals maatschappelijke organisaties, aanknopingspunten voor gericht inhoudelijk commentaar en aanbevelingen. Het is gebleken dat de inhoud van het MoU complementair is aan die van het door de overheid opgestelde Poverty Reduction Strategy Paper. Deze PRSP vormt een overkoepelend beleidsplan op het gebied van ontwikkelingssamenwerking en biedt op dat terrein voor veel donoren houvast.

Omdat de inhoud van het huidige document verouderd raakt en omdat Rwanda thans na de verkiezingen een nieuwe fase ingaat, heb ik besloten met de Rwandese overheid een nieuw MoU af te sluiten. In samenwerking met de Zweedse en de Britse ambassades in Kigali zijn de sterke en zwakke punten van het huidige MoU op een rijtje gezet. Ook van Nederlandse maatschappelijke organisaties zijn aanbevelingen ontvangen voor een bijgestelde tekst. Op dit moment zijn onderhandelingen gaande met de Rwandese overheid over de tekst van een nieuw MoU. Deze zal u ter zijner tijd worden toegestuurd.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven


---