Kamerstuk, 22-09-2003
Om het kamerstuk op te halen:
Zie het origineel
http://www.minvws.nl/document...er=393&page=20264
Advies VWS brandveiligheid kleding
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
VGB/P&L 2410359
22 september 2003
Recentelijk heeft de Voedsel en Warenautoriteit (VWA) een advies aan
mij uitgebracht over regelgeving voor brandveiligheid van kleding
(advies als bijlage bijgevoegd). Middels deze brief wil ik u
informeren wat mijn standpunt is ten aanzien van dit VWA-advies en wat
mijn vervolgstappen zullen zijn in dat licht.
Naar aanleiding van de nieuwjaarsbrand in Volendam heeft mijn
ambtvoorganger, mevrouw Borst, in 2001 aan de Kamer toegezegd
regelgeving te zullen ontwikkelen om extreem brandgevaarlijke kleding
te verbieden. Vanaf januari 2001 is er overleg gevoerd met het
bedrijfsleven en andere belanghebbenden om hiertoe regelgeving te
ontwikkelen in de vorm van een Warenwetbesluit dat de verhandeling van
extreem brandgevaarlijke kleding verbiedt.
In dat overleg stond centraal een door mij voorgesteld
ontwerp-Warenwetbesluit brandveiligheid kleding.
Op mijn verzoek heeft de VWA een nulmeting uitgevoerd naar het
brandgedrag van kleding aan de hand van de eisen die zijn opgenomen in
het ontwerp-Warenwetbesluit brandveiligheid kleding. Daarnaast heeft
Stichting Consument en Veiligheid in opdracht van de VWA onderzoek
gedaan naar de risicos voor de consumenten in relatie tot de
brandbaarheid van kleding. Deze nulmeting en het onderzoek van
Consument en Veiligheid vormen de basis van het door de VWA aan mij
uitgebrachte advies.
Ik heb veel waardering voor het advies van de VWA. Met dit advies
heeft de VWA ook op het terrein van de niet-levensmiddelen haar taak
als risicobeoordelaar opgepakt en bewezen.
In haar advies adviseert de VWA dat, hoewel het aantal letsels ten
gevolge van het in brand raken van kleding relatief beperkt is, de
aard en de ernst van die letsels (wettelijke) maatregelen
rechtvaardigen gericht op een reductie van de kans op het in brand
raken van kleding. Dit sluit aan bij de eerdere toezegging van mevrouw
Borst.
In haar advies pleit de VWA voor helderheid en eenduidigheid van de te
nemen maatregelen. Ten eerste opdat mensen weten welk
beschermingniveau zij van kleding mogen verwachten en dat zij daarmee
rekening moeten houden in hun omgang met open vuur. Het eigen gedrag
van mensen is en blijft immers van groot belang. Ten tweede opdat het
voor producenten helder is waar hun producten aan moeten voldoen. En
ten derde opdat de handhaving van deze maatregelen eenvoudig kan
plaatsvinden.
Ik onderschrijf het belang van deze argumenten en zal dan ook bezien
hoe deze inpasbaar zijn in de huidige concept regelgeving. Ook zal ik
extra aandacht besteden aan de handhaafbaarheid van de
ontwerp-regelgeving en in dat licht bezien of het aantal testmethodes
kan worden gereduceerd.
De VWA adviseert om een bestaande (vrijwillige) Europese norm voor
brandveiligheid van textiel wettelijk verplicht te stellen. Echter, de
betreffende norm wordt in andere Europese landen niet gehanteerd door
enige overheid en ook niet door handel of industrie. Zij heeft dus
weinig tot geen draagvlak in de internationale kaders waarbinnen de
productie en handel van kleding zich afspeelt. Ook stelt de norm
verdergaande eisen aan het brandgedrag van kleding, dan het
ontwerp-Warenwetbesluit zonder dat duidelijk wordt wat de effecten van
die strengere normen zullen zijn in termen van letselreductie. Op dit
punt zal ik het VWA advies niet opvolgen. Bij regelgeving voor
brandveiligheid van kleding zal ik zoveel mogelijk aansluiting zoeken
bij wettelijke eisen die enerzijds een voldoende hoog
beschermingsniveau bieden en anderzijds de kosten voor het
bedrijfsleven niet disproportioneel zullen verhogen.
Uitgaande van deze criteria, zal ik daarom zoveel mogelijk aansluiting
zoeken op bestaande wettelijke eisen die in het buitenland, waaronder
de V.S. en Zweden, worden gehanteerd.
In oktober 2003 zal er verder overleg plaatsvinden tussen mijn
ministerie en de betrokkenen, over een ontwerp-Warenwetbesluit mede
naar aanleiding van het VWA-advies. Hierna zal het ontwerp-besluit
worden besproken in de ministerraad. Ik streef er naar begin volgend
jaar regelgeving op basis van de Warenwet vast te stellen.
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
H. Hoogervorst
Advies VWS brandveiligheid kleding
Kamerstuk, 22-9-2003
(1.196 kB)