Aan de Voorzittervan de TweedeKamerderStaten-Generaal
Binnenhof4
Den Haag
- Directie Westelijk Halfrond
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag
Datum
- 16 september 2003
Behandeld
- J.J. Groenemeijer
Kenmerk
- DWH/MC-341/03
Telefoon
- 070-3485250
Blad
- 1/6
Fax
- 070-3485472
Bijlage(n)
- 1
- jj.groenemeijer@minbuza.nl
Betreft
- Beantwoording vragen vande ledenBrinkel en Ferrierover - mogelijke hulp aan Cuba
- Zeer geachte Voorzitter,
Graag - bied ik u hierbij- de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door - de leden- Brinkel en Ferrier (beiden CDA) over - mogelijke hulp aan Cuba. Deze vragen werden ingezonden op - 27 augustus 2003 met kenmerk - 2020316330.
De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking
A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven
Antwoord van mevrouw Van Ardenne-van der Hoeven, Minister voor Ontwikkelingssamenwerking, op de vragen van de Kamerleden Brinkel en Ferrier (beiden CDA) over mogelijke hulp aan Cuba.
Vraag 1
Heeft u kennis genomen van de steun die Novib en Hivos verlenen aan organisaties in Cuba die gecontroleerd worden door de staat? 1)
Antwoord
De inhoud van het door u genoemde artikel is mij bekend.
Vraag 2
Is met de steun van Novib aan het Cubaanse "Martin Luther King Centrum" en de organisatie voor kleine boeren ANAP, en met de steun van Hivos aan de kunstenaarsbond UNEAC en het culturele centrum "Casa de las Americas" Nederlands belastinggeld gemoeid?
Antwoord
De afgelopen jaren financiert de Novib alle ondersteuning van programma's en partners in Cuba uit het Novib/Derde Wereld Fonds. Het betreft hier eigen fondsen waarmee geen Nederlands belastinggeld is gemoeid. Daarentegen vindt de door Hivos verleende steun aan de door u genoemde activiteiten plaats in het kader het medefinancieringsprogramma, dat onderdeel is van de begroting voor ontwikkelingssamenwerking.
Vraag 3
Deelt u, met verwijzing naar de bewering van de mensenrechtenorganisatie "Human Rights Watch" dat het regime van Fidel Castro sinds maart 2003 is begonnen met een intensivering van de vervolging van dissidenten en mensenrechtenactivisten 2), de mening dat systeembevestigende contacten vanuit Nederland met regimes die zich schuldig maken aan schendingen van de fundamentele rechten van de mens moeten worden tegengegaan, en zo ja, op welke wijze? Bent u voornemens hieraan gevolg te geven?
Antwoord
Het bevorderen van de mensenrechten is een van de hoofddoelstellingen van het Nederlandse buitenlands beleid. Dit beleid is er op gericht activiteiten die mensenrechtenschendende regimes zouden kunnen versterken te vermijden en juist mensenrechtenschendingen actief aan de orde te stellen. Het Nederlands beleid inzake Cuba wordt afgestemd binnen de EU en is gericht op verbetering van de mensenrechtensituatie en het verhogen van het levensniveau van de Cubaanse bevolking. Inderdaad is, zoals het
door u genoemde artikel van "Human Rights Watch" vermeldt, de Cubaanse overheid sinds maart 2003 drastisch opgetreden tegen een vreedzaam opererende politieke oppositie. Door de EU is daartegen herhaaldelijk bij de Cubaanse autoriteiten geprotesteerd. Recentelijk heeft de Cubaanse overheid verklaard geen prijs meer te stellen op een dialoog met de EU en de door de EU verstrekte humanitaire hulp. Hierdoor heeft de politieke leiding van het land het internationale isolement van het eiland en zijn
bevolking vergroot. Het is in de huidige situatie van belang dat het contact met het Cubaanse maatschappelijk middenveld, waar dat mogelijk en zinvol is, niet wordt verbroken. De door u genoemde activiteiten van Hivos en Novib richten zich met name op de versterking van het maatschappelijk middenveld. Ook 'Human Rights Watch' wijst in het door u aangehaalde artikel op de onwenselijkheid van isolatie van het eiland.
Vraag 4
Over welke instrumenten beschikt u om contacten zoals hierboven genoemd, waar Nederlands belastinggeld mee gemoeid kan zijn, tegen te gaan?
Antwoord
Inzake de door Hivos in Cuba gesteunde activiteiten in het kader van het medefinancieringsprogramma is het in 2001 voor dit programma overeengekomen beleidskader van kracht. Hierin is vastgesteld dat de medefinancieringsorganisaties een vanuit de Nederlandse overheid erkende strategische autonomie hebben. Deze autonome positie is van belang omdat ontwikkelingssamenwerking een meerzijdige verantwoordelijkheid dient te zijn van zowel de overheid als het particulier initiatief. Dit betekent dat
Hivos en de andere medefinancieringsorganisaties zelf verantwoordelijk zijn voor genomen besluiten en een zelfstandige afweging maken inzake het ondersteunen van partnerorganisaties en programma's. Hivos heeft inmiddels laten weten naar aanleiding van de veroordeling van de dissidenten en de opstelling van de kunstenaarsorganisatie UNEAC ten aanzien van dit gebeuren, de steun aan deze organisatie niet te zullen continueren. De Hivos-steun aan het "Casa de las Americas" betrof een eenmalige
bijdrage voor een specifiek doel en zal als zodanig geen vervolg hebben. In een artikel in Trouw van 21 augustus jl. en een persbericht van 28 augustus jl. maakte Hivos tevens bekend de toegezegde steun aan de komende Biënnale in te trekken aangezien duidelijk sprake was van censuur. Elk jaar wordt door de medefinancieringsorganisaties een overzicht van de door hen goedgekeurde initiatieven aan mij en via mij aan het Parlement aangeboden. De door Hivos in Cuba gesteunde activiteiten maken
onderdeel uit van dit overzicht. Verantwoording wordt afgelegd door middel van een jaarverslag. De genoemde autonomie van de medefinancieringsorganisaties staat een inhoudelijke beleidsdialoog niet in de weg. Ook mensenrechtenschendingen kunnen in deze dialoog aan de orde komen. Doordat Novib de genoemde activiteiten uit eigen middelen financiert en geen belastinggelden in het geding zijn, vallen deze buiten het beleidskader voor het medefinancieringsprogramma.
Vraag 5
Hoe kan worden bevorderd dat ontwikkelingsgelden juist worden ingezet ten gunste van organisaties die zich inzetten voor democratie en mensenrechten in Cuba?
Antwoord
Cuba behoort niet tot de landen waarmee Nederland een bilaterale ontwikkelingsrelatie onderhoudt. Wel kunnen organisaties die zich inzetten voor democratie en mensenrechten in Cuba ondersteund worden via het particuliere kanaal.
Voor de financiering van particuliere initiatieven bestaan de volgende mogelijkheden. Een aantal organisaties ontvangt in het kader van de geldende subsidiewetgeving een structurele bijdrage uit het Medefinancieringsprogramma Breed en het Vakbondsmedefinancieringsprogramma. In de inhoudelijke beleidsdialoog met deze organisaties kan worden ingegaan op hun beleid ten aanzien van specifieke landen of thema's.
Daarnaast kunnen organisaties die werken vanuit een regio- of themaspecifieke invalshoek steun ontvangen uit het Thematisch Medefinancieringsprogramma (TMF).
Kleinschalige initiatieven die zich specifiek richten op Cuba kunnen worden gefinancierd uit het programma voor Kleine Plaatselijke Activiteiten (KPA-programma) dat wordt beheerd door de NCDO, of via het Front Office, een loket dat wordt beheerd door de medefinancieringsorganisaties.
1)Trouw, 22 augustus jl., "Euro's voor het Cubaanse experiment",
2)- http://www.hrw.org/press/2003/04/hcirtestimony041603.htm
---
Ministerie van Buitenlandse Zaken