IP/03/1243
Brussel, 15 september 2003
De Commissie roept de sociale partners op de pensioenrechten te
beschermen van de werknemers die van baan veranderen
De Europese Commissie roept de sociale partners op hun rol te spelen
bij de aanpak van de problemen waarmee werknemers worden
geconfronteerd wier bedrijfspensioenrechten worden aangetast wanneer
zij van baan veranderen, met name in een andere lidstaat. In haar
vandaag gepubliceerde raadplegingsdocument verzoekt de Commissie de
vakbonden en werkgevers de bedrijfspensioenregelingen onder hun
verantwoordelijkheid zodanig aan te passen dat werknemers die van baan
veranderen of hun loopbaan onderbreken geen onnodig verlies lijden wat
hun bedrijfspensioenrechten betreft. De Commissie nodigt de sociale
partners uit te onderhandelen over een in de gehele EU geldende
collectieve overeenkomst die meer mobiliteitsvriendelijke
bedrijfspensioenregelingen mogelijk maakt.
Anna Diamantopoulou, commissaris voor Werkgelegenheid en sociale
zaken, zei: Wij hebben het probleem van de overdracht van de
pensioenrechten met alle belanghebbenden besproken en geanalyseerd.
Het is duidelijk dat actie op EU-niveau nodig is om ervoor te zorgen
dat de rechten van de werknemers niet worden aangetast, als zij van
baan veranderen, en ik verwacht met name van de sociale partners dat
zij een beslissende stap in de goede richting zetten.
Meer flexibele arbeidsmarkten met een grotere beroepsmobiliteit zijn
van essentieel belang voor de verwezenlijking van de doelstellingen
voor het scheppen van arbeidsplaatsen, als vastgesteld tijdens de
Europese Raad van Lissabon in 2000, en voor de uitvoering van de
Europese agenda voor het sociaal beleid. De Commissie heeft de huidige
regels voor bedrijfspensioenen aangemerkt als een van de grootste
obstakels die werknemers ervan weerhouden om van baan te veranderen.
Bijvoorbeeld:
* in sommige lidstaten moeten de werknemers in de regel 5 jaar bij
dezelfde werkgever blijven werken voordat zij aanspraak kunnen
maken op een bedrijfspensioen. Als een werknemer besluit om binnen
deze periode van baan te veranderen, verwerft hij voor deze
periode geen pensioenrechten.
* Niet alle lidstaten voeren een herwaardering (d.w.z. een
aanpassing in lijn met de inflatie) uit van de slapende verworven
rechten die door een werknemer bij verandering van baan zijn
achtergelaten, om ervoor te zorgen dat zij inflatiebestendig zijn.
* Het is niet altijd mogelijk pensioenrechten over te dragen tussen
regelingen van verschillende types of naar een regeling in een
andere lidstaat. Dergelijke moeilijkheden hebben een negatief
effect op de beroepsmobiliteit, zowel binnen landen als in de
Europese Unie.
De vakbonden en de werkgevers dragen samen de
hoofdverantwoordelijkheid voor het opzetten van
bedrijfspensioenregelingen. Na een eerste raadplegingsfase vorig jaar
werden de sociale partners het erover eens dat actie op communautair
niveau nodig was om ervoor te zorgen dat de werknemers hun
pensioenrechten niet verliezen als zij van baan veranderen. Deze
tweede raadplegingsfase nodigt de sociale partners uit voorstellen te
doen over de mogelijke inhoud en reikwijdte van dergelijke
communautaire maatregelen, met name het creëren van een algemeen kader
dat minimumvoorschriften vaststelt.
Volgens de Commissie kan een oplossing worden gevonden in de
geleidelijke verkorting van de perioden die vereist zijn om in
aanmerking te komen voor een pensioen (bekend als wachttijden) of de
erkenning van relevante perioden van arbeid in een andere lidstaat. De
werknemers moet de keuze worden gelaten of zij hun verworven
pensioenrechten in de oorspronkelijke regeling willen behouden dan wel
naar een andere regeling willen overdragen, inclusief in een andere
lidstaat. Slapende verworven rechten die door een werknemer in een
pensioenregeling van een vorige werkgever zijn achtergelaten, moeten
meer inflatiebestendig worden gemaakt.
In principe wordt van de sociale partners binnen zes weken na de
lancering van de raadpleging een antwoord verwacht. Als besloten wordt
om over een collectieve overeenkomst te onderhandelen, moet dit binnen
negen maanden geschieden. Als de sociale partners niets doen, kan de
Commissie zelf wetgeving voorstellen. De huidige EU-wetgeving
beschermt reeds de wettelijke pensioenrechten van migrerende
werknemers, zorgt voor een gelijke behandeling van personen die van
baan veranderen binnen een land en over de grens en regelt het aanbod
van pensioenfondsen in de gehele EU.
De volledige tekst is te vinden op :
http://europa.eu.int/comm/employment_social/soc-prot/social/index_en.h
tm
European Commission