LIJST PIM FORTUYN

LPF tevreden over heropening Fortuyn-onderzoek

11 september 2003

PERSBERICHT

De voltallige Tweede Kamer heeft vandaag een motie van de LPF en de VVD aangenomen, die resulteert in aanvullend onderzoek naar de beveiliging en veiligheid van Pim Fortuyn.

De LPF is verheugd over deze heropening van het onderzoek. Vandaag bleek dat de voltallige Kamer de twijfels van LPF-Kamerlid Eerdmans inzake het totaalbeeld rond de beveiliging van Pim Fortuyn deelt. Vorige week stond de LPF-fractie nog alleen in haar strijd voor waarheidsvinding.

Op 1 september presenteerde de LPF-fractie het Zwartboek beveiliging Pim Fortuyn, waarin zij de lacunes in het rapport van de Commissie Van den Haak uiteenzette. Eén van de grootste zwakten in het rapport van de Commissie was het niet in persoon verhoren van ambtenaren van de BVD en het Nationaal Coördinatiecentrum (NCC). Deze ambtenaren vervulden in de periode voorafgaand aan de moord op Pim Fortuyn elk in hun dienst een sleutelfunctie in de procedure rond persoonsbeveiliging. Als gevolg van de vandaag aangenomen motie zullen deze sleutelfiguren nu wel in persoon, door de Commissie van Toezicht van de AIVD, gehoord kunnen worden. Een grote misser van de commissie Van den Haak wordt hiermee gerepareerd.

Het door de Commissie van Toezicht uit te voeren onderzoek heeft als ultiem doel het verkrijgen van een volledig beeld van het handelen van de diensten BVD en NCC ten aanzien van het beveiligen van Pim Fortuyn. In het Kamerdebat heeft LPF-Kamerlid Eerdmans aangegeven welke vragen daartoe middels aanvullend onderzoek beantwoord dienen te worden.

Met het horen van de voornoemde ambtenaren kan inzicht worden verkregen in onderlinge gesprekken die vanwege de defecte opname-apparatuur van het NCC niet meer te beluisteren zijn. Ten tweede dient de betrokkenheid van de ambtenaren bij de nooit verkregen dreigingsanalyses van Fortuyn te worden verduidelijkt. Daarnaast moet het onderzoek opheldering geven over de houding van de betrokken ambtenaren ten aanzien van de veiligheid van Pim Fortuyn. Tenslotte verlangt de LPF dat aanvullend onderzoek uitsluitsel geeft over de vraag of de genoemde ambtenaren op de hoogte waren van het afgeluisterde telefoongesprek tussen twee dierenactivisten op 7 januari 2002.

De LPF spreekt de hoop uit dat met dit aanvullend onderzoek het volledige beeld -dat in het rapport van de Commissie-Van den Haak zo node ontbreekt- van het handelen van BVD en NCC inzake de beveiliging van Pim Fortuyn eindelijk verkregen zal worden.