NOC*NSF


Nieuwe bezuinigingen verbijsteren de sportwereld

ARNHEM - NOC*NSF is verbijsterd over de voorgenomen bezuinigingen op sport door het kabinet Balkenende. Een voorlopige schatting leert dat het ministerie van VWS tot 18 miljoen Euro gaat korten op de sportbudgetten, wat neerkomt op een vermindering van bijna 25%.

De maatregel staat haaks op de goede voornemens van het kabinet, dat in het Hoofdlijnenakkoord nog sprak van "de grote maatschappelijke betekenis van de sport". NOC*NSF vraagt zich af hoe Nederland straks in het Olympisch jaar én het Europees Jaar van de Opvoeding door Sport, déze boodschap nog durft te verkopen.

Uit de voorlopige informatie bestaat het beeld dat de rijksoverheid in ieder geval de instellingssubsidies zal gaan afschaffen. Hiermee komt o.a. de financiële ondersteuning voor het algemeen functioneren van de sportbonden volledig te vervallen. Deze bezuiniging is in strijd met het Hoofdlijnenakkoord dat letterlijk uitgaat van overheidsbeleid dat erop is gericht ondersteuning te bieden aan het fijn vertakte netwerk van sportverenigingen en vrijwilligerswerk. Sportbonden en
-verenigingen zijn de basis voor de sportinfrastructuur in Nederland. Deze structuur komt nu geweldig onder druk te staan. De maatregelen zullen mede hierdoor leiden tot een lastenverzwaring voor alle sportbeoefenaren.

Zonder enige andere vorm van compensatie zal de sport in de komende jaren in zwaar weer terechtkomen. NOC*NSF vindt dat de overheid ruimte moet bieden om andere inkomstenbronnen aan te boren.

Ook het VWS-budget voor topsport blijft niet gespaard in de bezuinigingsplannen van Balkenende II. Olympische sportbonden kunnen hier op korte termijn al de gevolgen van ondervinden, maar bovendien zal het op de langere termijn consequenties gaan geven, bijvoorbeeld op het gebied van talentontwikkeling en -doorstroming.

Het terugdraaien van sportsubsidies heeft tenslotte ook negatieve gevolgen voor de inzet van sport in het kader van preventie en gezondheid. In een tijd waarin niet alleen wetenschappers, maar ook ziektekostenverzekeraars, artsen, consumentenorganisaties én de overheid steeds vaker sport en bewegen als essentiële activiteit erkennen in het voorkomen en tegengaan van een aantal ernstige (chronische) ziekten, maken dit soort bezuinigingsmaatregelen op zijn minst een paradoxale indruk. Op deze manier wordt het moeilijk om verlaging van de kosten van volksgezondheid te bewerkstelligen.

(11 september 2003)