Toespraak van de minister-president, mr. dr. J.P. Balkenende, congres `Normen op hun
Waarde geschat' van het Platform Waarden en Normen, Hardinxveld-Giessendam, 11
september 2003
Dames en heren,
11 september. Deze datum staat in ons geheugen gegrift om wat zich twee jaar geleden in
New York en Washington afspeelde.
U en ik kunnen ons nog goed voor de geest halen hoe we ons voelden bij het zien van die
eerste beelden. Alsof de grond onder je voeten wegviel. Een zo groot leed is niet te bevatten.
Het gaat het menselijk voorstellingsvermogen te buiten.
Op 11 september 2001 werd op de meest brute wijze een universele waarde geschonden: die
van de integriteit van het menselijk leven.
Ik noem u een andere datum. 25 augustus 2003. Een dag waaraan u vast geen bijzondere
herinneringen hebt. Dat ligt anders voor een winkelier uit De Baarsjes, in Amsterdam. Hij zag
op die maandagmorgen dat een jongeman zich nogal verdacht gedroeg bij een geparkeerde
auto.
Toen de jongeman merkte dat hij in de gaten werd gehouden, liep hij de winkel in en
bedreigde de winkelier. Vervolgens haalde hij er een aantal vrienden bij. De winkelier werd
mishandeld met fietskettingen en een ijzeren staaf; het interieur van de winkel werd vernield.
Een van de jongens zei: "Hij is bijna dood; hij kan toch de politie niet meer bellen. Laat maar
zitten."
De winkelier overleefde de aanslag ternauwernood. Hij wil graag zijn zaak weer openen, maar
pas nadat er camera's en alarmsystemen zijn geïnstalleerd. "We zijn heel erg bang", aldus zijn
vrouw.
Het verhaal was te lezen in de regionale krant. Een artikeltje op pagina 5.
Zo'n bericht gaat je door merg en been. Gelukkig zijn er ook andere verhalen te vertellen.
Over mensen die zich inzetten voor anderen, soms jarenlang. Mensen die belangeloos hun
best doen voor de buurt, de kerk, de vereniging. Mensen die een licht proberen te zijn voor
mensen om hen heen. We kennen ze allemaal uit onze omgeving. Alleen haalt dat soort
verhalen zelden de krant.
Ik probeer me voor te stellen wat een geweldsmisdrijf in het leven van iemand betekent. Bij
die Amsterdamse winkelier is iets onherstelbaars aangericht. Zijn vertrouwen in andere
mensen, zijn plezier in zijn werk, zijn in één klap weggevaagd.
Maar de schade is nog veel groter. De Amerikaanse president Roosevelt beschouwde
vrijwaring van angst als één van de vier fundamentele vrijheden van de mens. Aan deze
Amsterdamse winkelier en zijn gezin is die kostbare vrijheid ontnomen.
Ik probeer me óók voor te stellen wat die agressieve jongens bezield kan hebben bij hun
gewelddadige actie. Het waren gewone Amsterdamse jongens. Jongens met talenten en
mogelijkheden. Maar mogelijk óók met een eigen waardensysteem in hun hoofd op basis
---
waarvan ze dit soort gedrag rechtvaardigen. Een waardensysteem waarin het recht van de
sterkste geldt.
In dat geval zou er meer aan de hand zijn dan agressief gedrag. Er is dan sprake van twee
botsende waardensystemen.
Dames en heren, een gedeeld stelsel van waarden is noodzakelijk om een samenleving
mogelijk te maken en in stand te houden. Dat inzicht is niet nieuw. In 1848 schreef Alex de
Tocqueville bijvoorbeeld dat een samenleving niet zonder richtinggevende ideeën, zonder
gezamenlijke noemer kan.
De vraag is dan natuurlijk wat die gezamenlijke noemer is. Die vraag is niet eenvoudig te
beantwoorden. Wat hebben een gereformeerde dominee uit Klazinaveen en een islamitische
vmbo-scholier uit Rotterdam gemeen?
Vorige week was ik in Washington. Daar had ik onder andere een ontmoeting met de bekende
socioloog Amitai Etzioni.
Etzioni heeft veel gepubliceerd over de waarden die een samenleving bijeen houden. In één
van zijn publicaties zoekt hij naar een beeld voor de onderling verbonden samenleving. Hij
laat enkele beelden de revue passeren.
· De smeltkroes, waarin waardenpatronen en culturen zich vermengen tot `één pot nat'.
· Een regenboog, waarin waardenpatronen en culturen naast elkaar zichtbaar blijven als
banen met verschillende kleuren.
Maar nee, beide voldoen volgens Etzioni niet. Het beste beeld is volgens hem een mozaïek.
Een geheel waarin steentjes van verschillende vorm en kleur zichtbaar zijn, maar wel binnen
één lijst en gehecht aan een gezamenlijke ondergrond.
Waaruit bestaat het `hechtmiddel' dat alle steentjes vasthoudt? In ieder geval zijn dat de
principes van onze democratische rechtsstaat. Waarom? Omdat de democratische rechtsstaat
ruimte laat voor verschillen en tegelijkertijd waarborgt dat conflicten en botsingen van
opvattingen binnen de perken blijven. Zij vormt een bescherming tegen machtsmisbruik en
willekeur. Zij omvat iedereen. Niemand wordt losgelaten of uitgestoten.
Wie de democratische rechtsstaat verwerpt, verwerpt het idee van een samenleving waarin
iedereen meedoet en meetelt. En een samenleving die toelaat dat mensen niet meetellen, is die
naam niet waardig.
Recht en rechtsstaat zijn dus een bindende factor in een samenleving. Maar zijn we er
daarmee? Veel mensen hebben sterk het gevoel dat er méér nodig is. Dat geldt zeker voor
mensen voor wie het geloof richtinggevend is. Zij putten uit een rijke bron. En ze willen die
bron niet voor zichzelf houden, maar delen met anderen.
"Voor heel het volk", was een gevleugelde uitspraak in christelijk-historische kringen.
"Zonder visie verwildert het volk ", liet de anti-revolutionaire staatsman Abraham Kuyper
eerder weten.
---
Ik stel het zeer op prijs dat de kerken zich in de discussie over waarden en normen uitspreken.
De kerk heeft geen alleenvertoningsrecht op het onderwerp waarden en normen, maar wel een
opdracht zich ermee bezig te houden.
Straks mag ik een document in ontvangst nemen van een deel van de gereformeerde
gezindten: `Gerechtigheid en welzijn. Een boodschap van de kerken over waarden en
normen'.
Wat mij in het stuk aanspreekt en ik herken dat heel goed vanuit de calvinistische traditie
is dat de hand ook in eigen boezem wordt gestoken. Dat de vraag wordt opgeworpen: waar
heeft de kerk gefaald in het zijn van `zoutend zout'.
Is de verminderde rol van de kerk in onze samenleving er mede debet aan dat er minder besef
is van waarden en normen? Ik denk het wel.
Wie wekelijks een spiegel krijgt voorgehouden van een predikant, heeft wekelijks de
gelegenheid zijn waarden en normen weer `op te laden'. Of, zoals een vroegere collega uit de
CDA-fractie altijd zei: "vroeger hadden de mensen het gevoel dat God meekeek naar hun
daden. Nu hebben we daarvoor in de plaats een camera nodig."
De kerk moet zich inspannen om niet een steeds kleinere groep te vertegenwoordigen. Ik ben
daarover overigens niet pessimistisch. Als ik op het Flevo Festival of de EO-jongerendag
rondloop en praat met jonge mensen, dan zie ik de toekomstige rol van de kerken met
vertrouwen tegemoet.
Datzelfde geldt overigens voor religieus geïnspireerde maatschappelijke organisaties. In de
VS sprak ik onder meer met Stephen Goldsmith, een bekend bestuurskundige en voormalig
burgemeester van Indianapolis.
Hij vertelde enthousiast over dat wat maatschappelijke organisaties met een religieuze
achtergrond kunnen bereiken samen met bijvoorbeeld buurtverenigingen en de politie. Ook in
Nederland zouden we best wat meer van dat soort samenwerking kunnen zoeken. Het gaat er
uiteindelijk om dat mensen die hulp of begeleiding nodig hebben, goed worden geholpen. En
dat lukt samen vaak beter dan alleen.
Dames en heren, wie verder wil komen met het debat over waarden en normen, moet naast het
uitdragen van eigen overtuigingen ook kunnen luisteren.
Het kabinet laat mensen zelf hun verhaal doen, onder meer in een onderzoek dat we zojuist
hebben afgerond. Daar komen interessante dingen uit.
Wat blijkt? Nederlanders zijn trots op de Nederlandse samenleving als het gaat om vrijheid,
democratie, tolerantie en het sociale stelsel. Maar ze zijn veel minder positief over de manier
waarop we in het dagelijks leven met elkaar omgaan. Mensen ervaren een groot gebrek aan
respect voor anderen. Vooral jongeren worden daarop aangekeken.
Dat gebrek aan respect wordt geweten aan de individualisering en het afslijten van
gezagsverhoudingen sinds de jaren zestig. Ook het ontbreken van positieve rolmodellen
waaraan men zich kan spiegelen, wordt genoemd.
---
Overigens: wie televisie kijkt, kan zich daar iets bij voorstellen. Brutaliteit, jezelf centraal
stellen en lak hebben aan alles en iedereen zijn bijzonder `cool', als je veel tv- en
muzieksterren moet geloven. Er zijn natuurlijk uitzonderingen, maar de meeste artiesten
komen niet verder dan het eindeloos bezingen van `Me, Myself and I'. Een popsong over
respect voor de visie van anderen; dát zou nog eens revolutionair, vernieuwend en gedurfd
zijn.
Maar terug naar het onderzoek. Wat mij daarin opvalt, is dat mensen steeds het gedrag van de
ander als onwenselijk ervaren. Feilloos weten we de vele splinters in het oog van de buurman
aan te wijzen. De hand in eigen boezem steken komt veel minder voor.
Veel mensen voelen een gebrek aan vertrouwen, of zelfs angst voor anderen, ook als ze zelf
geen echt nare dingen hebben meegemaakt. Ze zien daarom voor zichzelf eigenlijk geen rol
weggelegd bij het verbeteren van de omgangsvormen in de samenleving.
Die rol wordt geheel en al neergelegd bij de overheid. Die moet haar autoriteit laten gelden,
het toezicht versterken, de wet streng handhaven, het goede voorbeeld geven, het belang van
waarden en normen beklemtonen en bespreekbaar maken, goede omgangsvormen propageren
en de dialoog tussen verschillende culturen tot stand brengen en gaande houden.
Nu ontken ik niet dat de overheid een belangrijke taak heeft op al deze terreinen. Vooral een
stevige handhaving van wetten en regels is een absolute noodzaak. Dat is een fundamentele
taak van de overheid. Zonder een goede uitvoering van die taak is elke discussie over waarden
en normen ongeloofwaardig en bij voorbaat tot mislukking gedoemd.
Mensen hebben groot gelijk als ze daarop wijzen en verlangen dat de overheid werk maakt
van een goede handhaving. Dat is ook wat dit kabinet doet.
Ook op de andere genoemde terreinen mag de overheid haar verantwoordelijkheid niet
ontlopen. Maar van mensen zelf kan óók het een en ander verwacht worden.
We zijn in Nederland bijzonder verknocht aan onze individuele vrijheid. Maar voor het
oplossen van de onaangename gevolgen van die vrijheid kijken we maar al te snel naar de
overheid. Terwijl we ook best eens wat vaker in de spiegel mogen kijken. Zoals u zelf ook
vandaag wilt doen.
Wat kunnen we zelf doen om de wereld een stapje dichter bij onze idealen te brengen? Enorm
veel. Veel van die zaken beschrijft u ook in de uitwerking van de tien geboden. Onze kinderen
opvoeden in liefde en respect. Het goede voorbeeld geven in het dagelijks leven. Rekening
houden met anderen. Omkijken naar mensen die onze aandacht nodig hebben. Meedoen
binnen kerk, buurt of vereniging. Afzien van materialisme en zelfverrijking. Ons niet
verschansen in eigen kring, maar contact zoeken met mensen die een andere
levensovertuiging hebben.
Dát zijn de dingen die er toe doen. Die uiteindelijk het verschil maken tussen een kille
maatschappij en een betrokken samenleving.
Het kabinet wil de balans tussen de collectieve en de individuele verantwoordelijkheid
herstellen. En de overdracht en handhaving van waarden en normen verbeteren. Niet alleen
met woorden, maar ook met daden.
---
Mensen die zeggen dat het debat over waarden en normen van regeringswege is verstomd,
hebben dus niet goed opgelet. Ruim 20% van de Regeringsverklaring was gewijd aan
waarden en normen! In de plannen die we met Prinsjesdag presenteren, krijgen de
voornemens een concrete vertaling.
De focus valt daarbij op vier terreinen: onderwijs, jeugdzorg, veiligheid en integratie. In het
onderwijs krijgen waarden en normen een herkenbare plaats. Er komt meer
opvoedingsondersteuning voor gezinnen waarin kinderen dreigen af te glijden naar de
criminaliteit. Het kabinet legt zich vast op een forse daling van criminaliteit en overlast in de
publieke ruimte. En er wordt een krachtiger beroep gedaan op nieuwkomers om hier niet
alleen te verblijven, maar ook actief deel te nemen aan onze samenleving.
Daarnaast besteedt het kabinet ook nadrukkelijk aandacht aan medisch-ethische kwesties. Dan
gaat het zowel om het evalueren van de bestaande wetten en uitvoeringspraktijk als om de
ethische toetsing van nieuwe technologische mogelijkheden.
Het kabinet trekt dus voor zichzelf consequenties uit het waarden- en normendebat. Maar het
zal óók mensen en organisaties gaan aanspreken op de bijdrage die ze zelf moeten leveren.
Dames en heren,
Franciscus van Assisi heeft ooit eens gezegd:
"Verkondig het evangelie aan de hele wereld. En als het echt nodig is, gebruik er dan
woorden bij."
Die uitspraak is voor mij een inspiratie. Probeer aan je idealen ook concreet gestalte te geven.
Loop niet weg voor je verantwoordelijkheid. Toon daadkracht.
En: blijf altijd in gesprek met mensen en groepen die er anders over denken.
Ik hoop dat de kerken hun waardevolle boodschap aan de samenleving over waarden en
normen ook op die manier zullen inzetten. Niet enkel als een verklaring vanaf de kansel. Ook
als een basis voor liefdevolle actie, dialoog en begrip.
Kerk en christelijke politiek hebben hun eigen verantwoordelijkheid. Christelijke waarden en
normen zoals die tot uiting komen in de tien geboden - kunnen niet eenzijdig worden
opgelegd. Ze zullen in de harten van mensen tot leven moeten komen. Christenen in de
politiek moeten het democratisch debat aangaan met de bedoeling anderen te overtuigen van
die waarden.
Het klimaat daarvoor is verbeterd. Het taboe op het thema waarden en normen, dat in de jaren
negentig nog leek te bestaan, is inmiddels weg.
Is daarmee het nieuwtje eraf? Voor sommige media misschien. Maar niet voor de
Nederlandse burger. Niet voor u. En niet voor mij. Waarden en normen blijven hoog op de
politieke agenda staan. We zijn nu toe aan een nieuwe fase, waarin we zaken concreet handen
en voeten gaan geven. De overheid op haar terrein. Mensen en organisaties door het oppakken
van hun eigen verantwoordelijkheid.
Ik ben blij dat het Platform Waarden en Normen daar aan mee wil werken. Ik wens u veel
inspiratie toe.
---