Ministerie van Defensie


---

Kamervragen en antwoorden
---

Antwoorden op vragen Van Beek en Kortenhorst van 4 en 8 juli jl. over functioneren van de Sperwer

03-09-2003

Hierbij bied ik u aan de antwoorden op de vragen van de leden Van Beek en Kortenhorst van 4 en 8 juli jl. over het functioneren van het Sperwer-systeem.

DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Onderstaand vindt u de antwoorden op vragen van het lid Van Beek van 4 juli 2003 met kenmerk 2020314480.

Vraag 1: Is onlangs een onbemand verkenningsvliegtuig van het type Sperwer verloren gegaan bij een mislukte landing? Moest een vlucht van een ander Sperwer-vliegtuig, dat enkele dagen eerder plaatsvond, voortijdig worden afgebroken?

Op 25 juni jl. werd een vlucht van een Sperwer-vliegtuig boven het Duitse oefenterrein Bergen Hohne voortijdig afgebroken in verband met een storing aan de navigatieapparatuur. Alhoewel het vliegtuig nog wel bestuurbaar was, was door het ontbreken van het GPS-signaal de precieze locatie van het toestel niet meer bekend. Conform de veiligheidsregels heeft de vluchtleiding daarop de missie onderbroken. Het vliegtuigje is op de voorgeschreven wijze veilig geland, waarbij het is beschadigd. Het vliegtuigje is vervolgens voor onderzoek en reparatie aan de leverancier aangeboden. Op 30 juni is een Sperwer-vliegtuig tijdens de landing onherstelbaar beschadigd omdat de landingsparachute zich niet goed opende . Een onderzoek naar de oorzaak van de parachuteweigering is ingesteld. Uit onderzoek is gebleken dat het probleem is veroorzaakt door een onjuist gevouwen parachute. br>

Vraag 2: Hebben deze negatieve voorvallen zich voorgedaan na een periode van zes maanden waarin Sperwer-vliegtuigen van de Koninklijke Landmacht aan de grond waren gehouden vanwege belangrijke technische onvolkomenheden?

Ja, de twee in vraag 1 genoemde voorvallen hebben zich voorgedaan na de tijdelijke vliegstop (van november 2002 tot en met april 2003) die was afgekondigd vanwege enige technische onvolkomenheden. Vervolgens zijn in mei 2003 de vliegoefeningen in Mourmelon met succes hervat.

Vraag 3: Zijn in deze periode de eerder door de regering genoemde onvolkomenheden (stroomvoorziening, materiaalproblemen bij de lanceerinrichting en een software-probleem in het grondcontrolestation) verholpen? Heeft de Belgische krijgsmacht reeds in een veel vroeger stadium geconstateerd dat het vliegtuig te zwaar was, dat het zomaar uit de lucht kon vallen, olie verloor en dat de motor soms kookte? Heeft de Belgische krijgsmacht op grond van de mankementen gekozen voor een niet-Frans onbemand verkenningsvliegtuig? In hoeverre spelen alle, in deze vraag genoemde problemen thans nog een rol?

Gedurende de tijdelijke vliegstop (van november 2002 tot en met april 2003) zijn de oorzaken van de genoemde onvolkomenheden en de te nemen verbetermaatregelen uitvoerig geanalyseerd. De maatregelen voor de stroomvoorziening en de lanceerinrichting hebben ertoe geleid dat de vliegoefeningen in mei hervat konden worden. Voor het software probleem van het grond controle station is de uiteindelijke oplossing bekend. Deze wordt op een later moment tijdens het normale onderhoudsprogramma aangebracht. Tot dat moment kan worden volstaan met een interim-oplossing. De afwegingen die een rol hebben gespeeld bij het materieelkeuzeproces van de Belgische krijgsmacht zijn ten gevolge van het commercieel vertrouwelijke karakter ervan dezerzijds onbekend. De veronderstelde constateringen zijn in ieder geval niet van toepassing op de in 2002 gecertificeerde Nederlandse Sperwer.

Vraag 4: Bent u nog steeds van mening dat het geleverde materieel voldoet aan de gestelde eisen, zoals gesteld in antwoorden op een vragenreeks van de Vaste Commissie voor Defensie van april 2002?

Het geleverde materieel voldoet aan de gestelde eisen. Het ontwerp is vorig jaar gecertificeerd waarna het operationele opwerktraject kon worden gestart. De Koninklijke landmacht doet nu voor het eerst praktijkervaring op in het gebruik van een onbemand vliegtuig. Er wordt binnen de grenzen van de vliegveiligheid zoveel mogelijk geoefend om ervaring op te doen met de mogelijkheden van het systeem. Dat zich tijdens dit opwerktraject ten aanzien van de techniek, de procedures of de training nog punten ter verbetering voordoen is niet ongebruikelijk.

Vraag 5: In hoeverre kunnen de financiële consequenties van de aanhoudende problemen met het Sperwer-systeem worden verhaald op de Franse producent Sagem?

Voor het Sperwer-systeem geldt een systeemgarantie. Deze garantie houdt in dat de leverancier aansprakelijk is voor het oplossen van alle ontwerp-, programmeer- en constructiefouten. Daarnaast is Sagem aansprakelijk voor de eventueel daaruit voortvloeiende fabricage- en/of materiaalproblemen.

Vraag 6: Welke conclusies worden uit de aanzienlijke problemen met het Sperwer-systeem getrokken voor de voortzetting van het project Unmanned (Reconnaissance) Aerial Vehicles dat eveneens in samenwerking met Frankrijk plaatsvindt en dat kennelijk nog steeds op het programma van Defensie staat? Worden voldoende zekerheden ingebouwd dat de URAVs die onder meer in de begroting voor 2003 worden genoemd, wel deugdelijk zullen zijn? Zo ja, welke zekerheden? Welke mogelijkheden zijn er nog om naar andere typen URAVs over te stappen?

In tegenstelling tot het Sperwer-project is bij het Unmanned (Reconnaissance) Aerial Vehicles (U(R)AV)-project sprake van een brede samenwerking op overheidsniveau tussen Nederland en Frankrijk. Dit moet in 2009 leiden tot een gemeenschappelijke invoering van een U(R)AV systeem. Mede naar aanleiding van de Sperwer-problematiek wordt een gefaseerde projectopzet met eventuele mogelijkheden om uit het programma te stappen voorgestaan. Nederland zal daarbij volledige zeggenschap behouden in de nog te maken keuzes. In het samenwerkingsproject wordt alle beschikbare Frans-Nederlandse (luchtvaart)kennis gebundeld. Hieraan dragen diverse departementen, luchtvaartautoriteiten, kennisinstituten en gerenommeerde bedrijven uit de luchtvaartindustrie bij. Hierbij wordt uiteraard ook gebruik gemaakt van de ervaringen uit het Sperwer-project. Bovendien worden verschillende toezichtorganen ingesteld.

Onderstaand vindt u de antwoorden op vragen van het lid Kortenhorst van 8 juli 2003 met als kenmerk 202034620.

Vraag 1: Wat is de precieze toedracht geweest van de crash van een Sperwer, een onbemand spionagevliegtuig van de Koninklijke Landmacht? Klopt het dat het gecrashte toestel totaal loss is?

Zie het antwoord op vraag 1 van het lid Van Beek.

Vraag 2: Klopt het dat bij een oefening met de Sperwer in Duitsland eerder een toestel in een bomenrij terecht kwam omdat het plotseling alle contact met de satelliet verloor? Welke technische storing betrof het?

Zie de beantwoording op vraag 1 van het lid Van Beek.

Vraag 3: Wordt nu opnieuw een vliegverbod voor de Sperwer ingesteld, terwijl het verbod van zes maanden juist recentelijk opgeheven was? Is het systeem thans wel of niet te beschouwen als volledig operationeel? Zo neen, wat zijn thans nog de bestaande problemen? Welke acties lopen er en wat is hiervoor aan geldmiddelen nodig? Is hiervoor een begrotingspost voorzien?

Zoals gebruikelijk in de luchtvaart hebben de twee recente incidenten aanleiding gegeven tot het instellen van een tijdelijke vliegstop en een onderzoek. Uit het initiële onderzoek te velde kwam naar voren dat beide voorvallen met relatief eenvoudige preventieve maatregelen zoals reparatie van de navigatieapparatuur en extra controlepunten in de vouwprocedure van de landingsparachute kunnen worden voorkomen. Na dit onderzoek en het doorvoeren van de genoemde maatregelen kon na beide incidenten de vliegoefening de volgende dag met andere toestellen weer worden voortgezet. De leverancier is gevraagd inzake de oorzaak van het defect raken van de navigatieapparatuur met een technisch verbetervoorstel te komen.

Na het ontwikkeltraject dat werd gevolgd door de vliegveilig verklaring van de configuratie (typecertificering), doorloopt het Sperwer-systeem sinds vorig jaar een opwerkperiode waarbij in het dagelijks gebruik nog (technische) onvolkomenheden kunnen optreden. Een dergelijke inleer-effect is gebruikelijk bij de introductie van nieuwe vliegtuigtypen in een op te richten organisatie en doet zich ook voor bij de invoering van de Sperwer. Afhankelijk van de complexiteit van de toegepaste technologie kan zon aanloopfase enige jaren duren. Voor het Sperwer systeem wordt rekening gehouden met een inleer-effect dat doorloopt tot 2005. Het systeem is daardoor in formele zin niet volledig operationeel. In de praktijk zal het systeem evenwel in deze periode operationeel ingezet kunnen worden, al zal dan wel sprake zijn van operationeel maatwerk. Deze werkwijze wordt ook toegepast bij andere landen die gebruik maken van UAVs. Vanaf medio 2004 zal uitzending van de eenheid mogelijk zijn. Technische modificaties die als gevolg van technische onvolkomenheden noodzakelijk zijn en onder de garantievoorwaarden vallen, worden kosteloos door de leverancier uitgevoerd. De overige technische modificaties worden, zoals gebruikelijk bij ingevoerde wapensystemen, uit de materiële exploitatie bekostigd.

Vraag 4: Is er in dit project een kostenoverschrijding ten opzichte van de oorspronkelijke begroting? Zo ja, hoe groot is deze?

In de Defensiebegroting voor 2002 werd voor het Sperwer-project een projectomvang van 84,3 miljoen (prijspeil 2001) geraamd. In het financiële jaarverslag Defensie over 2002 is gemeld dat de projectomvang 91,8 miljoen (prijspeil 2002) bedraagt. Dit voorjaar is de projectomvang ten gevolge van budgettaire redenen teruggebracht tot 87,8 miljoen (prijspeil 2002). De stijging ten opzichte van de begroting 2002 is veroorzaakt door een aanpassing aan het prijspeil en diensten die door de leverancier geleverd zijn.

Vraag 5: In hoeverre bestaat er een relatie tussen dit systeem en het bij de Koninklijke Luchtmacht in ontwikkeling zijnde Unmanned Aerial Vehicles (UAV-) systeem? Wat zijn de overwegingen om al dan niet naar een integratie van projecten en/of betrokken militaire eenheden te gaan werken? Hoe succesvol ontwikkelt het UAV-systeem zich? Spelen daar ook technische of anderszins problemen welke leiden tot afwijkingen van de oorspronkelijke begroting en de oorspronkelijke planning. Zo ja, kunt die afwijkingen beschrijven, alsmede de maatregelen die thans hier in relatie mee staande worden voorzien? Wanneer kan een situatie ontstaan waarbij het beter wordt om af te stappen van dit project en over te gaan op kopen van de plank?

Er bestaat geen relatie tussen het tactische UAV-systeem Sperwer en het strategische 'Medium Altitude Long Endurance' (MALE) UAV-systeem. Het MALE UAV-project is gebaseerd op door de EU en de Navo gedefinieerde behoeftes. In tegenstelling tot een tactisch UAV-systeem wordt een MALE UAV-systeem ingezet op het strategische niveau van militaire inzet en heeft het een continentaal bereik. Qua inzetmogelijkheden, taakstelling, vluchtprestaties en technologie voorziet de Sperwer op generlei wijze in de MALE UAV-behoefte van Nederland en Frankrijk, de EU en de Navo. Om deze reden is integratie van projecten of betrokken militaire eenheden niet zinvol.

Realisatie van de MALE UAV-capaciteit verloopt via een gefaseerd traject. Het Defensie Materieel Proces staat garant voor die gefaseerde aanpak, waarbij u over de te maken keuzes met brieven wordt geïnformeerd. Door beide landen is inmiddels gemeenschappelijk de initiële operationele behoefte gedefinieerd. Naar verwachting zal de behoeftestelling (A-brief) na het zomerreces van dit jaar aan de Kamer worden aangeboden. Thans treffen beide landen gezamenlijk voorbereidingen voor de volgende projectfase, zijnde de 'Feasibility Study'-fase. De samenwerking bij de voorbereidingen verloopt voorspoedig. Er doen zich geen afwijkingen ten opzichte van de oorspronkelijke begroting en planning voor. Het DMP geeft aan dat de afweging die leidt tot de keuze van een of meerdere kandidaatsystemen in de studiefase van een project plaats heeft.

Nieuws