Cranendonck
Wandelroute
Hier vindt u een vergroting van deze plattegrond
Het Cranendonckpad Natuur en landschap zijn in Nederland sinds eeuwen
onlosmakelijk verbonden met de landbouw. De afgelopen jaren werd dat
wel eens vergeten. Daarom zijn wij als praktijkcentrum voor de
melkveehouderij in 1997 begonnen om samen met lokale natuurbeschermers
en burgers de mogelijkheden van natuurontwikkeling op ons
praktijkcentrum nader in beeld te brengen. Er is een project Agrarisch
Natuurbeheer opgestart en met het maken van een bedrijfsnatuurplan is
in 1997 een aanzet gegeven voor een betere integratie van de natuur in
de bedrijfsvoering. Het Cranendonckpad leidt u door de mooie
landerijen van het voormalige landgoed Cranendonck. Onderweg kunt u
kennis maken met enkele voorbeelden van "agrarische natuur".
1. Het Kasteeltje van Cranendonck
Het kasteeltje vormt start en eindpunt van uw wandeling over de
landerijen van Cranendonck. Het is gebouwd in 1917 en dient
tegenwoordig als gemeentehuis.
2. Erfbeplantingen & overhoekjes
Beplantingen vormen traditioneel de aankleding van het boerenerf.
Overhoekjes zijn plekken op het bedrijf die met moderne machines
lastig te bewerken zijn. De afwisselende begroeiing rondom het erf
herbergt op kleine schaal een dynamische samenleving van schimmels,
planten en insecten, vogels en zoogdieren. Wie goed kijkt kan op warme
zomeravonden vleermuizen zien jagen op het erf van het
praktijkcentrum. De vleermuizen hebben hun zomerslaapplaatsen o.a. in
oude bomen en op de zolders van oude gebouwen.
3. Vogels op het bedrijf
Op en rondom het praktijkcentrum heeft de lokale vogelwerkgroep tal
van initiatieven genomen om de landerijen aantrekkelijk te maken voor
diverse vogelsoorten.
3a. Kerkuil & Bosuil
In 1998 is in de jongveestal een kerkuilenkast geplaatst. De afgelopen
jaren zijn er enkele kerkuilen uitgezet. De kast wacht echter nog op
vaste bewoners. De bosjes langs de Aa zijn broedplaats voor de bosuil.
Boerenzwaluwen
In de stallen van het praktijkcentrum broeden veel paartjes
boerenzwaluwen. Overdag kun je ze zien jagen op insekten, die ze in de
lucht vangen. Vooral voor een regenbui zijn ze erg druk.
3b. De Cranendonckse torenvalk
In de omgeving van Cranendonck worden van oudsher regelmatig
torenvalken gesignaleerd. In 1997 is op het bedrijf een valkenkast
geplaatst om betere broedgelegenheid voor de torenvalk te scheppen.
Torenvalken zijn aangewezen op bestaande nesten, ze bouwen nooit een
eigen nest. Sinds de kast geplaatst is zijn al enkele nesten
torenvalkjongen in Cranendonck grootgebracht. Regelmatig ziet men de
valken jagen en "bidden" boven de percelen van het praktijkcentrum.
Het zijn elegante, kleine roofvogels. Ze zijn te herkennen aan hun
roodbruine bovenkant.
4. Houtwallen
In 1998 zijn wij samen met het Brabants Landschap begonnen een aantal
oude houtwallen in ere te herstellen. Zij zijn voor de natuur op ons
bedrijf van onschatbare waarde. Houtwallen vormen verbindingen tussen
kleinere natuurlijke eenheden op het bedrijf die het leefgebied zijn
van wilde dier- en plantensoorten. Ook bieden de houtwallen schuil- en
nestgelegenheden voor zangvogels, insecten en kleine zoogdieren zoals
egel, wezel en konijn. Vrijwilligers van de plaatselijke
natuurorganisaties volgen de dieren- en plantenwereld rondom de
houtwallen nauwgezet. Het Praktijkcentrum inventariseert arbeid en
kosten van het onderhoud om te komen tot een duurzaam beheersconcept.
Alle vormen herstelbeheer die u hier ziet zijn gericht op het scheppen
van variatie in de leeftijd en structuur van de begroeiing. Exoten,
zoals de Amerikaanse vogelkers, Amerikaanse eik en Esdoorn worden
regelmatig verwijderd.
5. Singels en zomen
Ter vervanging van een historische houtwal waarvan u nog enkele
restanten kunt zien op het perceel voor u, is op dit punt een
bossingel aangeplant. Deze singel biedt in het agrarisch landschap
eveneens schuilplaatsen en leefgebied voor allerlei dieren en planten.
De ligging van dit landschapselement is een compromis tussen de wens
om het historisch landschapspatroon van Cranendonck te behouden en de
praktische benodigdheden van de moderne melkveehouderij. De nieuwe
singel doorbreekt door zijn lengte en oriëntatie het oude kavelpatroon
van kleinere, bijna vierkante percelen. Deze keuze was nodig om de
percelen goed toegankelijk te houden voor landbouwmachines. Door de
beplanting in de loop van de tijd gefaseerd terug te zetten zal de
nieuwe singel een gevarieerde structuur ontwikkelen en behouden. Het
snoeihout wordt afgevoerd of in takkenrillen tussen de struiken gelegd
waar het langzaam composteert.
6. Water vasthouden
Lage grondwaterpeilen en droogte in de zomermaanden vormen voor de
natuur en de landbouw op de zandgronden een groot probleem. Om
verdroging tegen te gaan zijn in enkele sloten van het praktijkcentrum
stuwen geplaatst. Met behulp van deze stuwen kan in het voorjaar het
water langer worden vastgehouden, waardoor de grond in een droge zomer
minder snel uitdroogt.
7. Ecologische Verbindingszone
In de gebiedsplannen van de provincie Noord-Brabant zijn de oevers van
de Buulder Aa aangewezen als ecologische verbindingszone. Samen met
het waterschap De Dommel hebben we daarom langs de Aa grond uit de
productie genomen en verschillende inrichtingsvarianten voor een
ecologische verbindingzone aangelegd. Er zijn singels aangeplant. Het
onderhoudspad is verlaagd en de oevers van de Aa zijn plaatselijk iets
aangepast. De singel en het onderhoudspad worden zeer extensief
beheerd en hebben zich de afgelopen jaren prachtig ontwikkeld. Er
worden jaarlijks veel zangvogels waargenomen. In de ruigte van het
onderhoudspad leven amfibieën, libellen, sprinkhanen en veel
bloembezoekende insecten. Het praktijkcentrum zoekt nog, samen met het
waterschap, naar een optimaal beheersconcept voor dit gebied.
Beheersing van onderhoudskosten en de praktische inpassing in de
bedrijfsvoering van praktijkcentrum en waterschap spelen hierbij een
belangrijke rol.
8. Poelen
Kikkers, padden, salamanders maar ook veel insecten hebben voor hun
voortplanting en overleving stilstaand of zwak stromend water nodig
dat in de zomermaanden snel opwarmt. Door het huidige intensieve
beheer zijn dit soort milieuomstandigheden schaars geworden. Om meer
ruimte te creëren voor inheemse amfibieënsoorten is op deze locatie in
1997 een nieuwe poel gegraven. Een tweede, historische, poel ligt iets
verderop. Deze werd in 1997 opnieuw uitgegraven. Regelmatig beheer
(schonen) is onmisbaar om de biotoopkwaliteit van de poelen op peil te
houden. Lokale vrijwilligers (IVN, Noord-Brabants Landschap) dragen
voor een belangrijk deel bij aan het beheer.
9. Bloemrijk grasland
Op deze locatie ligt sinds 1997 een demo voor natuurgericht
graslandbeheer. Drie van de percelen voor u worden zeer extensief
beheerd met het doel om een bloemrijk grasland te laten ontstaan. Deze
percelen worden niet bemest en pas laat in het voorjaar gemaaid. Door
pas te maaien na de bloei krijgen de bloemen en grassen de kans zich
uit te zaaien. De overige percelen worden gangbaar bemest en intensief
gemaaid en beweid. Met name in het late voorjaar is het verschil
tussen de twee beheersvormen goed te zien. Het bloemrijke grasland
oogt dan veel gevarieerder en is afwisselend in kleur, terwijl het
intensief gebruikte grasland relatief homogeen en groen blijft. Op dit
object wordt onderzocht hoe het structuurrijke natuurgras het beste
toe te passen is in de bedrijfsvoering. Het achterliggende doel is ook
hier natuur en landbouwkundige productie op het bedrijf sterker met
elkaar te integreren. 9
10. Akkerrandbeheer
Rondom dit bouwlandperceel is een brede akkerrand aangelegd. Deze rand
dient als buffer tegen het uitspoelen van gewasbeschermingsmiddelen of
nutriënten naar omliggende percelen of het bos. De rand wordt niet
bemest en er vindt geen onkruidbestrijding plaats. In het hoge gras
leven en foerageren b.v. de bosmuis en de dwergmuis. Ook worden hier
wel eens patrijzen gesignaleerd. Veel zangvogels profiteren van de
insectenrijkdom van de akkerrand. De akkerranden worden samen met de
aangrenzende graslandjes begin juli voor het eerst gemaaid en het gras
wordt gehooid of ingekuild.
11. Ecologische verbindingen
Op dit punt begint het tweede traject van de ecologische
verbindingszone langs de Buulder Aa. Ook hier is in 1998 een brede
strook langs de Aa uit productie genomen en is er een bosplantsoen
aangelegd. Anders dan bij punt 7 heerst in dit deel van de ecologische
verbindingszone een klimaat dat sterk lijkt op dat van een vochtige
bosrand. De grond is hier relatief voedselrijk. Dit komt o.a. tot
uitdrukking in de weelderige ondergroei van de singel en de
donkergroene kleur van het gras op het onderhoudspad. In de ruigte van
de bosrand staan hier veel brandnetels. Dit zijn waardplanten voor
vlinders als atalanta en dagpauwoog.
12. De boomgaard
De oude hoogstamboomgaard van de gemeente Cranendonck ligt precies op
de locatie van het historische kasteel Cranendonck. De ruïne in de
grond is een archeologisch monument en er mag op deze plek niet
geploegd, gegraven of diep gespit worden. Sinds enkele jaren is de
boomgaard in beheer van het proefbedrijf. In samenwerking met de
gemeente en de lokale bevolking wordt hij geleidelijk aan in oude
glorie hersteld. Zo zijn de fruitbomen na lange tijd weer eens
gesnoeid en zijn er in 1997/98 nieuwe bomen aangeplant. Het gras in de
boomgaard wordt jaarlijks in het voorjaar een keer gemaaid. In de
zomermaanden is hij in gebruik als extensieve weide voor jongvee en
droge koeien. 12
Informatie
Meer informatie over onderzoek op het praktijkcentrum Cranendonck en
de natuur op Cranendonck kunt u opvragen bij:
Cranendonck Praktijkcentrum voor de melkveehouderij in zandgebieden
Cranendonck 11
6027 RK Soerendonk (Noord-Brabant)
tel: 0495 - 59 12 51
fax: 0495 - 59 12 75
Groepen kunnen het praktijkcentrum op afspraak bezichtigen.
Voor nadere informatie over particulier of agrarisch natuur- en
landschapsbeheer in Noord-Brabant kunt u contact opnemen met:
Coördinatiepunt Landschapsbeheer van het Brabants Landschap
Postbus 80
5076 ZH Haaren
tel: 0411 - 62 27 75
fax: 0411 - 62 36 91
e-mail: info@brabantslandschap.nl
Het Project Agrarisch Natuurbeheer wordt uitgevoerd in samenwerking
met Praktijkcentrum Cranendonck, Gemeente Cranendonck, Provincie,
Waterschap, Stichting Brabants Landschap, LLTB, NCB, DLV, IVN en WBE.
---
© Praktijkonderzoek - Animal Sciences Group - Wageningen UR. Laatst
bijgewerkt: 01-09-2003 09:20.
Mail vragen en opmerkingen over de Praktijkonderzoek Website naar:
webmaster.po.asg@wur.nl
Praktijkonderzoek Veehouderij