VERENIGING VAN MILIEUKUNDIGEN
Den Bosch, dinsdag 2 september 2003
Beter openbaar vervoer niet altijd goed voor milieu
Het stimuleren van het openbaar vervoer kan leiden tot meer uitstoot van schadelijke stoffen, zo blijkt uit het juist verschenen nummer van Milieutijdschrift ArenA, het opinieblad van de Vereniging van Milieukundigen (VVM). Prof. Van Wee van de Technische Universiteit Delft, en Prof. Rietveld van de Vrije Universiteit Amsterdam presenteren hierin een overzicht van resultaten van wetenschappelijk onderzoek van de afgelopen tien tot vijftien jaar.
Stimuleren van openbaar vervoer lijkt goed voor het milieu. Maar de werkelijkheid is ingewikkelder. Uit het artikel blijkt dat de markt voor openbaar vervoer en voor de auto maar voor een klein deel communicerende vaten zijn. Meer openbaar vervoer betekent daarmee niet een evenredige afname van het autogebruik. Sommige mensen reizen nu eenmaal per definitie alleen maar per auto, zelfs al zou het openbaar vervoer gratis zijn. Bijvoorbeeld omdat ze een hekel hebben aan het openbaar vervoer of omdat ze teveel spullen moeten meenemen. Anderen reizen uitsluitend per openbaar vervoer, bijvoorbeeld omdat ze geen rijbewijs hebben of omdat de partner de auto mee heeft. Het sneller of goedkoper maken van het openbaar vervoer leidt daarmee weliswaar tot meer openbaarvervoergebruik, maar die extra toename is maar voor een klein deel afkomstig van de auto. Mensen die toch al per trein reizen, gaan als ze toch al verhuisplannen hebben bijvoorbeeld verder van hun werk wonen of accepteren een baan verder van hun woning. De toename van het openbaarvervoergebruik door de invoering van de studenten OV-jaarkaart en het gratis openbaar vervoer in het Belgische Hasselt leidde bijvoorbeeld tot een slechts geringe afname van het autogebruik. En ook het reizen per openbaar vervoer kost energie en veroorzaakt luchtverontreiniging. Dit betekent dat het goedkoper of sneller maken van het openbaar vervoer in sommige situaties kan leiden tot meer energiegebruik en emissies, zo concluderen de onderzoekers in ArenA.
Aangezien 70% van de dagelijkse verplaatsingen over afstanden onder de 5 kilometer gaat, ligt het stimuleren van het fietsen meer voor de hand.
Verder blijkt dat het vervoer van extra treinreizigers in de spits naar verhouding veel energie kost. Dat komt omdat veel treinen dan vol zitten. Meer reizigers betekent daarom meer of langere treinen. En langere treinen worden vaak na de spits niet meteen afgekoppeld, waardoor ze ook in de dalperiode extra energie gebruiken. Extra treinreizigers in de dalperiode kosten daarentegen juist weinig energie.
Vereniging van Milieukundigen (VVM)
Meer informatie bij: Prof. Dr. G.P. van Wee, tel. 015 - 278 71 86
Prof. Dr. P. Rietveld, tel. 020 - 444 60 97
Meer informatie over de VVM is te vinden op www.vvm.info, tel 073 - 621 59 85, email bureau@vvm.to
02 sep 03 14:30