Vereniging Reizigers Openbaar Vervoer (ROVER)
Reizigersvereniging: "knelpunten oplossen"
Onderzoek ROVER: Punctualiteit NS tussen Weesp en Amersfoort onder de
maat
Onderzoek van reizigersvereniging ROVER op het traject
Amsterdam/Schiphol - Amersfoort (de Gooilijn) wijst uit dat op dat
traject onevenredig veel vertragingen voorkomen. De hoge intensiteit
op het traject betekent dat kleine verstoringen grote gevolgen kunnen
hebben voor het treinverkeer. Tussen de stations Weesp en Amersfoort
bevindt zich een aantal potentiële bronnen van kleine verstoringen,
waardoor reizigers die over de Gooilijn reizen een grote kans lopen op
vertraging.
Naar aanleiding van de resultaten van de Kwaliteitsthermometer NS is
ervoor gekozen om de Gooilijn onder de loep te nemen. Dit traject
loopt van Amsterdam en Schiphol via Hilversum naar Amersfoort en komt
in vrijwel iedere rapportage van de Kwaliteitsthermometer voor in de
toptien van trajecten met de meeste vertragingen. met het definitieve
dienstregelingsvoorstel van de NS voor het jaar 2004.
Punctualiteit
Het speerpuntonderzoek Gooilijn bevestigt wat al uit de eerdere
metingen bleek: de punctualiteit op de Gooilijn is van een zeer laag
niveau.
Gemiddeld lag de punctualiteit op 77% (treinen op tijd), wat niet veel
afwijkt van de landelijke cijfers. Deze 77% is echter opgebouwd uit de
cijfers van meerdere treinseries. Op de Gooilijn bevindt zich bij
Weesp de aftakking naar Flevoland. Vanuit het westen gezien, verlaat
een aantal treinen hier de Gooilijn. De rest rijdt door naar Hilversum
en Amersfoort. Bij nadere beschouwing van de cijfers is duidelijk te
zien dat de treinen die vanuit Amsterdam of Schiphol naar Flevoland
rijden (of daar vandaan komen) redelijk normale punctualiteitcijfers
kennen. Het probleem ligt duidelijk bij de treinen die het gehele
traject afleggen, van Amsterdam of Schiphol naar Amersfoort. Dit
betekent dat het probleem moet liggen tussen Weesp en Amersfoort. In
dit speerpuntonderzoek is op meerdere stations op dezelfde tijdstippen
gemeten, waardoor het mogelijk is om zelfs individuele treinen te
kunnen volgen. Ook het verloop van een bepaalde treindienst is zo
eenvoudig te achterhalen. Het blijkt dat de intercity
Amsterdam/Schiphol Groningen/ Leeuwarden bijna altijd op tijd in
Amsterdam en Schiphol vertrekt, maar toch in 40% van de gevallen te
laat in Amersfoort aankomt. De snel- en stoptreinen die op de Gooilijn
rijden, laten een vergelijkbaar beeld zien. Omdat deze treinen op alle
meetstations waargenomen zijn, is zichtbaar waar de treinen hun
vertraging oplopen. Voor de sneltrein- en de stoptreinserie die
gemeten zijn, geldt dat het trajectdeel tussen Weesp en Hilversum de
boosdoener is. Dit beeld is in beide richtingen waargenomen.
Tussen Weesp en Amersfoort bevindt zich een aantal punten waar een
kleine verstoring zou kunnen optreden:
Een wissel bij Hilversum met een maximum snelheid van 40 km/u
Bij Hilversum is er enkel een passeermogelijkheid in de richting
Weesp
Bij Hilversum bevindt zich emplacement Crailoo, wat kruisende
goederentreinbewegingen veroorzaakt
Bij Baarn moet de stoptrein uit/naar Soest het doorgaande spoor
kruisen
Op het goederenemplacement van Amersfoort moeten goederentreinen het
spoor naar Hilversum kruisen
Het verdient dan ook aanbeveling deze potentiële veroorzakers van
vertragingen snel op te lossen, zeker met het oog op een drukker
wordend spoor als gevolg van de opening van de Gooiboog in 2004.
Aansluitingen
Op de stations Hilversum en Weesp zijn de aansluitingen onderzocht.
Gemiddeld werd op de twee stations samen 90% van de aansluitingen
gehaald, wat boven het landelijk gemiddelde van 84% ligt.
Ook dit getal is weer opgebouwd uit meerdere percentages. In Hilversum
zijn er twee aansluitingen gemeten, namelijk die van de stoptrein
Leiden-Utrecht (de 5700) op de sneltrein 5800 (Amersfoort Schothorst
Amsterdam Centraal). Komende uit Amsterdam, wordt de overstap op de
stoptrein naar Utrecht in 90% van de gevallen gehaald.
In de omgekeerde richting echter nog maar in 41% van de gevallen, wat
een zeer slechte score is.
In Weesp vinden we meer aansluitingen. Verschillende stop- en
sneltreinen sluiten hier op elkaar aan. In de meeste gevallen sluiten
ze ook in de praktijk op elkaar aan, enkele aansluitingen werden
tijdens de metingen zelfs geen enkele keer gemist.
Het blijkt dat er drie aansluitrelaties zijn die relatief slecht
scoren. Het opvallende van die relaties is dat de aankomende trein
altijd uit het oosten, over de Gooilijn komt. Ook de slechte
aansluiting in Hilversum heeft dit kenmerk.
Uitval
Over de uitval tijdens de metingen kunnen we (gelukkig) kort zijn.
Hoewel één van de meetdagen een hoge uitval van 5% kende, werd dit
veroorzaakt door uitgelopen werkzaamheden. Alle overige metingen
kenden een uitval van 0%.
Informatievoorziening
Ook op het gebied van de informatievoorziening is de Gooilijn niet
significant slechter dan de landelijke cijfers. De aanwijsborden op de
perrons (CTA) staan in 95% van de gevallen goed ingesteld, wat
overeenkomt met de landelijke cijfers. De enige negatieve uitschieter
is Hilversum, waar slechts 90% van de CTA's goed ingesteld stond.
De koersaanduiding op de zijkant van de treinen, de aanwezigheid van
NS-personeel bij treinen, en de stationsomroep op de Gooilijn scoorden
beter dan het landelijke gemiddelde.
Amersfoort, 1 september 2003
---