Den Haag, 26 augustus 2003
Bijdrage PvdA-fractie aan het wetgevingsoverleg op 25 augustus 2003 over de financiering en het verdeelmodel van de Wet Werk en Bijstand
(nr. 28 870).
Woordvoerder Saskia Noorman - den Uyl
tel 06 18305879
1. Algemeen
Voorzitter. Een vast budget in plaats van een declaratiesysteem voor werk en bijstand is een oplossing om een enorme hoeveelheid aan administratieve regels af te schaffen.
Toch heeft de PvdA zich in het verleden heftig verzet tegen een groter eigen risico voor de gemeenten. Wij zien kansen maar ook grote bezwaren. De PvdA legt de meetlat bij de voorstellen over de financiering en budgettering langs de volgende onderwerpen
1. Is voldoende gewaarborgd dat de financiële risico's van rijksbeleid en conjunctuur niet bij de gemeenten terechtkomen?
2. Kunnen de gemeenten het volume van de bijstand door mensen aan het werk te helpen voldoende verlagen met de hulpmiddelen die ze krijgen?
3. Is de scherpte van 100% eigen risico als financiële prikkel in verhouding tot de overige gemeentelijke financiële huishouding? Het Nyfer rapport laat zien dat daar problemen zijn.
4. Is het verdeelsysteem van het budget tussen gemeenten wel billijk en rechtvaardig?
Er is forse kritiek van de Raad van State, de Raad voor de financiële verhoudingen, de VNG en verder bijna iedereen die er bij betrokken is, op de financiering en het verdeelsysteem. Wij delen vele van die bezwaren. Wij hebben kritiek op de antwoorden van de regering vragen vanuit de kamer. Veelal wordt volstaan met nogmaals uit leggen wat de regering beoogt. Vragen over risico's worden niet beantwoord, of niet beargumenteerd. Het financiële stelstel van deze belangrijke wet die over 6 miljard euro gaat, kan niet gebaseerd zijn op niet beargumenteerde aannames! Waarom moeten zoveel gemeenten in de min? Dordrecht bijna 9 miljoen minder, Gouda 32%, 5,6 miljoen minder, Ede, Veenendaal, Almelo? Wat hebben ze - en wanneer - fout gedaan? Er is geen enkele argumentatie.
En waarom moeten zoveel gemeenten soms excessieve bedragen extra krijgen? Geen woord uitleg of verdediging. Legt u mij eens uit, meneer de staatssecretaris, waarom Amstelveen 4 miljoen extra krijgt op 750 klanten (56,6% extra geld). Maar ook Eindhoven (bijna 15 mln erbij - 26%) en Almere. Dat kan geen basis zijn voor zulke vergaande voorstellen. Het verdeelmodel is onvoldragen en onverantwoord in zijn huidige vorm.
De PvdA wil een serieuze poging doen om via verbeteringsvoorstellen die de hardheid van het onvolkomen model te verzachten om de invoering van het budgetteren van de gemeenten mogelijk maken. We willen samen met de andere partijen een breder draagvlak voor de invoering realiseren. Beter dan de gammele hangbrug boven de kloof waarboven de regering nu balanceert. Wat de PvdA betreft, haalt u de overkant zo niet. Maar kan wel anders.
2. Financiering en verdeelmodel
Algemeen
De voorgestelde financiering wordt op vier manieren aangestuurd
+ De vaststelling van het macrobudget;
+ Het verdeelsysteem van het budget tussen gemeenten;
+ De scherpte van de prikkel indien de gemeente onvoldoende presteert of de beloning als het goed
gaat;
+ De middelen voor het werkdeel.
Macrobudget
Een algemene opmerking. De staatssecretaris gaat ervan steeds vanuit dat de gemeenten een dalend bestand kunnen realiseren. Maar de huidige conjunctuur en het rijksbeleid leiden per definitie tot een stijgende bijstandspopulatie. Hoe meet en brengt de regering het minder meer in beeld?
Ramingen
De vaststelling van het macrobudget gebeurt op basis van CPB-ramingen. Er is forse kritiek van Nederlandse vooraanstaande economen (Volkskrant en NRC op 27 juni jl.) op de kwaliteit en de hardheid van de CPB cijfers. Zonder nacalculatie zal de raming steeds verder van de werkelijkheid afdrijven.
+ Hoe hard is dan de toezegging dat de conjunctuur gecompenseerd wordt? Is dat gezien de
vroegere ramingen niet erg onbetrouwbaar?
+ Hoe zit het met de toezegging dat rijksbeleid volledig gecompenseerd wordt?
+ Hoe wordt bv het afschaffen van de WW-vervolguitkering en het verhogen van de WW-referte-
eis gecompenseerd?
Wij hebben gevraagd naar de sterke toename van de WW met o.a. 14.000 per maand in mei jl. Wat is de raming van de toename van cliënten op basis hiervan in de Abw? Er is niet geantwoord op mijn vraag. De regering gaat deze vragen uit de weg.
Uit het onderzoek naar De volume ontwikkeling in de bijstand dat we onlangs kregen, bleek dat van de bijstandsdaling tussen 1999 en 2002 45% voor rekening kwam van de stijgende conjunctuur en 55% voor rekening van de gemeenten door uitstroom naar gesubsidieerd werk, scholing en prikkels. Dat is mooi en laat zien dat gemeenten echt werk gemaakt hebben van hun taak. Maar hoe werkt dat straks door in de CPB-ramingen bij de slechte conjunctuur van nu?
+ Hoe calculeert het CPB de inspanning van de gemeenten? Het minder meer? Of wordt dat bij
voorbaat ingeboekt? Welke transparantie is er in de ramingen?
September
De regering wil in september van een lopend begrotingsjaar het macrobudget voor het volgende begrotingsjaar vaststellen. Dat bestaat voor een substantieel deel uit prognose van het CPB. Er vindt geen nacalculatie plaats. De Staatssecretaris weigert dat.
+ Waarom vindt geen gedeeltelijke nacalculatie plaats? Immers: de instroom in de bijstand vanuit de WW, en de instroom van schoolverlaters en een toename van echtscheidingen boven de raming is toch precies vast te stellen en kan de gemeenten niet verweten worden.
+ Waarom kan nacalculatie wel in het gemeentefonds en in het huidige verdeelmodel?
Mijn fractie heeft daar geen vrede mee.
Mogelijke Maatregelen
Er zijn een aantal varianten mogelijk om de negatieve kanten van het voorstel op dit onderdeel bij te stellen. Ik geef de staatssecretaris die in overweging.
1. Verificatie ramingen achteraf met nacalculatie van conjuncturele effecten en die van rijksbeleid'; gevolgd door een eventuele compensatie
2. Vierjaarlijkse herijking en nacalculatie van de grondslag van de ramingen
3. Een grenstrekken bij het aantal gemeenten die boven de 10% norm achteraf zitten. Daarover een jaarlijkse rapportage aan de kamer. Mogelijke compensatie. Dat gebeurt ook in het gemeentefonds!
3. Verdeelsystematiek
De regering geeft zelf aan dat het verdeelmodel onvolkomen is. Toch is dat raar. Er is aan dit econometrisch model 8 jaar gewerkt. Een eerder zeperd ontstond toen de regering een al ingediend wetvoorstel moest intrekken vanwege de onvolkomenheden van het verdeelmodel. Het verdeelmodel voor 2002, voor 2003 en voor 2004 en verdere jaren voldoet niet. Er zitten onverklaarbare verschillen tussen gemeenten in. Het APE-rapport over Dordrecht dat we gisteren kregen laat zien dat Grote steden problematiek, allochtonen, veel bijstandontvangers, goedkoop woning aanbod, lage inkomens, arbeidsongeschikten, studenten en veiligheidproblematiek niet goed in het systeem zitten. Ook in het gemeentefonds zijn onderliggende kostenverdelingen gemaakt op basis van historische structuren die als kostendrager in een verdeelmodel fungeren. Het ontgaat mijn fractie ten ene male waarom dit verdeelmodel niet wordt gerepareerd op basis van grote stads problematiek en bijstandspopulatie. Zoals de Rfv heeft bepleit. Waarom zoveel expertise negeren?
Het siert de onderzoekers van APE dat zij erkennen dat: het huidige objectief verdeelmodel maar beperkt geschikt is voor de budgettering van de bijstand in enge zin. Men is met een aanpassing gekomen die het beter zou doen. Het voortstel overtuigt mijn fractie niet. Het lijkt wel een soort flipperkast. De niet te verklaren verschillen zijn veel te groot. Stond de succesvolle gemeente Dordrecht bij het model van voor de zomer op een tekort van 12%, nu zitten ze op 18% tekort (bijna 9 miljoen minder). Maar ook Gouda met 32% te kort, 5,6 miljoen minder, Ede (23%, 2 mln), Heerlen (18%, 7.7 miljoen)? Wat hebben ze - wanneer - fout gedaan? Er is geen enkele argumentatie.
Ik noemde ook al de soms excessieve stijgingen als Amstelveen 4 miljoen extra op 750 klanten (56,6% extra geld). Maar ook Purmerend (32% en bijna 4 mln), Almere 10 miljoen extra: 30%). Waarom zou Amsterdam er beter van moeten worden en Rotterdam slechter? Niemand heeft dit kunnen uitleggen. Het ontwikkelde systeem dat zichzelf als stabiel en robuust aanprijs heeft niets te maken de sociale financiële werkelijkheid van de gemeenten en hun bijstands cliënten..
Dat kan geen basis zijn voor zulke vergaande voorstellen. Het verdeelmodel is onvoldragen en onverantwoord in zijn huidige vorm.
Hardheid
De regering voelt niets voor een fasering van de hardheidscriteria. Ik zou respect hebben voor zo'n standpunt als de regering zijn huiswerk goed had gemaakt. Dat nu is niet het geval.
Zolang de regering nog niet in staat is lokale, regionale of sectorgewijze werkloosheidsfluctuaties in voldoende mate in het verdeelmodel te laten uitkomen zal het hardheidcriterium zacht moeten zijn. Immers de rekening voor een onvoldoende werkend verdeelmodel ligt bij de burgers van de gemeenten waarvoor het model onvoldoende is. Deze burgers zullen via bezuinigen op voorzieningen of de verhoging van de OZB voor eigenaren voor een sluitende begroting en rekening moeten zorgen.
Standpunt
De PvdA vindt dat pas late, naar mate het objectief verdeelmodel verbetert, het hardheidscriterium strakker kan worden gesteld.
Het verdeelmodel heeft onverklaarbare te korten en overschotten bij een fors aantal gemeenten.
De PvdA stelt de volgende maatregelen voor:
1. Voorlopig meer historisch verdelen en minder objectief (want dat werkt onvoldoende).
2. De ex-ante aftopping van 15% verlagen naar 10%,
3. De ex-post bandbreedte van 10% zou verlaagd kunnen worden naar 7,5%. Dat is nog altijd
het dubbele van de huidige bescherming.
Risico Artikel 12
Hoe veel gemeenten zullen straks de weg naar artikel 12 op moeten? De staatssecretaris gaat in de nota naar aanleiding van het verslag de vragen uit de weg. Dat is niet dapper. Via de stukken die de commissie afgelopen week gevraagd en gekregen heeft wordt er meer duidelijkheid geschapen. Hebben al die gemeenten het nu zo slecht gedaan? De regering heeft zelfs geen moeite gedaan om dat aan te tonen.
In 2004 zullen er van de 467 gemeenten 50 gemeenten zijn met een budget tekort boven de risicodrempel van het gemeentefonds. Bijzonder is, dat daarvan 34 kleine gemeenten zijn die alleen op basis van historische gegevens een budget krijgen. Zij allen staan in de rode zone voor artikel 12. Dat is de onder curatelestelling van de minister van Binnenlandse zaken en de Staatssecretaris van financiën De gedwongen bezuinigen en de gedwongen verhoging van de OZB.
Dat is niet te verteren. Ik vraag de regering dat te voorkomen.
Daar helpt alleen het maximeren van het bedrag per inwoner bij. Ik vraag om een aanpassing.
4. Hoogte eigenrisico gemeenten
De regering zegt dat het risico voor de gemeente 10% is. Een verhoging van 6,25%. Dat is een stijging van 166%. Maar dat is niet het werkelijke verhaal. Het risico voor Rotterdam is E 104 per inwoner. Vergeleken met het huidige risico van E 6,81 per inwoner is dat een verhoging van E 97,19 per inwoner. Dat is excessief.
Het rapport Nyfer laat zien dat de prikkel zowel voor de kleine als voor de grote gemeente disproportioneel zijn.
Risicoreserve
Op dit moment hebben de gemeenten een risico van 3,75%. Dat gaat per 1 januari 2004 van de ene dag op de andere over naar 10%. Vanwege de gebrekkige nauwkeurigheid van de CPB-raming op lokaal niveau en de regionale effecten zullen de gemeenten een risicoreserve moeten vormen. De gemeenten zullen daarvoor extra moeten bezuinigen of de inkomsten verhogen om de risico's tijdens een lopend begrotingsjaar te kunnen opvangen. Op vragen over de grootte van het bedrijfsrisico gaat de regering niet in. Dat betreuren wij.
Het Nyfer-onderzoek laat zien dat het vormen van een buffer van 10% van de bijstandskosten voor gemeenten gelijk staat met nagenoeg alle kosten voor sociaal cultureel werk (Nyfer p. 27) in de gemeenten. In de vier grote gemeenten koste een risicoreserve van 10% eenzesde deel (15%) van alle onderwijsuitgaven. Deze gegevens verontrusten mijn fractie zeer. De regering ontkent de stelling van Nyfer niet. Ze zegt dat het gaat om een eigenstandige verantwoordelijkheid van de gemeenten. Na lezing van het Nyferrapport lijkt de hoogte van de gemeentelijke risico's niet in evenwicht met de beïnvloedbaarheid van die risico's.
De forse kritiek van de Raad van State, de Rfv, de VNG, DIVOSA zou voor de regering aanleiding moet vormen om tot een matiging van het risico per uitkeringsgerechtigde te komen en het verdeelmodel en macrobudget beter op de externe factoren te passen. Zodat een evenwichtiger balans ontstaat tussen de risico's van beïnvloedbare factoren en autonome ontwikkelingen.
Voorstel
De PvdA wil de effecten mitigeren en faseren vanwege de onvolkomenheden in het objectief verdeelmodel en de aansluitingsverschillen voor de kleinere gemeenten.
1. Het introduceren van een maximum bedrag per inwoner. Dat is nu E 6,81 per inwoner een maximum van E 26 per inwoner lijkt me redelijk. Het huidige risico is 25% van het budget. Een verhoging naar 100% leidt tot een maximum van vier maal zo veel als het huidige risico: dus E 26. Het maximum geldt ook voor de voordeelgemeenten.
Compensatie bij overschrijding en Toetsing commissie
Wij hebben de staatssecretaris gevraagd om Raad voor de financiële verhoudingen als toetsingscommissie te laten fungeren. Ik zou daar graag een antwoord op willen hebben. Ik sluit anders een motie niet uit.
De PvdA vindt dat de gemeenten compensatie moeten krijgen als ze boven de uitsteekt. De partij begrijpt niet wat er redelijk en billijk aan is dat een gemeente in één klap het gehele sociaal cultureel werk moet opdoeken omdat er een fabriek is gesloten of er een asielcentrum in de gemeente wordt gevestigd waardoor het bijstandbestand met 10% omhoogschiet.
Pas als het verdeelmodel en de CPB-ramingen een hoger betrouwbaarheidgehalte hebben dan zal er een strenger hardheidscriterium moeten zijn.
In de huidige regeling moment wordt de overschrijding boven de E 6,81 automatisch gecompenseerd. Daarom zou in de aanvang er geen een zware procedure maar een lichte via een toetsingscommissie moeten zijn.
5. Financieringssystematiek werkdeel
Budgetoverschot werkdeel.
De PvdA vindt dat de gemeente niet 75% van de middelen die ze aan het eind van het jaar overhoudt moeten afdragen. Zij dragen de financiële risico's. Na 4 jaar kan bezien worden of substantiële fondsvorming op dit deel heeft plaatsgevonden. Het ligt niet voor de hand, omdat 17.000 euro per werkloze per jaar zware prikkel voor de gemeente is. De PvdA heeft daarom een amendement ingediend.
De PvdA constateert dat gemeenten veel meer vrijheid om reïntegratie zelf te regelen. Dat is goed, maar dat dit gaat samen met een zeer forse bezuiniging op het werkdeel. Dat is 30% van het budget. Dat kan niet anders dan afbreuk doen aan de goede resultaten van de afgelopen jaren. Het onderzoek naar de effectiviteit van uitstroom uit de bijstand laat dat zien. Mark wordt wijzer!
Effect conjunctuur op werkdeel
Het flexibel reïntegratiebudget ademt niet mee met de conjunctuur en wordt niet aangepast voor rijksbeleid. Voor het inkomensdeel geldt dat wel. Het zet de gemeenten op achterstand.
Nu de regering weigert het werkdeel mee te laten ademen wil de PvdA de regering verplichten jaarlijks met de VNG te overleggen over de mate waarin autonome groei of rijksbeleid tot hogere aantallen werklozen leidt en daarmee een groter beslag op het reïntegratiebudget van de gemeente gelegd wordt..
Motie of amendement VNG overleg
Verdeling middelen werkdeel
De voorgenomen herverdeling van de middelen uit het werkdeel pakt slecht uit voor de grote gemeenten die eerder als probleemaccumulatie gebieden de eerste gesubsidieerde banen kregen. Het voorliggende systeem straft hen af. Er is een aanpassing gedaan door de gemiddelde duur van de uitkering mee te wegen in de verdeling. De PvdA-fractie vindt dat onvoldoende.
Voorstel
Het aantal werknemers in het werkdeel moet meetellen vanwege de aangegane verplichtingen en het tegengaan gedwongen ontslagen
(Motie of amendement)
Termijn fasering werkdeel herverdeling
Het verlies van budget van de grote gemeenten die echt hun best hebben gedaan is dramatisch. Er is iets tegemoet gekomen door in 2004 de bestaande verdeling te handhaven. Toch zal de regering het verdeelsysteem langzamer moeten faseren dan de 7 jaar die er nu voor staat. Te denken valt aan 10 jaar.
6. Bezuiniging
Geld over of weg?
Het schrappen van de vrijlating leverde in 1995 een bedrag van 150 miljoen gulden op. Dat moet nu zo'n 125 miljoen euro zijn. (De vrijlating is hoger en er werken meer bijstanders in deeltijd). De staatssecretaris zegt niet te weten waar dat geld is. De beoogde besparing op de wet van 250 mln E zit in de efficiency verbetering (nnav p 152). Een uitname uit het macrobudget zou terug te vinden moeten zijn. Dat is niet het geval, zo blijkt uit de stukken. Het is van tweeën één. Of er is stiekem extra bezuinigd, maar wie heeft dat geld dan? Of het zit nog gewoon de gemiddelde kostprijs per klant die dus iets lager wordt omdat de inkomsten verrekend worden.
Voorstel
1. Ik stel voor om dat bedrag van 125 mln euro over te hevelen uit het inkomensdeel en toe te voegen aan het werkdeel. Daaruit kan de premie betaald worden (N16 als vervanging voor de vrijlating). Maar ook andere reïntegratieactiviteiten. De vrijlating komt via een premie terug voor de deeltijdwerker.
2. De invoering van de WWB gaat gepaard met een bezuiniging van 150 miljoen euro. Oplopend tot 250 miljoen. Maar het eerste jaar een besparing inboeken, terwijl de maatregelen die tot besparing leiden pas in 2005 worden ingevoerd, is politiek onfatsoen. De besparing pas in 2005 in laten gaan als de gemeente hun efficiency met hulp van ICT ook echt kunnen inzetten. Daarom willen wij voorstellen om met een temporele schuif de besparing pas in 2005 te laten ingaan. Eventuele kan op het eind van de kabinetsperiode de latere besparing per saldo tot een hogere totaal besparing leiden.
7. Uitvoeringskosten via gemeentefonds
De uitvoeringskosten per bijstandsklant zijn in 1995 geraamd op 5000 gulden per klant. Hoewel eerder is toegezegd dat er een 0-meting zou komen over de feitelijke uitvoeringskosten is die er nog steeds niet. De WIW en de ABW worden samengevoegd.
+ Heeft dat gevolgen voor de grondsslag van het bedrag en het aantal mensen dat daarvoor geldt in
het gemeentefonds?
+ Kan de staatssecretaris aangeven hoe dat bedrag nu wordt opgebouwd en hoe dat gaat gebeuren
na invoering van de WWB?
Bij een lager aantal bijstandsgerechtigden volgt met een of twee jaar vertraging de verlaging van het bedrag. Nu er de komende jaren sprake is van een stijging van het aantal bijstandsgerechtigden. Hoe is dan de stijging van de uitvoeringskosten geregeld? Komt die pas twee jaar later?
+ Moeten de gemeenten de stijging van de uitvoeringskosten het eerste jaar zelf betalen?
8. Overige
Techniek.
De regering heeft er voor gekozen de verdeelsystematiek in een besluit onder te brengen. Bij de herverdeling gemeentefonds werd dat in de invoeringswet gedaan.
De Kamer moet de financieringssystematiek kunnen amenderen. Wijzingen gaan dan per Amvb. Ik bereid een amendement voor.
Bijzondere bijstand
Er wordt volgend jaar 220 miljoen euro gekort op de bijzondere bijstand. Daarmee dwingt de regering het beleid van armoedebestrijding te halveren, maar ook het geld voor de schuldhulpverlening verdwijnt, terwijl de vraag sterk stijgt. De doelstelling uit het Nationaal actieplan armoedebestrijding worden op dit onderdeel niet gehaald.
Gaat de regering schuldhulpverlening afschaffen? Hoe moeten gemeenten dat betalen?
Invoeringskosten
Het voorgestelde budget voor de uitvoeringskosten is volstrekt onvoldoende en moet worden
verhoogd.
---- --
Partij van de Arbeid