CJE/03/66
12 augustus 2003
Beschikking van het Hof van 29 juli 2003 in de prejudiciële zaak
C-166/02
Daniel Fernando Messejana Viegas / Companhia de Seguros Zurich SA en
Mitsubishi Motors de Portugal SA
Het portugese stelsel van wettelijke aansprakelijkheid waartoe de
deelneming aan het verkeer van motorrijtuigen aanleiding kan geven,
stelt de slachtoffers van een ongeval onvoldoende schadeloos
De in het Portugese stelsel voorziene schadeloosstellingen moeten in
overeenstemming zijn met de in een communautaire richtlijn vastgelegde
minimumbedragen.
Op 20 maart 2000 heeft D. F. Messejana Viegas ernstige verwondingen
opgelopen bij een verkeersongeval waarbij het voertuig waarin hij zich
bevond is geslipt. Voor de Portugese rechter heeft hij
schadevergoeding uit hoofde van risico-aansprakelijkheid gevorderd van
Seguros Zurich, de maatschappij waarbij de bestuurder van het voertuig
een verzekeringsovereenkomst had gesloten.
De communautaire richtlijn inzake de onderlinge aanpassing van de
wetgevingen der lidstaten betreffende de verzekering tegen de
wettelijke aansprakelijkheid waartoe de deelneming aan het verkeer van
motorrijtuigen aanleiding kan geven(1)
, legt minimumbedragen vast voor de schadeloosstelling van
slachtoffers van verkeersongevallen. Zij maakt geen onderscheid tussen
schuldaansprakelijkheid en risico-aansprakelijkheid.
De Portugese wetgeving diende uiterlijk op 31 december 1995 de in de
richtlijn voorziene schadeloosstellingen te waarborgen.
Het Portugese stelsel van wettelijke aansprakelijkheid maakt
onderscheid tussen het geval waarin sprake is van schuld van de
bestuurder, in welk geval de schadeloosstelling van het slachtoffer
onbeperkt is, en het geval waarin de bestuurder geen schuld treft, in
welk geval de maximumbedragen voor schadeloosstelling lager zijn dan de
in de richtlijn vastgelegde minimumbedragen.
De Portugese rechterlijke instantie waarbij Messejana Viegas een
vordering tegen de verzekeraar van het bij het ongeval betrokken
voertuig heeft ingediend, wenst van het Hof van Justitie te vernemen
of de Portugese wetgeving verenigbaar is met het gemeenschapsrecht.
Het Hof beklemtoont om te beginnen, dat het reeds heeft geoordeeld dat
de Portugese wetgeving inzake de wettelijke
aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen in alle gevallen de uit
de richtlijn voortvloeiende minimumvereisten moet eerbiedigen.
Door deze richtlijn heeft de gemeenschapswetgever de dekking willen
waarborgen van alle wettelijke aansprakelijkheid voortvloeiend uit de
deelneming aan het motorrijtuigenverkeer en daarbij alle stelsels
willen omvatten.
Het doel van de richtlijn - bescherming van de slachtoffers van
verkeersongevallen door de verplichte verzekering tegen wettelijke
aansprakelijkheid - zou in gevaar worden gebracht indien de nationale
wetgever vrijelijk kon beslissen over de dekking van die verzekering.
De in de richtlijn vastgelegde bedragen kunnen niet rechtstreeks in de
betrekkingen tussen particulieren worden toegepast zolang de Portugese
wetgeving niet conform is. Het Hof brengt evenwel in herinnering, dat
de lidstaten de schade moeten vergoeden die particulieren hebben
geleden doordat een richtlijn niet binnen de gestelde termijn is
uitgevoerd, mits aan drie voorwaarden is voldaan:
* de richtlijn moet particulieren rechten verlenen;
* de inhoud van die rechten moet bepaalbaar zijn;
er moet een causaal verband bestaan tussen het verzuim van de Staat
en de geleden schade.
Voor de media bestemd niet-officieel stuk, dat het Hof van Justitie
niet bindt.
Dit stuk is beschikbaar in alle talen.
De volledige tekst van de beschikking is te vinden op de
internetpagina van het Hof
http://www.curia.int/
heden vanaf ongeveer 15.00 uur.
Voor nadere informatie wende men zich tot Zaïra Penders
tel. (352) 4303 3127 fax (352) 4303 3656
(1)
Richtlijn 84/5/EEG van de Raad van 30 december 1983, PB 1984, L 8,
blz. 17.
European Commission