Vlaamse overheid

PERSMEDEDELING VAN HET KABINET VAN MINISTER LUDO SANNEN VLAAMS

MINISTER VAN LEEFMILIEU, LANDBOUW EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Woensdag 30 juli 2003

Minder runderen, varkens en kippen: 5 miljoen kilo stikstof en 2 miljoen kilo fosfaat minder in milieu

Liefst 1174 Vlaamse veehouders willen in 2004 stoppen met hun activiteiten. Dit blijkt uit de definitieve cijfers van de ingediende aanvragen voor de stopzettingsregeling die liep tot 15 juli laatstleden. De veehouders die willen stoppen, krijgen immers financiële steun van Vlaams landbouwminister Ludo Sannen. Meteen telt Vlaanderen vanaf 2004 43.000 runderen, 161.000 varkens en meer dan 1.000.000 kippen minder. In Oost-Vlaanderen verdwijnen 5 procent varkens; Limburg telt eind volgend jaar 18 procent minder legkippen, Vlaams- Brabant 4 procent minder rundvee. Vlaams landbouwminister Ludo Sannen komt de veehouders die in 2004 willen stoppen tegemoet met in totaal 52.000.000 euro. Dankzij deze steun kunnen de veehouders hun activiteiten stopzetten zonder zware financiële gevolgen. Deze sociale maatregel heeft tegelijkertijd een belangrijke ecologische dimensie: door de verdere inkrimping van de veestapel komt er in 2004 liefst 5.007.000 kilo stikstof en 2.081.000 kilo fosfaat minder via de mest in de grond, en dus het water terecht.

Het mestoverschot in Vlaanderen krimpt. Dat is mede het gevolg van de "uitstapregeling" die de Vlaamse overheid biedt aan veehouders die willen stoppen. Vanaf 2004 nemen die mestoverschotten jaarlijks nog eens af met 5 miljoen kilo stikstof en 2 miljoen kilo fosfaat. Door de afbouw van de veestapel zijn de mestoverschotten de voorbije drie jaren reeds gedaald met 10 miljoen kilo stikstof en 4 miljoen kilo fosfaat.

Liefst 739 rundveehouders, 348 varkenskwekers en 87 pluimveekwekers hebben Vlaams landbouwminister Ludo Sannen nu laten weten in 2004 te willen stoppen. In ruil kunnen zij genieten van een uitstapregeling, gebaseerd op het aantal dieren. Voor het uit de markt halen van 43.874 runderen ontvangen de veehouders zo een 25.500.000 euro. Het uit de markt nemen van meer dan 1.000.000 kippen levert hen bijna 4.000.000 euro op. Voor de afbouw van de varkensstapel met 161.000 stuks krijgen de varkenshouders meer dan 24.000.000 euro.
Opvallend zijn de grote verschillen tussen de verschillende Vlaamse provincies.
Rundvee
In totaal wordt de Vlaamse rundveestapel in 2004 met nog eens 2 procent afgebouwd. In Limburg bedraagt de daling 1,5 procent, in Vlaams-Brabant 4 procent. Driekwart van de rundveehouders die willen stoppen, komt uit West-Vlaanderen (265) en Vlaams-Brabant (265). In Vlaams-Brabant zijn evenveel vragen ingediend als in West-Vlaanderen. Gemiddeld is het aantal dieren per ingediende aanvraag in West- Vlaanderen dubbel zo hoog als in Vlaams-Brabant. Limburg tekent voor minder dan 10 procent van alle aanvragen.
Opvallend is dat liefst 11 procent van alle in Vlaanderen aanwezige mestkalveren wordt aangeboden voor de opkoopregeling. 75 procent van de aangevraagde dieren blijkt afkomstig uit de provincie Antwerpen. Echt verwonderlijk is dat niet aangezien 68 procent van alle mestkalveren in de provincie Antwerpen wordt gehouden.
Varkens
Antwerpen, Limburg en Vlaams-Brabant tellen eind 2004 tot 3 procent minder varkens. In West-Vlaanderen daalt het aantal varkens met 1,5 procent, in Oost- Vlaanderen met 4,6. Vooral Oost- en West-Vlaamse varkenshouders willen uit hun beroep stappen. Liefst 70 procent van alle aanvragen komt uit beide provincies. In absolute cijfers worden meer varkens aangeboden in Oost-Vlaanderen (60.121) dan in West- Vlaanderen (51.703). Het aantal varkens in Oost- Vlaanderen bedraagt nochtans amper 40 procent van het aantal varkens in West-Vlaanderen. Opvallend is ook dat het aantal vragers opnieuw stijgt ten opzichte van de vorige inschrijvingsperiode.
Pluimvee
Eind 2004 zal Vlaanderen 5 procent minder legkippen tellen. 80 procent van de aanvragen voor een uitstapregeling komt uit de provincies Antwerpen, Limburg en West-Vlaanderen. In heel Vlaanderen wordt een uitstapregeling gevraagd voor 375.588 legkippen. Liefst 48 procent van die legkippen (178.899) is afkomstig uit Limburg. Dit betekent meteen dat het aantal legkippen in Limburg volgend jaar vermindert met niet minder dan 18 procent.
Het aantal slachtkuikens neemt tegen eind 2004 af met
2 procent. Die daling zal vooral merkbaar zijn in de provincies Antwerpen en West-Vlaanderen. Beide provincies tekenen samen voor 70 procent van de aangeboden dieren. Antwerpen en West-Vlaanderen huisvesten samen dan ook 60 procent van alle slachtkuikens op Vlaamse bodem. Antwerpen - met 6.200.000 slachtkuikens - wil af van 155.000 slachtkuikens; West-Vlaanderen - momenteel goed voor 7.000.000 slachtkuikens - wil er 102.000 minder.

Minder stikstof, minder fosfaat
Deze maatregel om veehouders die willen stoppen te ondersteunen, heeft meteen positieve gevolgen voor onze leefomgeving. Dankzij de afbouw van de veestapel komt er volgend jaar heel wat minder stikstof en fosfaat in de mest, en dus in de grond en in het water terecht. Het uit de markt nemen van meer dan 1 miljoen kippen zorgt ervoor dat vanaf 2004 jaarlijks 663.000 kilo stikstof en 393.000 kilo fosfaat minder vrij komt. Het verdwijnen van 161.000 varkens maakt dat er jaarlijks liefst 2.304.756 kilo stikstof en
1.032.581 kilo fosfaat minder in de mest terechtkomen. De zowat 43.000 runderen die Vlaanderen vanaf 2004 minder zal tellen, maken dat er nog eens
2.039.611 kilo stikstof en 655.720 kilo fosfaat minder in het milieu kunnen verdwijnen. Samenvattend: dankzij de opkoopregeling kunnen in 2004 liefst 1174 Vlaamse veehouders op een sociaal verantwoorde manier hun activiteit stopzetten én krijgt het Vlaamse milieu jaarlijks 5 miljoen kilo stikstof en 2 miljoen fosfaat minder te slikken.

info : Ron Hermans, woordvoerder van
minister Sannen - tel. (02) 553 27 12
e-mail: persdienst.sannen@vlaanderen.be