Openbaar Ministerie

Eis: 18 jaar in zaak-Barbra de Jong uit Weert

---

Achttien jaar gevangenisstraf heeft de officier van justitie in Roermond geëist tegen de verdachte in de zaak van de gewelddadige dood van Barbra de Jong uit Weert. De man zou zijn slachtoffer hebben gedood omdat zij hem afwees.
Officier van justitie mr. P. van Hilten gaf dinsdag 29 juli voor de rechtbank in Roermond aan de hand van getuigenverklaringen en van telefoon- en sms-verkeer een zeer gedetailleerde schets van de relatie die er was tussen slachtoffer Barbra de Jong en de verdachte van haar gewelddadige dood. Van Hilten concludeerde dat de verdachte Barbra de Jong om het leven heeft gebracht omdat zij geen verhouding met hem wilde. ,,Een slachtoffer van jonge leeftijd, een spontane meid met een onberispelijke staat van dienst. Zij moest uit de weg worden geruimd omdat door een ander - van E. - gekoesterde wensen en verlangens niet door haar werden gehonoreerd", aldus de officier in zijn requisitor.
Mr. Van Hilten schetste het begin van de zaak: ,, Nadat op 13 september 2002 door de ouders van Barbra de Jong en haar vriend alarm is geslagen en bij de politie aangifte is gedaan van de vermissing van hun dochter Barbra, wordt door de politie vrijwel onmiddellijk een onderzoek ingesteld in de directe woonomgeving van het slachtoffer, haar directe vrienden- en kennissenkring, en op haar werk. Ook haar toenmalige partner wordt stevig aan de tand gevoeld. Niets biedt op dat moment ook maar enig uitzicht op een mogelijke verblijfplaats van Barbra de Jong. Voor een misdrijf wordt weldra gevreesd. Barbra de Jong leidde tot dan toe een regelmatig leven, liep nooit in zeven sloten tegelijk, en was een evenwichtige persoonlijkheid." ,,Aan de knagende onzekerheid omtrent haar verblijfplaats komt op maandag 16 september 2002 des middags een einde, als een stoffelijk overschot van een vrouw wordt tevoorschijn gehaald uit de Zuid Willemsvaart. Vast staat dan ook, op dat moment dat zij op gruwelijke wijze om het leven is gebracht. Ingevolge de bevindingen van de patholoog-anatoom luidt de conclusie, dat zij door een groot aantal messteken om het leven is gebracht. De (aan)herkenning door de naaste familie vindt plaats, en op dat moment staat vast dat het dodelijk slachtoffer betreft: Barbra de Jong." De officier sprak van een misdaad die de rechtsorde in ernstige mate heeft geschokt. ,,Een gruwelmisdaad ook die in Weert en omgeving veel gemoederen in beweging heeft gebracht en tot ruime publiciteit aanleiding heeft gegeven.''
Van Hilten: ,,Maar vooral ook een delict dat op indringende en onherstelbare wijze een einde heeft gemaakt aan het gezinsgeluk dat de familie De Jong , de naaste familie- kort voor 11 september 2002 nog genoot, toen hun dochter Barbra nog in hun midden verkeerde. Een periode van onzekerheid over haar lot sinds de verdwijning van hun dochter Barbra, het voortslepen van de onderhavige strafzaak, het ontbreken van een bekennende, berouwvolle dader, dat alles heeft op hen een verwoestend effect gehad. En die ellende duurt nog voort en die zullen zij hun verdere leven moeten meetorsen." De officier rekende de verdachte ook zijn proceshouding en de manier waarop hij getracht heeft het onderzoek te frustreren en een ander als dader aan te wijzen zwaar aan. ,,En natuurlijk is ook de proceshouding van de verdachte een aspect dat bij de beoordeling van de strafwaardigheid van de onderwerpelijke strafbare feiten moet worden meegenomen. Een zwijgende houding mag namelijk door de rechter, in voor de verdachte negatieve zin, bij de strafmaat worden meegewogen. De houding van de verdachte gedurende de loop van het onderzoek kan invloed hebben op de strafmaat, omdat de rechter daarmee uitdrukkelijk mag rekening houden, volgens de rechtspraak van de Hoge Raad. De afscherming de wijze waarop kort na het plegen van het delict door verdachte met anderen met het nodige raffinement is gepoogd het levensdelict te bedekken en zichzelf buiten de verdachtenkring te plaatsen en een ander als dader aan te wijzen, is naar mijn oordeel ook een strafverzwarende omstandigheid.
Voordat de officier zijn straf eiste refereerde hij aan een uitspraak van de verdachte zelf toen hem werd gevraagd welke straf de dader van de moord op Barbra de Jong zou moeten krijgen. ,,Heb je het gedaan, heb je het gedaan. Doodstraf. Makkelijk zat. Doet de politie het niet, wil ik het doen. Ik ga ervoor zitten. No problem'. U raadt ongetwijfeld al, van wie deze "kretologie" afkomstig is: de verdachte is de spreker, - maar wél op 12 oktober 2002, dus als getuige, vóór zijn arrestatie", aldus de officier. De uitspraak volgt op dinsdag 12 augustus om 13.30u.