Den Haag, 24 juli 2003
Vragen van de leden Samsom en Verdaas (PvdA) aan de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat
1) Heeft u kennisgenomen van het nieuwste onderzoek naar slaapverstoring waarover de staatssecretaris van VROM de Kamer heeft geïnformeerd ?
2) Beschouwt u de norm voor slaapverstoring zoals vastgelegd in de luchtvaartbesluiten - minder dan 39.000 slaapverstoorden binnen de 20 dB contour - nog als effectief nu blijkt dat meer dan 90% van de slaapverstoorden juist buiten die 20 dB contour woont en hun aantal alleen maar toeneemt?
3) Op welke manier worden de mensen rond Schiphol die buiten de 20 dB-contour wonen, maar wél ernstig in hun slaap verstoord worden, door de huidige geluidsnormen beschermd?
4) Was de in de PKB-Schiphol voorgeschreven afname voor slaapverstoring destijds alleen binnen de 20 dB-contour gedefinieerd, omdat men meende dat de overlast daarbuiten evenredig zou afnemen? Zo nee, wat was dan de reden voor de gekozen methodiek?
5) Onderschrijft u nog steeds de alom geuite belofte dat 'de nachtelijke geluidsoverlast door de komst van de vijfde baan drastisch (70%) zal afnemen t.o.v. 1990?' Zo ja, hoe beoordeelt u in dit licht de cijfers van het RIVM waaruit blijkt dat het aantal slaapverstoorden in het gebied rond Schiphol tot 2005 slechts met 20% afneemt t.o.v. 1990 en sinds de komst van de vijfde baan alleen maar stijgt?
6) Bent u bereid om te onderzoeken in hoeverre de oorspronkelijke doelstelling van de PKB 'drastische afname van nachtelijk geluidsoverlast', alsnog kan worden gewaarborgd? Zo nee, waarom niet?
1 'Vergelijking schattingen slaapverstoringsonderzoek Schiphol met referentiegetal PKB Schiphol' - RIVM
Brief d.d. 15-7-2003, kenmerk LMV 2003.051842 /
---
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Aan dit bericht kunnen geen rechten worden ontleend.
Partij van de Arbeid