Gemeente Roggel en Neer

23/07/2003
Nieuw stookontheffingenbeleid

Het college van B&W heeft op 15 juli 2003 besloten dat ontheffingen voor het verbranden van afvalstoffen buiten inrichtingen (het stoken in de buitenlucht) alleen nog maar afgegeven worden voor:
1. Sint Maartenvuren

2. Het verbranden van hout dat besmet is met een ziekte, en dat daardoor niet getransporteerd mag worden

3. Het verbranden van landbouwreststoffen, wanneer dit ter bestrijding van ziekten dan wel insectenontwikkeling noodzakelijk is.

Met betrekking tot de laatste twee mogelijkheden dient bij de gemeente vooraf een verklaring van de Plantenziektekundige Dienst te Wageningen te worden ingediend.

Het is dus niet meer mogelijk om snoeiafval te verbranden!

Alternatieven voor het snoeiafval zijn:

1. Afvoer voor particulieren op zaterdagmorgen naar de brengvoorziening Waije in Neer. Kosten
7,50 per halve m3.

2. Afvoer in het najaar naar de diverse Sint Maartenshopen binnen de gemeente.

3. Afvoer naar Groenrecycling Reijnders in Kelpen. De kosten bedragen 38 per ton (1000 kg).

4. Fijn gemaakt snoeihout kan in de groene gft-container die 1 maal in de 2 weken wordt
geledigd.
Op verzoek kan de gemeente snoeiafval thuis komen ophalen. Dit kan alleen na telefonische afspraak op de laatste woensdag van de maand. Kosten op aanvraag.

In verband met een wijziging van de Wet milieubeheer is de procedure voor het verkrijgen van een stookontheffing voor bovengenoemde uitzonderingen gewijzigd.
Het is voortaan niet meer mogelijk een aanvraag voor een stookontheffing dezelfde dag nog te behandelen en te verlenen. Voor het in behandeling nemen van een verzoek om een stookontheffing dient een zwaardere juridische procedure te worden gevolgd. Er moet eerst een ontwerp besluit (ontwerp stookontheffing) worden vastgesteld, dat 4 weken ter inzage ligt. Tegen dit ontwerp heeft iedereen de mogelijkheid om bedenkingen in te dienen. Vervolgens wordt een definitief besluit (stookontheffing) genomen, waar tegen gedurende 6 weken beroep kan worden ingesteld. U dient rekening te houden met een termijn van ca. 3 maanden voor het verkrijgen van een ontheffing. Het is dus zaak vroegtijdig een ontheffing aan te vragen.

Naast de voornoemde ontheffing op grond van de Wet milieubeheer is voor de genoemde uitzonderingen ook nog een ontheffing op grond van de APV (openbare orde en veiligheid) nodig.

De genoemde ontheffingen gelden niet voor verlichting door middel van kaarsen, fakkels e.d., sfeervuren zoals terrashaarden, vuurkorven e.d. of vuur voor koken, bakken en braden, indien dat geen gevaar, overlast of hinder oplevert voor de omgeving.

Kort samengevat betekent dit nieuwe beleid het volgende: Stoken mag alleen in uitzonderingssituaties. In deze gevallen dienen bij de gemeente 2 ontheffingen (Wet milieubeheer en APV) aangevraagd te worden. De ontheffing op grond van de Wet milieubeheer is gekoppeld aan een langdurige procedure.

Deze verandering in het stookontheffingenbeleid geldt met ingang van 1 augustus 2003.

Meer informatie kunt u verkrijgen bij unit Milieu.