College Bescherming Persoonsgegevens


22 juli 2003

Onderzoek bij gemeenten naar inrichting cameratoezicht

Het College bescherming persoonsgegevens (CBP) voert deze zomer door middel van een enquête een onderzoek uit bij alle Nederlandse gemeenten naar de inzet van cameratoezicht. Het onderzoek spitst zich toe op de wijze waarop cameratoezicht in de praktijk functioneert en hoe met de privacyaspecten van cameratoezicht in de verschillende gemeenten wordt omgegaan. Op 18 juli heeft het CBP hierover alle burgemeesters per brief benaderd met de vraag of hun gemeente cameratoezicht heeft ingezet en zo ja onder welke condities.

De verwachting is dat dit najaar de resultaten van het onderzoek bekend zullen zijn. Een algemene samenvatting van de voorlopige bevindingen zal worden gepubliceerd. De uitkomsten van het onderzoek worden vervolgens benut bij de actualisering van het rapport In Beeld gebracht (Registratiekamer, 1997) en kunnen ondersteuning bieden bij de invoering van de aanstaande wijziging van de Gemeentewet. Hierbij wordt ook het gemeentebestuur de bevoegdheid toegekend verordeningen op te stellen voor het uitvoeren van cameratoezicht.

Steeds vaker wordt cameratoezicht ingezet als middel om de openbare orde te helpen handhaven of toe te zien op de verkeersveiligheid. Gericht en selectief gebruik van cameratoezicht kan een goede aanvulling zijn op een breder pakket aan maatregelen. Maathouden is echter noodzakelijk, evenals een regelmatige evaluatie van de effectiviteit van het cameratoezicht.

Over het CBP
Het College bescherming persoonsgegevens (CBP) - onder de Wet bescherming persoonsgegevens (WBP) - houdt toezicht op de naleving van wetten die het gebruik van persoonsgegevens regelen. Bij het CBP moet het gebruik van persoonsgegevens worden gemeld, tenzij hiervoor een vrijstelling geldt.

Het CBP adviseert de regering en organisaties over de bescherming van persoonsgegevens en onderwerpen die daarmee samenhangen. Het CBP toetst gedragscodes en bemiddelt in geschillen tussen burgers en gebruikers van persoonsgegevens. Op eigen initiatief of op verzoek van een belanghebbende kan het CBP onderzoeken of de manier waarop persoonsgegevens in een bepaalde situatie zijn gebruikt, in overeenstemming is met de wet en daaraan zonodig gevolgen verbinden. Voor in gebreke blijven bij de melding kan een boete worden opgelegd. Bij overtreding van de wet of daarop gebaseerde regelingen kan het CBP overgaan tot bestuursdwang of een dwangsom opleggen.