Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 2509 LV Den Haag der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 Telefax (070) 333 40 33 2513 AA 's-GRAVENHAGE

Uw brief Ons kenmerk
Van 13 juni 2003 AAM/ASAM/03/46744 Nr. 2020313050
Onderwerp Datum
Kamervragen van de leden 14 juli 2003
Bussemaker en Van Dam

Hierbij zend ik u, mede namens de Minister van Economische Zaken, de antwoorden op de vragen van de leden Bussemaker en Van Dam (beiden PvdA) over de werkgelegenheid in de ICT.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(M. Rutte)



2020313050

Vraag 1
Kunt u aangeven welk deel van de mensen die afgelopen jaar werkloos zijn geworden afkomstig is uit een functie in de ICT?

Vraag 2
Wordt de (werkgelegenheid in de) ICT relatief harder getroffen door de tegenvallende economie dan andere sectoren? Zijn er (nog) andere sectoren die significant slechtere resultaten kennen dan het gemiddelde? Zo ja, welke conclusies trekt u hieruit?

Antwoord 1 en 2
Als gevolg van de lagere economische groei neemt de werkgelegenheid in 2003 naar verwachting met 1% af, terwijl voor 2004 een afname van -3/4% wordt voorzien (CPB). Het werkloosheidspercentage loopt naar verwachting snel op tot 6,75% in 2004. Projecties van de werkgelegenheidsontwikkeling voor 2003 en 2004 van het CPB naar sectoren laten de grootste teruggang in werkgelegenheid zien in de landbouw en industrie, in ieder geval aanzienlijk meer dan de zakelijke dienstverlening, waartoe de ICT sector behoort. Met name in de industrie wordt dit veroorzaakt doordat bedrijven in voorgaande jaren hebben gewacht met het ontslaan van werknemers in afwachting van betere tijden die vooralsnog uitblijven.

De Europese ICT sector werd de afgelopen periode gekenmerkt door herstructureringen en consolidatie. De beperkte economische vooruitzichten verplichtten vele bedrijven tot het afstoten van activiteiten. De beperkte groei van de Nederlandse ICT sector werd vooral gedreven door datacommunicatiesector en mobiele telefoniesector (2001-2002). Het CBS gaat uit van een werkgelegenheid van ca. 316.000 arbeidsjaren in 2002, oftwel ca 20.000 lager dan het topjaar 2001. De verwachting van de werkgeversorganisatie FENIT en van CBS is dat de werkgelegenheid voor dit jaar gelijk blijft of gering stijgt.

Recente cijfers inzake niet werkende werkzoekenden naar beroepsgroep (CWI Nieuwsflits arbeidsmarkt mei 2003) laten zien dat het aantal werkzoekenden in de beroepsgroep automatiseringspersoneel van april op mei weliswaar groeit (1,1%), maar niet de sterkste groei vertoont. Het CPB verwacht voor de middellange termijn een gunstiger vooruitzicht voor de ICT sector. De technische mogelijkheden op ICT gebied zijn nog lang niet uitontwikkeld. Vooral bij datacommunicatie en beveiligingssoftware is naar verwachting nog veel mogelijk (bron: CEP 2003). Als de economische groei medio 2004 weer licht aantrekt zullen alle sectoren hiervan profiteren. Er is derhalve geen reden om aan de positie van de ICT sector bijzondere conclusies te verbinden.

Vraag 3
Kent u de berichtgeving over `ontslagzwendel'?

Antwoord 3
Deze berichtgeving is mij bekend.

Vraag 4




---

Klopt de berichtgeving dat zogenaamde wervings- en selectiebureaus werden of worden ingezet om op eenvoudige en goedkope wijze van overtollig personeel af te komen?

Antwoord 4
In de berichtgeving is sprake van één arbeidsbemiddelingsbureau, dat personeel van een ICT-bedrijf heeft bemiddeld naar een nieuwe werkgever, waarna de bemiddelde personen daar in de proeftijd zijn ontslagen. Het is mij niet bekend of deze constructie wordt gebruikt om op eenvoudige en goedkope wijze van overtollig personeel af te komen. Het is aan de rechter te beoordelen wat de intentie van de constructie in dit geval is geweest.

Vraag 5
Op welke wijze worden wervings- en selectiebureaus geregistreerd? Is er een keurmerk of iets van die strekking?

Antwoord 5
Werving en selectiebureaus worden nog geregistreerd als ze een arbeidsbemiddelingsvergunning aanvragen bij het CWI. Het parlement heeft een wetsvoorstel dat de vergunning afschaft onlangs goedgekeurd (voorstel tot wijziging van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs, EK, 2002-2003, 28 465). Deze gewijzigde wet zal met ingang van 1 september in werking treden. Aan vergunningaanvragen en registratie komt daarmee een einde. Vooruitlopend op deze wet hebben veel arbeidsbemiddelaars in de afgelopen periode geen vergunning meer aangevraagd. Arbeidsbemiddelaars die lid zijn van een brancheorganisatie worden bij die organisatie geregistreerd.

Het is mij bekend dat de brancheorganisatie voor arbeidsbemiddelaars een gedragscode hanteert. Daarnaast wordt binnen de branche gewerkt wordt aan een keurmerk voor arbeidsbemiddelaars.

Vraag 6
Hoe kan voorkomen worden dat bonafide werkgevers met dit soort bedrijven in zee gaan?

Antwoord 6
Werkgevers zijn zelf verantwoordelijk voor het in de arm nemen van een bonafide arbeidsbemiddelaar. Een keurmerk kan daarbij behulpzaam zijn.

Vraag 7
Is bekend op welke wijze genoemde praktijken kunnen worden voorkomen? Zo neen, gaat u dit dan onderzoeken?

Vraag 8
Op welke wijze treedt u tegen dergelijke praktijken op?

Vraag 9
In hoeverre kunnen slachtoffers alsnog aanspraak maken op hun verworven rechten? Op welke wijze worden slachtoffers gecompenseerd?

Antwoord 7 + 8+ 9




---

Het voorkomen van bedoelde praktijken is een aangelegenheid van de werkgever en werknemer zelf. De juiste weg is het inschakelen van de civiele rechter door de slachtoffers. De slachtoffers zouden zich wellicht tot het Bureau voor Rechtshulp, een advocaat of een vakbond kunnen wenden om te onderzoeken of op basis van bijvoorbeeld dwaling, bedrog of misbruik van omstandigheden een zaak kan worden aangespannen tegen hun oude en/of nieuwe werkgever. Het is aan de rechter om te bepalen of de slachtoffers in de vorm van bijvoorbeeld een schadevergoeding dienen te worden gecompenseerd.

Vraag 10
Wat is de stand van zaken ten aanzien van het STAR-advies over de uitspraak van de rechtbank eind 2003 dat gedetacheerden als uitzendkracht kunnen worden aangemerkt, en dat zal leiden tot een slechtere arbeidsbescherming van oudere werknemers, arbeidsgehandicapten en wao-ers?

Antwoord 10
Naar aanleiding van genoemde uitspraak heeft de Stichting van de Arbeid d.d. 5 maart 2003 advies uitgebracht over aanpassing van de ontslagregels. Overeenkomstig dit advies is het ontslagbesluit zodanig aangepast, dat op gedetacheerde werknemers bij een niet- uitzendbureau in beginsel het normale dienstjarenbeginsel dient te worden toegepast. Zie brief aan de Tweede Kamer van 10 maart 2003 (TK 2002 - 2003, 28600 XV, nr 96). Gelijktijdig is de Regeling tot wijziging van het Ontslagbesluit d.d. 6 maart 2003 overlegd.