European Commission

IP/03/1004

Brussels, 11 July 2003

Commissie verleent voorwaardelijke goedkeuring voor fusie van Konica en Minolta

De Europese Commissie heeft haar goedkeuring gegeven voor de voorgenomen overname van Minolta door Konica, twee Japanse producenten van camera's, fotokopieerapparaten en andere imagingproducten. De Commissie was bezorgd dat door deze overname een machtspositie zou ontstaan op de markt voor fotometers (instrumenten waarmee beroepsfotografen de lichtsterkte meten). Konica heeft echter aangeboden haar belang van ongeveer 40% in Sekonic, een Japanse producent van fotometers, van de hand te doen, zodat de mededingingsrechtelijke bezwaren worden weggenomen.

Konica en Minolta ontwikkelen en produceren beide imagingproducten en-apparatuur, zoals fototoestellen, fotokopieerapparaten en fotometers. De belangrijkste activiteit van Konica op het laatste gebied is haar belang in het Japanse bedrijf Sekonic.

De overname werd eind mei bij de Europese Commissie aangemeld om te worden getoetst aan de concentratieverordening, omdat beide bedrijven in de Europese Unie actief zijn.

Het onderzoek van de Commissie heeft aangetoond dat de activiteiten van Konica en Minolta elkaar grotendeels aanvullen, hoewel zij op verschillende productmarkten overlappingen vertonen, met name die voor fotokopieerapparaten, compactcamera's, digitale camera's en fotometers.

Op de markt voor fotokopieerapparaten en camera's zijn er geen mededingingsrechtelijke bezwaren omdat de door de fusie ontstane onderneming nog steeds achter zal liggen op de marktleiders Ricoh en Canon (fotokopieerapparaten) en Olympus (camera's).

De enige mededingingsrechtelijke bezwaren bestonden op de markt voor fotometers, waar de door de fusie ontstane onderneming een machtspositie zou hebben verkregen en in staat zou zijn geweest om onafhankelijk van consumenten en concurrenten te handelen. Deze bezwaren zijn echter weggenomen door het aanbod van Konica om haar belang in Sekonic af te stoten.

De Commissie heeft deze concentratie onderzocht in nauwe samenwerking met het Amerikaanse ministerie van Justitie.