Factuur Stichting Reporecht
09-07-2003 Onlangs heeft de Stichting Reprorecht aan een groot aantal
bedrijven een forse rekening voor de betaling van reprorechten
gestuurd. Mogelijk heeft ook u een onjuiste of disproportioneel hoge
rekening ontvangen.
Op 1 februari 2003 is de Auteurswet 1912 uitgebreid met een nieuwe
wettelijke regeling met betrekking tot het reprorecht. Deze regeling
verplicht bedrijven tot het betalen van een vergoeding voor het
mechanisch fotokopiëren van bepaalde auteursrechtelijk beschermde
informatieproducten ten behoeve van het bedrijf. In dat kader heeft
het Ministerie van Justitie de Stichting Reprorecht aangewezen om de
reprorechtelijke vergoedingen te innen. De door de Stichting
Reprorecht geïnde vergoedingen zijn onder meer bestemd voor
schrijvende auteurs.
De nieuwe wet bepaalt dat reprorecht verschuldigd is voor het
fotokopiëren van artikelen uit dag-, nieuws- of weekbladen,
tijdschriften of van een klein gedeelte uit een boek. De vergoeding is
verschuldigd door ieder bedrijf dat reprografisch verveelvoudigt of
daartoe opdracht geeft. De hoogte van de vergoeding is wettelijk
bepaald op 0,045 per gekopieerde pagina. Een uitzondering geldt voor
onderwijsinstellingen buiten de sfeer van het wetenschappelijk
onderwijs, die een vergoeding van 0,011 voor iedere gekopieerde pagina
moeten betalen.
De vele bedrijven in de ICT-sector die (mede) onderwijsdiensten
verlenen, vallen naar ons oordeel onder dit lagere tarief. Voor zover
ons bekend heeft Stichting Reprorecht bij het maken van de onlangs
verstuurde rekening onvoldoende rekening gehouden met dit lagere
tarief.
De nieuwe regeling betreft alleen het fotokopiëren 'van papier naar
papier'. De wettelijke regeling inzake reprorechten heeft dus geen
betrekking op digitale documenten van het internet die vervolgens
worden geprint. Ook als er wordt gescand en niet direct wordt geprint,
valt dit niet onder reprografisch vermenigvuldigen. Hoewel
elektronisch kopiëren van reprorechtsplichtige documenten (nog) niet
onder deze heffing valt, betekent dit niet dat het wel is toegestaan.
Als bijvoorbeeld een fax wordt gebruikt als kopieerapparaat, valt de
kopie onder de heffing. Geen vergoeding is verschuldigd over interne
rapporten, brieven en memos.
Naast een betalingsplicht moeten bedrijven, die per jaar in totaal
meer dan 50.000 fotokopieën maken, hiervan opgave doen aan de
Stichting Reprorecht. Bedrijven die minder dan 50.000 fotokopieën op
jaarbasis maken, zijn niet verplicht deze opgave te doen, maar moeten
wel betalen. Deze grens van 50.000 heeft betrekking op alle gemaakte
fotokopieën en dus niet alleen op de reprorechtplichtige kopieën.
Bij het berekenen van de onlangs verstuurde rekeningen is de Stichting
Reprorecht niet uitgegaan van het feitelijke aantal kopieën dat uw
bedrijf maakt. De Stichting Reprorecht heeft haar rekening gebaseerd
op de resultaten van een onderzoek van een particulier
onderzoeksbureau. Dit rapport bevat onder meer gemiddelde cijfers met
betrekking tot het kopieergedrag in diverse economische sectoren. Ook
heeft de Stichting Reprorecht haar berekeningen gebaseerd op het
aantal werknemers van uw bedrijf, zoals die bij de Kamer van
Koophandel staan geregistreerd.
FENIT adviseert u nadrukkelijk de juistheid van de u toegezonden
rekening kritisch te bekijken. Mocht u het met deze factuur niet eens
zijn, dan kunt u dit binnen dertig dagen na ontvangst van de rekening
schriftelijk kenbaar te maken aan de Stichting Reprorecht. Om
problemen te voorkomen adviseren wij u tijdig bij Stichting Reprorecht
te reageren. Een voorbeeldbrief treft u hieronder aan.
U kunt de volledige tekst hier downloaden als pdf-file (klik
op pdf-button).
copyright FENIT 2003
FENIT