Gemeente Eindhoven

Persbericht: 8 juli 2003

Woonvisie: kiezen voor stedelijke woonkwaliteit

Op dinsdag 24 juni heeft het college van burgemeester en wethouders ingestemd met het concept beleidsplan wonen, deel I: woonvisie. De woonvisie heeft als motto: kiezen voor stedelijke woonkwaliteit. Na de zomervakanties vindt de inspraakprocedure plaats. Na vaststelling van de woonvisie volgt deel II van het beleidsplan: het programma.

Uit onderzoek naar woonvoorkeuren blijkt dat overduidelijk dat wonen tegenwoordig meer is dat een dak boven je hoofd. Vooral de kwaliteit van de woning en de woonomgeving hebben een grote invloed op de keuzes van de woonconsument.

Woonomgeving: woonmilieus
In de woonvisie is Eindhoven daarom verdeeld in een aantal woonmilieus. Dit loopt uiteen van centrumstedelijk wonen (hoge dichtheid, veel gestapelde gebouwen, veel voorzieningen en functiemenging) tot groenstedelijk wonen (lage dichtheid, huis met tuin, veel groenvoorzieningen, nadruk op wonen).

Er blijkt vooral veel vraag naar deze twee uitersten. Veel minder vraag is er naar een deel van de woningen in de vooroorlogse wijken (met name de kleine arbeiderswoningen) en de vroeg naoorlogse wijken (met name de standaard eengezinswoningen in een rij).

Bij nieuwbouw en herontwikkeling van woningbouwlocaties moet de gemeente rekening houden met deze woonvoorkeuren. Bij (her)ontwikkeling van locaties binnen de ring (bijvoorbeeld Strijp S, het Stadionkwartier en het Stationsdistrict) zal de nadruk liggen op centrumstedelijk wonen. Dit geldt ook voor de kleine inbreidingslocaties in het centrum. Voor de woningbouwlocaties verder van het centrum (bijvoorbeeld Meerhoven, Tongelrese Akkers) wordt de nadruk meer gelegd op groenstedelijk wonen. Ook voor een aantal vroeg naoorlogse wijken zal op den duur gekozen worden voor verandering in een meer groenstedelijk woonmilieu.

Belangrijk daarbij is wel dat gekeken wordt naar de herkenbaarheid van stadsdelen. In vernieuwingsprocessen mogen de stadsdelen niet hun eigen identiteit verliezen. Verder moeten de stadsdelen levensloopbestendig zijn: in ieder stadsdeel moet het mogelijk zijn om een woning te vinden die past in een levensfase. In dit kader zal vooral de bouw van seniorenwoningen een impuls moeten krijgen.

Kwaliteit van de woning: keuzevrijheid
Woonconsumenten stellen steeds meer eisen aan hun woning. Deze moet ruim, flexibel en duurzaam zijn en aangepast kunnen worden naar hun wensen. Deze wensen kunnen variëren van de indeling of omvang van de woning tot aanvullende dienstverlening op het gebied van zorg, veiligheid of bijvoorbeeld internet (breedband). De gemeente wil daarom de keuzevrijheid bevorderen, bijvoorbeeld in de vorm van particulier opdrachtgeverschap.

Kwantiteit: regiogemeenten lossen knelpunt op
Naast aandacht voor kwaliteit zal er ook in kwantitatief opzicht het een en ander moeten gebeuren. Binnen de gemeentegrenzen kan Eindhoven tot circa 2010 nog ruim 10.000 woningen bouwen. Het gaat daarbij om enkele uitbreidingslocaties (Meerhoven, Tongelrese Akkers), maar vooral om verdichting in het centrumgebied en omgeving.

Na 2010 zijn de grotere woningbouwlocaties in Eindhoven vol. Voor centrumstedelijke woonmilieus is er ook na 2010 voldoende perspectief maar voor de meer groenstedelijke woonmilieus zal na 2010 de oplossing buiten de gemeente-grenzen moeten worden gezocht.

Voor de komende 25 jaar is een extra volume van 8000-10.000 woningen nodig. Door overleg met de randgemeenten, geïnitieerd door minister Remkes, kan dit probleem worden opgelost. De randgemeenten hebben het Eindhovense probleem erkend als een gezamenlijk probleem en hebben toegezegd dit op te lossen.

Sociale huurwoningmarkt
Een ander knelpunt is de situatie op de sociale huurwoningmarkt. Er zijn flinke wachtlijsten voor goedkope huurwoningen. De conclusie lijkt voor de hand te liggen: er zijn onvoldoende sociale huurwoningen. Bij nadere bestudering blijkt dit niet juist. Er zijn in Eindhoven zelfs 13.000 betaalbare huurwoningen meer, dan dat er huishoudens met lage inkomens wonen.

Oorzaak voor de problematiek blijkt vooral de beperkte doorstroming te zijn. Naast de huidige economische situatie en daaraan gekoppeld het geringe consumentenvertrouwen komt dit doordat de nieuwbouwproductie van middeldure en dure huur- en koopwoningen onvoldoende in de pas loopt met de kwalitatieve vraag.

Een andere oorzaak voor de druk op de sociale huurwoningmarkt is de grote toestroom van woningzoekenden in dit marktsegment vanuit omliggende gemeenten. Dit heeft mede te maken met de geringe voorraad en nieuwbouw van sociale huurwoningen in enkele van deze gemeenten. In het eerder genoemde overleg met de randgemeenten is daarom afgesproken dat deze gemeenten meer sociale huurwoningen gaan bouwen voor de vraag binnen hun eigen gemeente en de toestroom vanuit andere regiokernen.

© 2003 Gemeente Eindhoven