Foto
Publicaties TNS NIPO onderzoek
1 juli 2003
Goede Doelen doen goed werk!
zolang ze mij maar niet lastig vallen
Charitatieve instellingen zetten zich in voor alles en iedereen die
hulp behoeft. Dit kan zijn op het gebied van gezondheid,
internationale hulp, natuur & milieu en welzijn & cultuur. Om deze
hulp te kunnen bieden, zijn zij afhankelijk van giften van onder
andere het Nederlandse publiek. Maar hoe kijkt dit publiek aan tegen
goede doelen? Hoe is het gesteld met het imago en vertrouwen in de
branche? En wat vinden zij van bijvoorbeeld de wijze van
fondsenwerving?
De conclusie van het onderzoek is dat Nederlanders het werk van goede
doelen erg waarderen maar dat zij liever niet persoonlijk willen
worden lastig gevallen. Deze conclusie is gebaseerd op drie pijlers.
1. Het imago van goede doelen is goed
Het imago van goede doelen is goed, maar kan snel aangetast
worden. Ongeveer driekwart (78%) van de Nederlanders vindt
namelijk dat goede doelen bijdragen aan een betere samenleving.
Het steunen van een goed doel is dan ook - volgens 64% van de
ondervraagden - een taak van iedere Nederlander. Toch is het imago
van goede doelen niet onschendbaar. Bijna twee op de vijf (39%)
denken dat goede doelen het eigen bestaan belangrijker vinden dan
het verwezenlijken van het doel. Daarnaast heeft ongeveer
drievijfde (63%) het gevoel dat een aantal goede doelen de naam
van de hele branche te grabbel gooit.
Zeven op de tien Nederlanders (69%) ergert zich wel eens aan goede
doelen. Meest genoemde ergernissen zijn dat het geld niet naar het
goede doel gaat (38%), een opdringerige en agressieve manier van
fondsenwerving (33%), gevolgd door reclame (28%). Met reclame
wordt ook de papierstroom om donateurs te werven, direct mail,
bedoeld.
Het CBF-keurmerk is niet altijd bekend maar lijkt wel van groot
belang voor het vertrouwen in charitatieve instellingen. Op de
vraag waar men op let als men geld aan een goed doel geeft, noemt
een op de zeven respondenten spontaan het keurmerk. De geholpen
naamsbekendheid van het keurmerk ligt aanmerkelijk hoger (op 43%).
Maar liefst driekwart van de bevolking vindt dat een goed doel
zonder CBF-keurmerk verboden zou moeten worden.
Tegenwoordig werven steeds meer charitatieve instellingen voor
hetzelfde doel. Meer dan drievijfde van de Nederlanders (63%) is
dit opgevallen. Van hen ziet een vijfde (21%) wel verschil tussen
de organisaties en ongeveer een derde (31%) geen verschil. De
overige 48% blijft het antwoord op deze vraag schuldig.
Een ruime meerderheid van de Nederlanders (63%) vindt het
overigens niet goed dat verschillende organisaties voor hetzelfde
doel werven. Als men moet kiezen voor een doel, dan blijkt de
naamsbekendheid in 45% van de gevallen doorslaggevend. Ook doelen
waar men al eerder aan heeft gegeven hebben een streepje voor
(34%). Daarnaast zijn de betrouwbaarheid (32%) en daarmee
samenhangend het CBF-keurmerk (30%) een reden om wel voor het ene
doel te kiezen en niet voor het andere.
Naast de landelijke goede doelen zijn er ook lokale organisaties
die geld werven bij het Nederlandse publiek, zoals
zorginstellingen, scholen en culturele instellingen. Driekwart
(74%) vindt dat deze lokale doelen een CBF-keurmerk moeten
krijgen. Daarnaast vindt meer dan de helft (55%) van de
ondervraagden dat lokale doelen gefinancierd moeten worden door de
overheid. Iets minder dan de helft (48%) is echter van mening dat
lokale doelen alleen kunnen overleven door geld van het publiek.
Ongeveer een kwart van de Nederlanders (27%) doneert dan ook
liever aan een lokaal dan aan een landelijk doel.
2. Teveel geld aan bijzaken uitgeven is schadelijk
Driekwart van de Nederlanders (75%) vertrouwt er op dat goede
doelen goed omgaan met hun geld. Desondanks wil meer dan
viervijfde (87%) weten wat er met het geld gebeurt dat zij aan
goede doelen geven. Ongeveer de helft (53%) van de ondervraagden
is van mening dat goede doelen teveel geld aan onnodige zaken
besteden.
Aan respondenten is de hypothetische situatie voorgelegd dat goede
doelen zouden moeten bezuinigen. Volgens tweevijfde (40%) zouden
de doelen het eerst op personeel moeten bezuinigen, gevolgd door
huisvesting (29%) en marketing/ reclame (20%).
Personeelskosten blijken relatief belangrijk bij de vorming van
het vertrouwen in goede doelen. Negen op de tien respondenten
hebben geen vertrouwen in het goede doel als deze hoge salarissen
betaalt. Dit standpunt wordt nog eens onderschreven door het feit
dat ongeveer de helft (48%) van de ondervraagden vindt dat goede
doelen alleen uit vrijwilligers zouden moeten bestaan. Aan de
andere kant zegt eveneens 48% dat goede doelen alleen goede
kwaliteit kunnen leveren als ze professionele, betaalde
medewerkers in dienst hebben.
Kortom, men verwacht wel kwaliteit en professionaliteit maar hier
mag niet teveel geld aan besteed worden.
3. Marketing-activiteiten worden snel als vervelend ervaren
Goede doelen moeten geld uitgeven om aandacht te trekken van het
Nederlandse publiek om geld binnen te halen, daar is driekwart
(76%) van de bevolking het over eens. Maar een persoonlijke
benadering is hierbij niet altijd gewenst.
Een derde van de ondervraagden (34%) vindt het prima als er flink
geïnvesteerd wordt voor het vinden van nieuwe donateurs. Het lijkt
allemaal prima, zolang het maar niet te persoonlijk wordt.
Respondenten ergeren zich in grote mate (66%) aan de hoeveelheid
mailings die zij ontvangen. De waardering voor de mailings is dan
ook voor drievijfde van de Nederlanders (62%) negatief. Toch maakt
een even grote groep (61%) de post van goede doelen wel altijd
open.
De verzameling van (donateurs)gegevens blijft een gevoelig
onderwerp voor Nederlanders. Viervijfde (79%) ervaart het als een
inbreuk op de privacy als goede doelen hun persoonlijke gegevens
verzamelen. Iets meer dan een derde (35%) is zelfs van mening dat
goede doelen misbruik maken van de gegevens die zij van hun
donateurs verzamelen.
Het lijkt er op dat de "gulle gever" het liefst anoniem blijft,
getuige de antwoorden op de vraag op welke manier men bij voorkeur
geld geeft. Iets meer dan tweevijfde (44%) van de Nederlanders
geeft bij voorkeur geld via de (anonieme) collecte. Op deze wijze
komt men niet in de database van het goede doel terecht.
Download hier de presentatie van de resultaten in pdf-formaat:
Civil Society 2003 (262 KB)
TNS NIPO heeft voor het Civil Society 2003 een representatief
onderzoek gehouden onder ruim 1.000 Nederlanders.
Bij publicatie of verspreiding graag de bron TNS NIPO vermelden. Voor
eventuele vragen kunt u contact opnemen met Natasja van der Laan (tel:
020 522 54 77).
TNS NIPO