Ministerie van Justitie
Persbericht
Mensen voelen zich steeds veiliger en zijn minder vaak slachtoffer van
criminaliteit
4 juli 2003
Nederlanders voelen zich steeds minder vaak onveilig; zowel het aantal
mensen dat zich wel eens als dat zich vaak onveilig voelt, is in 2002
duidelijk gedaald. Hiermee wordt de trend van de afgelopen jaren
voortgezet. Ook de daling van het aantal Nederlanders dat slachtoffer
is van een delict zet zich voort. Ruim een derde van de Nederlanders
heeft in de afgelopen 12 maanden een vorm van contact gehad met de
politie. En hoewel Nederlanders de politie vaker op straat zien, is de
waardering voor de politie op een aantal punten gedaald.
Dit staat in de Politiemonitor Bevolking 2003 die de ministers Remkes
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Donner van Justitie
vandaag naar de Tweede Kamer, de korpsbeheerders en de korpschefs
hebben gestuurd. De Politiemonitor is een tweejaarlijks onderzoek naar
de objectieve en subjectieve onveiligheid in Nederland.
Ruim een kwart van de Nederlanders (27,7%) voelt zich wel eens
onveilig. Dit is minder dan in 2001 toen 28,5% aangaf zich wel eens
onveilig te voelen. Vijf procent geeft aan zich vaak onveilig te
voelen. Ook dit percentage is in vergelijking met 2000 licht
afgenomen, toen gaf 5,5% van de bevolking aan zich vaak onveilig te
voelen. Hiermee wordt de afname van het gevoel van onveiligheid
gecontinueerd. Sinds 1998 voelen de Nederlanders zich steeds veiliger.
Nederlanders zijn in 2002 minder vaak slachtoffer geworden van een
delict. Zo komen niet alleen fietsdiefstal, vernieling aan autos en
(poging tot) inbraak in woning minder vaak voor, maar mensen zijn ook
minder vaak slachtoffer van mishandeling, andere vormen van diefstal,
vernieling aan het huis of de tuin. In drie procent van de woningen
wordt een poging gedaan tot inbraak (4% in 2000) en van iedere 100
fietsen worden er vijf gestolen (6% in 2000). Ongeveer 10 procent van
de bevolking heeft te maken gehad met een vorm van diefstal (in 2000
ongeveer 11.5%) en ongeveer 1% is het slachtoffer van mishandeling
(1,2% in 2000).
De mate waarin burgers bij de politie melding van criminaliteit maken
en/of een aangifte doen is op landelijk niveau tamelijk stabiel
gebleven. De tevredenheid over het optreden van de politie is echter
in vergelijking met 2000 afgenomen. In 2000 was nog 58,8% van de
slachtoffers die aangifte hebben gedaan, tevreden over het optreden
van de politie. In 2002 is dit percentage gedaald tot 54,7%.
Nederlanders zien de politie vaker op straat. Hoewel Nederlanders de
politie vaker op straat zien, is de waardering voor de politie gedaald
waar het gaat om het efficiënt aanpakken van zaken, haar best doen,
reageren op problemen en het bieden van bescherming. Met de
korpsbeheerders zijn afspraken gemaakt om de beschikbaarheid van en
tevredenheid over contacten met de politie te vergroten. Wanneer je de
scores van 2002 en 2003 met elkaar vergelijkt, dan zie je een
positieve ontwikkeling.
De Politiemonitor Bevolking meet zowel objectieve als subjectieve
onveiligheid. De objectieve kant wordt gevormd door vragen naar
feitelijk slachtofferschap van de ondervraagde. De gevoelsmatige kant
wordt gevormd door enquêtevragen naar de door de respondent
veronderstelde hoeveel criminaliteit en overlast in de woonbuurt én
naar de mate van onveiligheidsgevoel. De Politiemonitor Bevolking is
één van de grootste enquête-onderzoeken die in Nederland én Europa op
dit gebied worden gehouden. Het gaat hierbij zowel om de vragenlijst
als om de hoeveelheid geënquêteerden. Bij deze meting zijn meer dan
90.000 willekeurig geselecteerde inwoners van Nederland van 15 jaar en
ouder ondervraagd.
Politiemonitor Bevolking 2003