Gemeente Utrecht
2003 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
53 Vragen van de heer R.W. Kok (ingekomen 3 juli 2003)
In het weekblad Binnenlands Bestuur van deze week staat een artikel over de resultaten van het inburgeringstraject, zoals dat vormgegeven is in Utrecht. De fractie van Leefbaar Utrecht is verontrust over de genoemde cijfers: bij driekwart van de niet-westerse nieuwkomers slaat de inburgeringscursus niet of nauwelijks aan, het effect is in elk geval niet zodanig dat het nagestreefde niveau 3 'sociale zelfredzaamheid' bereikt wordt, laat staan niveau 4 op 'educatief of professionele zelfredzaamheid'.
Het bovenstaande roept de volgende vragen op:
1. Is het College bekend met deze cijfers en kan het College de genoemde cijfers bevestigen?
2. Zo ja, wat zijn naar het oordeel van het College de oorzaken van het feit dat 3 van de 4 cursisten niets of onvoldoende van de Nederlandse taal opsteken?
3. Zet het College nog altijd in op bovengenoemd uitstroomniveau voor alle nieuwkomers?
4. Is het college het met Leefbaar Utrecht eens dat differentiatie in het niveau van de aangeboden inburgeringscursussen veel voordelen kan opleveren voor de cursisten? Is het college bereid deze differentiatie zo spoedig mogelijk in te voeren?
5. Zo ja, welke stappen gaat het College dan ondernemen om het niveau en het effect van het inburgeringstraject op een hoger plan te tillen?
6. Is het College met de fractie van Leefbaar Utrecht van mening dat indien verbeteringstrajecten niet tot het gewenste resultaat leiden, (mede)financiering door de gemeente Utrecht moet worden heroverwogen?
7. Is het College bereid de commissie Maatschappelijke Ontwikkeling hier op gezette tijden over te informeren?
---- --