Gemeente Utrecht



2003 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
45 Vragen van de heer A. Farsi
(ingekomen 10 juni 2003)


Op 19 september 2002 heeft de fractie van Groenlinks, door middel van schriftelijke vragen ( 2002(94), het college geattendeerd op de dreiging dat MORK ( Marokkaanse Ouderraad Kanaleneiland) boven het hoofd hing, namelijk opheffing.
In het antwoord gaf het college aan zich bewust te zijn van de financiële situatie van MORK, dat terugbetalen problemen oplevert en dat u daarom in overleg met MORK tot een passende regeling wilde komen. Tot op heden is uw college deze toezegging niet nagekomen.
In een reactie op de brief van MORK d.d. 3-10-2002, gericht aan de raadscommissie voor de wijk Zuidwest, gaf de wijkwethouder, op de vergadering van deze commissie op 9-10-2002, aan dat hij bereid was, vanuit welzijn, te bekijken wat gedaan kon worden aan deze situatie. Tot op heden heeft uw college niets van deze toezegging laten merken.
Nader onderzoek van de fractie heeft aangetoond dat het college geen enkel initiatief, buiten de toezeggingen, heeft genomen heeft om de executie van MORK niet uit te voeren.
Bovendien heeft de gemeente in de laatste correspondentie van 09 mei 2003 aan MORK niets laten merken van afstemming tussen wat het college toegezegd heeft en feitelijk doet m.b.t. dit voorval.

Dit roept bij de fractie van GroenLinks de volgende vragen op:

Is het college op de hoogte van de correspondentie van 09 mei 2003, waarin MORK medegedeeld is: "Wij zullen het bedrag van E 3.274,93 verrekenen met het toegekende bedrag over 2003", en is dit wat het college bedoelt met passende regeling?
Vindt het college deze correspondentie niet haaks staan op eerder gedaan toezeggingen door het college om tot een passende regeling met MORK te komen, en hoe kan het college deze wantoestand verklaren?
Vindt het college niet dat er sprake is van tekortkomingen door geen enkel initiatief te nemen richting MORK, ondanks alle toezeggingen?
Wanneer gaat het college haar toezeggingen nog nakomen en tot een passende regeling gaan om MORK van de ondergang te redden?

Om ongelukken, zoals met MORK gebeurd is, te voorkomen, heeft de fractie van GroenLinks uw college in de vergadering van de raadscommissie MO op 20-03-2003 met nadruk gevraagd duidelijkheid te scheppen naar de zelforganisaties over het wel of niet meenemen van subsidies van 2003 naar 2004. De wethouder heeft letterlijk gezegd:".Een niet besteed bedrag in 2003 zullen ze mogen meenemen naar 2004; de MZO's zullen in een ambtelijk schrijven daarvan op de hoogte gesteld worden. De verantwoording van dat geld moeten de organisaties dan opnemen in het jaarverslag over 2004." Volgens onze informatie heeft het college deze mogelijkheid tot nu toe niet gecommuniceerd naar de gesubsidieerde zelforganisaties.

Dit roept bij de fractie van GroenLinks de volgende vraag op:

Wanneer bent u van plan om de gesubsidieerde zelforganisaties op de hoogte van deze mogelijkheid te brengen?


Antwoord van Burgemeester en Wethouders
( verzonden 1 juli 2003)

Ja. Het betreft hier een bedrag dat voor 10 december 2001 terugbetaald had moeten worden n.a.v. de definitieve vaststelling van de subsidie over het jaar 2000. MORK is daartegen in bezwaar gegaan en het bezwaar is ongegrond verklaard in juli 2002. Vervolgens is het bedrag verrekend met het subsidie 2003. Dit is op zichzelf niet aan te merken als een passende regeling zoals bedoeld bij de beantwoording van de vragen 2002, nr. 94, die zich zou richten op het voorkomen van problemen ij de terugbetaling.
Zie onder 1. Verzuimd is om met MORK over een passende regeling te overleggen, welk voornemen kennelijk aan de aandacht is ontsnapt bij de afwikkeling van het subsidietraject.
Ja, daar is het colllege het mee eens.
Wij zijn inmiddels alsnog met MORK in overleg getreden om te bezien hoe de terugbetaling van het teruggevorderde bedrag gelet op de financiële positie van MORK het beste kan verlopen.
Het college stuurt zeer binnenkort aan alle migrantenzelforganisaties een brief, waarbij die organisaties op de hoogte zullen worden gesteld van deze mogelijkheid en de condities die wij daarbij stellen. De organisaties dienen aan het college schriftelijk kenbaar te maken, waarom ze de middelen naar 2004 willen meenemen. Afdeling welzijnszaken zorgt voor de verdere afhandeling.



---- --