Verbond van Verzekeraars
Meer diefstal motorvoertuigen in grote steden
In en rond grote steden worden meer voertuigen gestolen dan in
kleinstedelijke gebieden. Niet alleen in absolute aantallen, ook per
duizend voertuigen is dat het geval. Dat blijkt uit een analyse van
het Centrum voor Verzekeringsstatistiek (CVS), onderdeel van het
Verbond van Verzekeraars.
In het algemeen geldt dat hoe meer voertuigen in een gebied aanwezig
zijn, hoe groter de diefstalkans is. Zo is de diefstalkans in de
postcodegebieden Rotterdam en Amsterdam, waar zich veel voertuigen
bevinden in vergelijking met andere gebieden, het grootst. Deze
postcodegebieden samen bevatten in totaal zon 430.000 voertuigen
(waaronder personenautos, vrachtautos, motoren, bestelautos, etc.).
Van die 430.000 werden er in 2001 en 2002 ongeveer 4.900 gestolen.
Daarmee hebben deze gebieden een diefstalkans van 1,15% (11,5 gestolen
voertuigen per 1.000 voertuigen).
Opvallend is verder dat enkele gebieden die aan de landsgrens liggen,
hoog scoren in de top-10 van de gebieden met de hoogste diefstalkans.
Een mogelijke verklaring daarvoor is dat de gesto-len voertuigen in
die gebieden naar het buitenland verdwijnen. Deze redenering gaat
echter niet voor alle grensgebieden op; in het grensgebied Enschede is
de diefstalkans bijvoorbeeld zon 0,2%, terwijl die in Kerkrade
ongeveer 0,8% is.
Top-10 diefstalkans (%) per postcodegebied*
1 Rotterdam (30..) 1,23
2 Amsterdam (10..) 1,09
3 Arnhem (68..) 0,95
4 Utrecht (35..) 0,85
5 Kerkrade (64..) 0,77
6 Nijmegen (65..) 0,68
7 Den Haag (25..) 0,64
8 Eindhoven (56..) 0,64
9 Tilburg (50..) 0,58
10 Maastricht (62..) 0,57
* De diefstalkans van een motorvoertuig wordt bepaald door het aantal
gestolen voertuigen te delen door het aantal aanwezige voertuigen in
een postcodegebied. Een postcodegebied bevat alle straten met dezelfde
eerste twee cijfers van de postcode. Het aantal gestolen voertuigen is
een gemiddelde van de jaren 2001 en 2002. Het aantal aanwezige
voertuigen is de stand op 1 januari 2002.
16 juni 2003
---