European Commission

IP/03/781

Brussel, 2 juni 2003

België aangesproken op ontoereikende tenuitvoerlegging van de richtlijn inzake vliegtuiglawaai

De Commissie heeft vandaag de tweede stap gezet in een procedure tegen België wegens onvoldoende tenuitvoerlegging van de nieuwe richtlijn inzake vliegtuiglawaai. Er wordt een met redenen omkleed advies over de zaak naar de Belgische autoriteiten gezonden betreffende het Koninklijke Besluit van 14 april 2002, waarmee exploitatiebeperkingen aan nachtvluchten worden opgelegd. Het Besluit vormt geen voldoende omzetting van de richtlijn en is ten onrechte gebaseerd op ingetrokken EU-wetgeving. Als commentaar op de procedure zei Loyola de Palacio, Vice-voorzitter met bevoegdheid voor vervoer en energie, "Als er een echte vermindering van het vliegtuiglawaai rond luchthavens in België en elders moet komen, is het essentieel dat de Gemeenschap als één geheel optreedt, en niet op een fragmentarische manier. De Belgische autoriteiten moeten de nieuwe richtlijn volgen."

De nieuwe richtlijn betreffende vliegtuiglawaai schrijft voor dat bepaalde procedures moeten worden toegepast voordat geluidgerelateerde exploitatiebeperkingen mogen worden opgelegd, zoals het geval is in het Koninklijk Besluit. België heeft deze verplichte procedures niet toegepast, noch rekening gehouden met de definitie van lawaaiige vliegtuigen zoals die bij de richtlijn is voorgeschreven. De Commissie heeft reeds op 24 oktober 2002 aan de Belgische autoriteiten een schriftelijke aanmaning gezonden met het verzoek overeenkomstig de richtlijn te handelen.

Niet-omzetting

Doel van het Belgische Koninklijk Besluit is het nachtelijk gebruik van vliegtuigen met geluiddempingsinstallaties (hushkits) op alle luchthavens in België te beperken. Deze vliegtuigen mogen niet starten of landen tussen 23 u en 6 u. Het besluit is gebaseerd op een verordening van de Raad uit 1999^(1)
betreffende geluiddempingsinstallaties. Deze verordening is echter ingetrokken en vervangen door Richtlijn 2002/30/EG(2), die van kracht werd op 28 maart 2002, dus vóór het besluit is ondertekend.

De volledige en correcte toepassing van de bepalingen van de nieuwe Richtlijn, die doelstellingen zoals die van het Belgische besluit maar ook meer uitgebreide maatregelen mogelijk maakt, afhankelijk van de voorgeschreven procedures, kan een vergelijkbaar of groter effect hebben. De Richtlijn moet in elk geval volledig ten uitvoer zijn gelegd tegen 28 september 2003.

België wordt aangemaand het Koninklijke Besluit, dat in werking moet treden op 1 juli 2003, in te trekken of ten minste aan de nieuwe richtlijn aan te passen.

Voorgeschiedenis

Richtlijn 2002/30/EG is gebaseerd op het beginsel, als vastgelegd in de mededeling uit 1999 over luchtvaart en milieu, dat er na 2002 geen toename mag komen van het aantal mensen dat wordt blootgesteld aan vliegtuiglawaai. De meest recente richtsnoeren van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie met betrekking tot milieuaspecten van de burgerluchtvaart, ondermeer in de richtlijn, omschrijven overeengekomen regels en procedures voor het beperken van het gebruik van de meest lawaaiige vliegtuigen van Hoofdstuk 3, ongeacht de technologische kenmerken daarvan.

(1)
Verordening (EG) nr. 925/1999 van de Raad van 29 april 1999 betreffende de inschrijving en het gebruik in de Gemeenschap van bepaalde typen civiele subsonische straalvliegtuigen die werden aangepast en gerecertificeerd als zijnde in overeenstemming met de normen van boekdeel 1, deel II, hoofdstuk 3, van bijlage 16 van het Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart, derde uitgave (juli 1993), PB L 115 van 4.5.1999.

(2)
Richtlijn 2002/30/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 maart 2002 betreffende de vaststelling van regels en procedures met betrekking tot de invoering van geluidgerelateerde exploitatiebeperkingen op luchthavens in de Gemeenschap, L 85 van 28.3.2002.