Centrale schuldenregistratie tegen huurachterstanden
3 juni 2003
Het preventieve incassobeleid van woningcorporaties om
huurachterstanden te beperken en daar waar ze toch ontstaan snel in te
grijpen, heeft zijn effect. In 2002 is het aantal huurachterstanden
met 1,5 procent teruggelopen ten opzichte van 2001. Ook het aantal
huisuitzettingen vanwege huurachterstanden is licht gedaald. Dit
blijkt uit een onderzoek dat Aedes vereniging van woningcorporaties
heeft gedaan om na te gaan of het beeld van toenemende
huurachterstanden en huisuitzettingen klopt met de praktijk.
Ondanks deze afname hebben ruim 200.000 huurders nog een
huurachterstand (8,3 procent van het totale aantal huurders). Voor het
overgrote deel gaat het hier om niet-problematische huurachterstanden
van maximaal 1 maand. In de vier grote steden (Amsterdam, Rotterdam,
Den Haag en Utrecht) is het aantal huurachterstanden wel toegenomen
met 2,7 procent. Daar hebben ruim 51.000 huurders een huurachterstand.
Ook het totale aantal huisuitzettingen is afgenomen. In 2002 werden
5.300 woningen ontruimd terwijl in 2001 nog 5.600 woningen zijn
ontruimd vanwege een structureel problematische huurachterstand.
De invoering van de euro, de verslechterde economie en de problemen
met de verlening van de huursubsidie blijken oorzaken van de huidige
huurachterstanden, evenals het gemak waarmee financiële instellingen
consumptief krediet toewijzen. Het preventieve beleid van corporaties
om huurachterstanden terug te dringen en daarmee ook huisuitzettingen
te voorkomen bestaat voornamelijk uit het vroegtijdig signaleren, het
aanbieden van een betalingsregeling, streng incassobeleid, huurders
aanspreken als het dreigt mis te lopen.
Corporaties zouden nog beter kunnen functioneren als behalve de
maatregelen die zij zelf treffen, er extra maatregelen worden genomen
zoals een betere samenwerking met andere instellingen als gemeente,
gemeentelijke kredietbank, de sociale dienst en maatschappelijke
opvang. Er is nog te veel onduidelijkheid wanneer welke instantie moet
ingrijpen en in welke situatie. Verder moeten de belemmeringen door de
privacywetgeving worden weggenomen. Het gaat hierbij om het niet mogen
verstrekken van (nieuwe) adresgegevens van (vertrokken) huurders en
het niet mogen uitwisselen van gegevens tussen corporaties en andere
instellingen over onder meer eerder ontstane overlastsituaties,
huurachterstanden en probleemgevallen. Centrale registratie van
schulden vergelijkbaar met de bestaande kredietregistratie via BKR in
Tiel zou voor veel corporaties een uitkomst zijn. Zo kan dan aan
huurders met eerdere huurschuldproblemen een aangepast huurcontract
worden aangeboden.
Huisuitzettingen vanwege overlast Het aantal huisuitzettingen vanwege
overlast is eveneens meegenomen in het Aedes-onderzoek. Dit aantal is
in één jaar tijd bijna verdubbeld naar ruim 400. Het is volgens Aedes
onwaarschijnlijk dat het aantal overlastgevallen is toegenomen. Er is
kennelijk sprake van een effectievere aanpak dan voorheen en de
rechterlijke macht lijkt mee te gaan in de trend om minder te gedogen
en eerder verantwoordelijkheid te nemen als maatschappelijke grenzen
worden overschreden.
Woningcorporaties treffen uiteraard ook maatregelen om het aantal
overlastsituaties terug te dringen/ te beperken. Zo proberen
woningcorporaties overlast altijd vroegtijdig te signaleren, worden
huurders persoonlijk benaderd of begeleid en wordt er samengewerkt met
politie en hulpverlenende instanties. Hoewel er altijd zal worden
geprobeerd om huisuitzetting te voorkomen is een ontruiming soms de
ultieme maatregel om de overlast te beëindigen.
Aedes